VRAAG EN ANTWOORD Verzekering van hypothecaire onderpanden tegen andere schade dan brandschade Vele door de aangesloten banken ver leende voorschotten of kredieten worden gedekt door hypothecaire zekerheid. Wan neer tot zekerheid voor een lening of kre diet, door de boerenleenbank verstrekt, hy potheek op onroerend goed gevestigd is, heeft de boerenleenbank belang gekregen bij het behoud van het bezwaarde goed. Daarom heeft de bank ook belang bij dc verzekering van het bezwaarde goed. Nu wordt in de Algemene Voorwaarden voor Hypotheken altijd het beding gemaakt, dat de hypotheekgever verplicht is het ver bonden goed, voor zover gebouwd, ten ge noegen van de bank tegen brandschade te verzekeren. De bank heeft echter volgens deze Algemene Voorwaarden het recht te verlangen, dat het verbonden onroerend goed ook verzekerd wordt tegen andere schade dan brandschade. Zo hebben b.v. vele boerenleenbanken de gewoonte van de hypotheekgever te verlangen, dat deze de gebouwde onroerende goederen behalve tegen brandschade, ook tegen stormschade verzekert. Glasopstanden, die met hypotheek ten behoeve van de boerenleenbank zijn bezwaard, plegen verzekerd te worden tegen storm- en hagelschade. Het is goed, dat de bankbesturen en ook de kassiers van de banken zich realiseren, dat zij van de hypotheekgever kunnen ver langen, dat hij de bezwaarde onroerende goederen verzekert b.v. tegen stormschade of tegen andere schade, waarvan men het risico te groot mocht achten. Dikwijls be staat er, wat dat betreft, betrekkelijk wei nig overeenstemming tussen de verschil lende in een bepaald gebied werkzame ban ken. Bepaalde voorschriften aangaande de door de banken te verlangen verzekeringen bij bezwaring van onroerende goederen zijn door de Centrale Bank niet gegeven. Het kan echter raadzaam worden geacht, dat voor onderpanden, die in het bijzonder aan b.v. stormschade blootgesteld zijn, een storm schadeverzekering wordt verlangd. Het bewaren van de polis bij de hypotheekbescheiden In het algemeen bestaat de gewoonte, bij bezwaring met hypotheek van een bepaald onderpand, te verlangen, dat de verzeke ringspolis aan de bank gegeven wordt. Vele cliënten van de banken stellen het echter op prijs de polis zelf te bewaren. Ook zijn er bepaalde verzekeringsmaatschappijen (t.w. enkele onderlinge verzekeringsmaatschap pijen), die in het geheel geen polis plegen af te geven. Men stelt ons dan ook wel eens de vraag, of er genoegen mee genomen kan worden, dat de verzekeringspolis, welke be trekking heeft op het bezwaarde onderpand, In deze aflevering van de Raiffeisen-Bode willen wij drie afzonderlijke vraagstukken bespreken. Uit de vragendie men ons gesteld lieeftis gebleken, dat daarvoor bij onze banken belang stelling bestaat. Wij willen eerst tic vraag bespreken welke bevoegdheden de bank be:it om van de hypotheek gever te verlangen, dat deze de bezwaarde onderpanden tegen andere schade dan brandschade verzekert. Voort zullen wij onze mening er over geven of de bank bij het verstrekken van hypothecaire leningen (voorschotten) of kredieten dient te verlangen, dat de verzekerings polis aan tic bank wordt ter hand gesteld. Ten slotte willen it'ij de zegeling van rentekwitanties bespreken. 397

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 31