De heer Manschot antwoordde op deze vragen het volgende: Op 21 maart jl. opende de Coöperatieve Raif- feisenbank en Landbouwvereniging „Wouden berg en Omstreken" een nieuw bijkantoor in Maarn. Met een kleine variatie op een bekend gezegde: Een nieuwe lente een nieuw gebouw! Er waren talrijke genodigden bij deze opening aanwezig. De foto toont ons het nieuwe ge bouwtje, dat goed bij de landelijke omgeving blijkt te zijn aangepast. Tevens werd op deze dag het feit herdacht dat de heer J. W. Dral uit Maarn met zijn inleg het totaal spaartegoed bracht op 10 miljoen. Op de foto is het moment vastgelegd, waarop de ere-voorzitter van het bestuur jhr. W. H. de Beaufort (links), de gelukkige spaarder het spaarboekje overhandigt, met een extra bij schrijving. Een dubbele gelukwens dus voor „Woudenberg en Omstreken". niet verstandig, voorin het begin, alle medewerking te verlenen bij het doen van overschrijvingen ten laste van een spaarrekening? De bank kan er dan toch later op wijzen, dat de spaarder een rekening courant moet openen. Door aanvankelijk een soepele houding aan te nemen ten opzichte van overschrij vingen ten laste van een spaarrekening krijgt men, aldus de heer Meijer, een goede aanloop om van de spaarder ook een rekening-couranthouder te maken. Mijnheer de voorzitter! Ik zal gaarne even ingaan op het bekende geluid van de heer Meijer uit Babbe- rich. Wij hebben elk jaar het genoegen, hem hier even te horen. Wat betreft de middelen om spaargelden aan te trekken, wanneer het niet kan met renteverhoging, moet ik u zeggen, mijnheer Meijer, dat mij die vraag van u eigenlijk tegenvalt na alle circulaires, die van de Centrale Bank over dit onderwerp al zijn uit gegaan. Toch wil ik er kort op antwoorden, al was het alleen maar omdat zovelen het dan vandaag nog eens kunnen horen. Het antwoord op uw vraag is: le. service en 2e. propaganda. De service heeft geen grens. Uw persoonlijke inspanning van kassier en van bestuur moet van de vroege ochtend tot de late avond erop gericht zijn, de mensen bekend te maken met het spaarsysteem van onze boerenleenbanken, met de soliditeit van uw bank en met het belang van het sparen in het algemeen. U kunt dat door open stelling van uw kantoren, door het gesprek in het dorp en op alle mogelijke andere manieren be vorderen. Het antwoord nr 2 is: propaganda. Zoals u weet staat de propaganda in onze organisatie nog, zo mag ik wel zeggen, in de kinderschoenen. Niettemin heb ben wij een actieve propaganda-afdeling, die te allen tijde bereid is om elk van uw banken in haar bij zondere propagandavraagstukken bij te staan. Ook aan de propaganda is er nagenoeg geen einde en als er een einde is, kunt u dat alleen maar vinden in uw onkostenrekening. Het is echter van het grootste belang, dat u het bedrag, dat u voor propaganda te besteden hebt, goed besteedt en het goed besteden van uw propagandageld houdt nauw verband met het deskundige advies, dat u in dit verband kunt krijgen van onze propaganda-afdeling. „Service en propaganda" is dus het antwoord op de eerste vraag van de heer Meijer. De tweede vraag van de heer Meijer is wat ge vaarlijker. De heer Meijer vraagt eigenlijk, of men een tijdje lang water in de wijn van zijn principes kan doen om de mensen naar binnen te lokken. Nu, als ik naar mijn hart moet spreken, dan is mijn ant woord: Dat moet u niet doen. Wanneer u de mensen went aan het doen van betalingen over de spaar rekening, dan staat u over 1 of 2 jaar onvermijdelijk voor de noodzaak om die zelfde mensen aan het verstand te brengen, dat die spaarrekening daarvoor eigenlijk niet bestemd is. Mijn antwoord is dus: doe het liever niet, en als het helemaal niet anders kan, doe het dan zo kort mogelijk. WOUDENBERG 223

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 25