dan liefst in de eerste plaats begrepen dienen te zijn de rekeningen, waarop de meeste mutaties plegen voor te komen. In begin januari worden, elke dag naar behoefte, alle te muteren rekeningen afgesloten en vervol gens weer een zo groot mogelijk deel van de ongebruikte rest. Na het afsluiten van alle rekeningen wordt later, op een rustiger tijdstip, het uittreksel samengesteld. Tegen deze noodgedwongen aanvaarde methode, die meestal wordt aangeduid als de „afsluiting naar behoefte", bestaan geen overwegende bezwaren. Indien een boekhoudmachine wordt ge bruikt, komen de folionummers weliswaar niet in de normale volgorde op de afsluitings- controlevellen voor, doch dit is van weinig belang, omdat toch steeds achteraf het vol ledige uittreksel van de rekening-courant wordt opgemaakt. Behoort de bank tot de groep, waarvoor de Centrale Bank saldobiljetten verzendt, dan behoeft deze methode evenmin bezwaar op te leveren. De plaatselijke bank verzendt voor de in begin januari bewerkte rekeningen zelf het slotdagafschrift aan de cliënt, terwijl het meestal in doorslag vervaardigde saldo biljet wordt bewaard ter toezending aan de Centrale Bank op een latere dag, namelijk op de dag, dat alle rekeningen-courant zijn af gesloten. De Centrale Bank ontvangt dan naast de bijbehorende lijst, wat betreft de be werkte rekeningen, alleen het saldobiljet en wat betreft de nog niet bewerkte rekeningen, het saldobiljet annex slotdagafschrift. Brutomethode Van de allergrootste banken zijn er enkele, bij welke in het begin van het jaar per dag zovele (honderden) rekeningen moeten wor den gemuteerd, dat het onmogelijk wordt deze dagelijks in een afzonderlijke bedrijfs- gang eerst vóór de boeking van de dag mutaties af te sluiten. In deze uitzonde- ringsgevallen wordt begin januari op het brutosaldo van 31 december doorgewerkt en wordt op een later tijdstip het eindbedrag van de afzonderlijk te vervaardigen rentenota in de rekening van het nieuwe jaar bijge- boekt als een correctiepost op het openings saldo. Door de vermelding van bruto- en netto saldo per 31 december aan de redactie van de rentenota toe te voegen, verkrijgt deze hetzelfde aanzien als het gebruikelijke slot dagafschrift/saldobiljet, overigens met dit verschil, dat deze afsluitposten niet op de rekeningkaart van het oude jaar worden doorgeslagen. Het spreekt wel vanzelf, dat de boeking van het eindbedrag van deze rentenota's in de rekening van het nieuwe jaar, alsmede de Een feestelijk moment te Leiden toen bij de Coöperatieve Raiffeisenbank „Leiden-Oegst- geest" een totaal tegoed van 10 miljoen aan spaargelden werd bereikt. Voor de heer J. v. d. Oever en zijn echtgenote was dit een gelukkige dag, want zijn spaarinleg bracht de bank op 22 september jl. over de drempel. Een enveloppe met inhoud en een flinke fruitmand vormen het middelpunt van de foto. Daaromheen v.l.n.r. de heer A. P. van Egmond, voorzitter raad van toezicht, de heer en me vrouw v. d. Oever, de heer P. J. Kolderman, voorzitter bestuur en de heer L. Snoeker, secre taris bestuur. LEIDEN 448

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 42