SPAREND NEDERLAND is 2 "2 s 2 2 H -0 KANTTEKENINGEN BIJ DE CIJFERS In de maand augustus vertoonden de li quide middelen met ruim 45 miljoen een stijging, die de normale aanwas in deze maand ver te boven gaat. De oorzaak hiervan is zowel bij de ont wikkeling van de creditgelden als van de uitzettingen gelegen. Van de creditgelden namen de spaargelden en de creditsaldi in lopende rekening sterker toe dan gebruike lijk in augustus. Bij de uitzettingen was de toeneming van de groep kredietverlening en beleggingen in eigen kring, in vergelij king met voorgaande maanden, slechts ge ring. De normale uitbreiding van de voor schotverlening werd in deze groep in be langrijke mate gecompenseerd door de da ling van de debetsaldi in lopende rekening. Deze debetsaldi, die in de voorgaande maand met bijna 25 miljoen toenamen, ondergingen thans een vermindering met 11,3 miljoen. Hiervan komt een bedrag van 4,8 miljoen voor rekening van coöpe ratieve verenigingen en 6,5 miljoen van andere debiteuren. De groep overige uitzettingen nam, even als in de voorgaande maanden, af door in krimping van de effectenportefeuille. De totale besparingen bij de traditionele spaarinstellingen lagen, evenals in juli, op een lager niveau dan in de overeenkomstige maand van 1960. De besparingen bij de boe renleenbanken waren ten opzichte van die in de maanden juli en augustus 1960 even wel gunstiger. Mutaties juli Mutaties augustus jan. Mutaties t/m augustus Saldo tegoed Tegoed in van het c c V bo c G fao G c 0 bo totaal bJD ra ~G Terug betalir a ra u O- O CO fcuD ra bc.5 H -o it IS m 5! C— u c/o ho ra c bo.S U a ra u Cu 0 co 1/1 31/8 1/1 31/8 1961 Bib. Utrecht 122,9 88,8 34,1 114,6 79,2 35,4 908,9 730,3 +178,6 2658,9 2837,5 27,4 27,3 Bib. Eindb. 78,5 59,0 19,5 74,8 51,4 23,4 608,4 464,1 144,3 1551,6 1695,9 16,0 16,3 R.P.S. 82,7 73,1 9,6 83,2 67,3 15,9 662,5 525,3 137,2 2646,4 2783,6 27,3 26,8 Alg. Spaarb. 143,4 130,8 12,6 158,3 129,1 29,2 1246,1 1004,4 +241,7 2841,4 3083,1 29,3 29,6 427,5 351,7 75,8 430,9 327,0 103,9 3425,9 2724,1 +701,8 9698,3 10400,1 100,0 100,0 1960 Bib. Utrecht 105,1 74,7 30,4 99,8 71,3 28,5 787,0 650,9 +136,1 2372,0 2508,1 27,6 27,3 Bib. Eindh. 68,2 50,8 17,4 64,1 45,4 18,7 504,6 409,5 95,1 1359,4 1454,5 15,8 15,8 R.P.S. 86,9 66,7 20,2 85,4 60,6 24,8 626,0 470,1 155,9 2369,9 2525,8 27,5 27,4 Alg. Spaarb. 140,6 117,9 22,7 145,0 111,1 33,9 1095,1 888,0 +207,1 2505,4 2712,5 29,1 29,5 400,8 310,1 90,7 394,3 288,4 105,9 3012,7 2418,5 594,2 8606,7 9200,9 100,0 100,0 389

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 23