sen beschrijft. Men zal bemerken, dat in dat artikel niet een vreemde aan het woord is, maar een man, die zich, net als wij, erfge naam weet van de ideeën, die Raiffeisen heeft nagelaten. Juist daarom ook zijn wij de heer Braumann dankbaar, dat hij zijn roman over Raiffeisen heeft willen schrij ven. Deze roman geeft niet alleen het boeiende verhaal van het veel bewogen leven van Railfeisen, maar verleent daardoor ook aan de ons vertrouwde Raiffeisen-ideeën een nieuw verfrissend perspectiel. Vooral ook om dit laatste hopen wij van harte, dat ook de Nederlandse uitgave een goed onthaal zal vinden. De grote groei en ontplooiing van onze banken stelt steeds hogere eisen aan de be kwaamheid van allen, die bij deze banken betrokken zijn. De Centrale Bank heeft het dan ook terecht steeds als haar taak gezien te bevorderen, dat kassiers en overige per soneelsleden, evenals de leden van de be sturende en toezichthoudende colleges, door middel van een uitgebreide voorlichting en het volgen van een passende opleiding, zo goed mogelijk voor hun taak berekend zijn. Deze taak zal naar verwachting in de toekomst steeds omvangrijker worden. Het is in dit verband van groot belang, dat de juiste mogelijkheden en middelen om de voorlichting en opleiding zo goed mogelijk tot hun recht te laten komen, tijdig onder zocht worden. Het bestuur van de Centrale Bank heeft daarom een commissie ingesteld, die tot taak heeft het bestuderen en voor bereiden van maatregelen, welke er toe kun nen leiden, dat door middelen van voor lichting en opleiding de deskundigheid van boerenleenbankfunctionarissen wordt ver beterd. Deze commissie, welke overigens geen permanent karakter draagt, is als volgt sa mengesteld: J. Beun te Aalten C. Klay te Hoorn H. A. Visser te Driebergen K. B. van Steenwijk te Utrecht A. F. J. ten Feld te Hollandse Rading Als voorzitter zal optreden de heer H. te Kolsté te Utrecht. I Het bestuur van de Kassiersvereniging heeft de goede gedachte gehad ter gelegen heid van de algemene vergadering van deze vereniging, gehouden op 10 juli 1961 te Utrecht, een forumbijeenkomst te organi seren. Aan de leden van de vereniging was tevoren verzocht schriftelijk vragen in te dienen welke zij gaarne door het forum be handeld zouden willen zien. Het forum was samengesteld uit de volgende personen: E. v. d. Linde (Emmeloord) M. G. Raadschelders (Amstelveen) H. A. Visser (Driebergen) K. B. van Steenwijk (Centrale Bank) mr. P. A. Stein (Centrale Bank) ir. N. A. Tonckens (Centrale Bank) terwijl jhr. mr. J. C. Greven als voorzitter optrad. Het aantal vragen, dat was ingediend, was zo groot, dat het niet mogelijk bleek de discussie te stellen in het teken van 1 of 2 onderwerpen. Voor zover de tijd het toe liet werden aan de orde gestelde onderwer pen behandeld. Het forum kreeg dus meer het karakter van een vragenbus. Uiteraard werden de leden van het fo rum geacht hun persoonlijke mening weer te geven en niet die van de instellingen, aan welke zij verbonden zijn. De middag had een zeer prettig verloop en dit voorbeeld lijkt ons navolging waard. COMMISSIE VOORLICHTING EN OPLEIDING BOEREN LEENBANKFUNCTIONARISSEN J. Wilschut te Utrecht ALGEMENE VERGADERING KASSIERSVERENIGING 287

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 5