inspecties in deze rayons vanuit een rayon- bureau te doen geschieden. Door deze rayonbureaus kan het contact onderhouden worden op de wijze, zoals de banken dat verlangen. Aan het hoofd van ieder rayonbureau komt een functionaris, die bekend is met de specifieke problemen van het rayon en die met de betrokken banken in persoonlijk contact kan treden. Door het hoofd van het rayonbureau kan meer tijd en aandacht worden besteed aan niet-admini- stratieve aspecten van het contact met de aangesloten banken. Tevens kan op het rayonbureau, dat een eigen staf zal krijgen, een plaats worden ingeruimd voor de regio nale kredietadviseur. Contact met „Utrecht" Het instellen van de rayonbureaus mag geen vervreemding van de lokale banken van „Utrecht" tot gevolg hebben. Hoewel de rayonleiders een belangrijke functie krijgen in het onderhouden van contact tussen de Centrale Bank en de aangesloten banken, zullen zij geen belemmering mogen vormen wanneer een lid zich rechtsreeks tot de Cen trale Bank wil wenden. Alle werkzaamheden, welke verband houden met het adviseren over en de verstrekking van dispensaties en met betrekking tot het geven van regels over kredietverlening, beleggingen, liquiditeit en rentabiliteit blijven in Utrecht. Het sparen is de scholing van de wil om thans af te zien van onnodige uitgaven ten gunste van noodzakelijke aanschaffingen in de toekomst Organisatie Met ingang van 1 januari 1962 worden de volgende rayons gecreëerd: Leeuwarden: provincie Friesland Groningen: provincie Groningen en voor lopig de provincie Drenthe Deventer: provincie Overijssel en De Graafschap Goes: provincie Zeeland, West-Bra bant en Goeree-Overflakkee Alkmaar: Noordholland boven het IJ Utrecht A: Veluwe en Betuwe Utrecht B: provincie Utrecht en Noord holland beneden het IJ Utrecht C: provincie Zuid-Holland, zon der het Westland, de Bollen streek en Goeree-Overflakkee Leiden (voorlopig Utrecht D): Het Westland en de Bollenstreek Benoemingen Voor de leiding van de rayoninspecties werden de volgende inspecteurs aangewezen: voor het rayon Leeuwarden: de heer W. Wissema voor het rayon Deventer: de heer H. A. Groen voor het rayon Goes. de heer A. Oudkerk voor het rayon Alkmaar: de heer J. F. J. Vreeswijk voor het rayon Utrecht A: de heer J. J. In der Maur voor het rayon Utrecht B: de heer A. P. J. ten Feld voor het rayon Utrecht G: de heer J. C. van Oostveen voor het rayon Utrecht D: de heer J. Wilschut, en voor het rayon Groningen: de heer D. Snater, directeur van het bij kantoor van de Centrale Bank te Groningen. Teneinde de hoofdinspecteur, de heer W. P. van den Hurk, assistentie te geven bij het onderhouden van contact met de rayon leiders, werden de heren J. B. Agerbeek en P. C. van Oort benoemd tot adjunct-hoofd inspecteur. 380

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 14