SPAREND NEDERLAND
23
at
Mutat
jun
es
Mutaties
juli
Mutaties
jan. t/m juli
Saldo
tegoed
Tegoed in
c
V
c
0/
bc
A e
IS
c
c
u
bc
J. c
G
G
Cl
ho
J G
totaal
bo
ri
~C
Terug
betali
3
C_ v
co
tc
ci
Terug
betali
5
Cl. <u
C/D
ho
3
"g
li
H _o
C/3
1/1
31/7
1/1
31/7
1961
Bib. Utrecht
108,6
89,1
19,5
122,5
88,4
34,1
794,3
651,1
+143,2
2658,9
2802,1
27,4
27,2
Bib. Eindh,
75,3
59,2
16,1
78,3
59,1
19,2
533,6
412,7
120,9
1551,6
1672,5
16,0
16,2
R.P.S.
80,3
69,2
11,1
82,7
73,1
9,6
579,3
458,0
121,3
2646,4
2767,7
27,3
26,9
Alg. Spaarb.
148,2
130,0
18,2
148,7
133,0
15,7
1087,8
875,3
+212,5
2841,4
3053,9
29,3
29,7
412,4
347,5
64,9
432,2
353,6
78,6
2995,0
2397,1
+597,9
9698,3
10296,2
100,0
100,0
1960
Bib. Utrecht
91,0
78,2
12,8
105,1
74,7
30,4
687,2
579,6
107,6
2372,0
2479,6
27,6
27,3
Bib. Eindh.
57,5
47,2
10,3
68,2
50,8
17,4
440,2
364,2
76,0
1359,4
1435,4
15,8
15,8
R.P.S.
78,0
60,4
17,6
86,9
66,7
20,2
540,6
409,5
131,1
2369,9
2501,0
27,5
27,5
Alg. Spaarb.
132,7
111,6
21,1
140,6
117,9
22,7
950,1
776,9
173,2
2505,4
2678,6
29,1
29,4
359,2
297,4
61,8
400,8
310,1
90,7
2618,1
2130,2
-j-487,9
8606,7
9094,6
100,0
100,0
KANTTEKENINGEN BIJ DE CIJFERS
De belangrijke stijging van de creditgelden en
de vermindering van de overige uitzettingen in
de maand juli waren niet toereikend om met de
aldus verkregen middelen de toeneming van de
kredietverlening en beleggingen in eigen kring
te financieren. Als gevolg hiervan moest een
beroep worden gedaan op de liquide middelen
tot een bedrag van ruim 7 miljoen.
De expansie van de kredietverlening en be
leggingen in eigen kring, die met ruim 41
miljoen een nieuw hoogtepunt bereikte, werd,
behalve door de als normaal te beschouwen
groei van de voorschotten, veroorzaakt door de
sterk toegenomen kredietverlening in lopende
rekening. Deze komt overwegend voor rekening
van coöperatieve verenigingen door een stijging-
van het bedrijfskrediet met bijna 21 miljoen.
De uitkering van de melktoeslaggelden, als
mede de nabetaling van melkgelden, leidden tot
een vermeerdering van het krediet in lopende
rekening aan zuivelfabrieken met ruim 29
miljoen. De vermindering van voorraden bij
aankoopverenigingen en suikerfabrieken deed
de behoefte aan bedrijfskrediet van deze coöpe
raties met 9 miljoen afnemen.
De ontwikkeling van de totale besparingen
bij de traditionele spaarinstellingen was, in
tegenstelling tot die in de voorgaande maanden
van 1961, in juli minder gunstig dan in de over
eenkomstige maand van 1960. Bij de boeren
leenbanken bleven de spaaroverschotten even
wel ook in juli boven het niveau van 1960.
Blijkens de voorlopige cijfers bedroeg in
augustus het spaaroverschot bij de bij Utrecht
en Eindhoven aangesloten banken respectieve
lijk 35,4 miljoen en 23,0 miljoen. Het spaar
overschot bij de R.P.S. was in augustus 15,9
miljoen.
251