Voor een aantal produkten gaat dat echter niet op, omdat andere landen als Italië en Denemarken, die deze produkten ook naar Duitsland exporteren, niet hebben gereva lueerd en dus in een gunstiger concurrentie positie zijn komen te verkeren. Positieve kant van revaluatie Overigens heeft de revaluatie niet alleen schaduwzijden. Er is, ook voor de land- en tuinbouw, wel terdege een positieve kant. Door de Duitse revaluatie zijn wij in feite wel gedwongen ook de wisselkoers van de gulden te herzien. Wanneer deze herziening niet was doorgevoerd, zou een ontlading van de spanningen in een inflatoire stijging van het algemene loon- en kostenpeil moeten worden gevreesd. Een dergelijke situatie zou op langere termijn zeker niet bevorderlijk zijn geweest voor de agrarische afzet en voor de ontwikkeling van het agrarische inkomen. Een stevige positie van de gulden op de wereldmarkt is ook voor deze landbouw van grote betekenis. Door de revaluatie van de mark is Duits land voor de andere partnerlanden van de E.E.G. nog duurder geworden. Aangezien het prijspeil van agrarische produkten juist in Duitsland reeds hoog was, zijn daardoor de tegenstellingen met andere landen nog verscherpt. Daardoor worden de moeilijk heden om te komen tot een volledige prijs aanpassing voorwaarde voor een gemeen schappelijk beleid nog groter dan deze reeds waren. Bovendien zal de druk op de voor de andere partnerlanden thans zo aan trekkelijke Duitse markt nog groter worden, waardoor de Duitsers nog minder vlot zullen overgaan tot het afschaffen van allerlei be schermende maatregelen. Het toch reeds ge ringe enthousiasme van de Duitsers voor een snelle verwezenlijking van de gemeenschap pelijke landbouwmarkt zal daardoor niet toe nemen. Landbouw struikelblok Met name door de grote verschillen in prijspeil van de agrarische produkten in de onderscheidene partnerlanden, blijft de land bouwsector nog steeds een lastig struikelblok bij de onderhandelingen over een snelle ver wezenlijking van het Verdrag van Rome. Vooral in de agrarische sector blijkt wel hoe moeilijk het is de economie van verschil lende landen meer op elkaar af te stemmen en geleidelijk te doen samensmelten, zonder bescherming over en weer, zonder handels belemmeringen en dus met een volledig vrij onderling handelsverkeer. Niet alleen de technische ontwikkeling maar vooral de mate en de wijze van bescherming, en de als gevolg daarvan ontwikkelde produktie- en Onlangs bereikte het totaal aan ingelegde spaargelden bij de Coöperatieve Boerenleen bank „Hoogersmilde" de ronde som van 3 miljoen. Dit gebeurde door een inleg van de heer E. Hummel te Hoogersmilde. De gelukkige spaarder ontving van de bank een enveloppe met inhoud. Op de foto is dit moment vastgelegd. Van links naar rechts zien we: de heren J. Vos, J. Moesker (voorzitter bestuur), H. Knorren, L. de Boer, B. Koops, M. Cuiper en E. Hummel. E.E.G. HOOGERSMILDE 122

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 8