taak had een urgentieprogramma voor te bereiden, dat door het bestuur van de Cen trale Bank zal worden opgesteld. Deze commissie, die wij kortheidshalve als de Commissie Minderhoud aanduiden, is vrijwel gereed gekomen met haar taak. De voorlopige conclusies, welke de commissie heeft geformuleerd, zijn ter kennis gebracht van de op 23 maart jl. gehouden centrale ringvergadering. Thans zal dus binnen afzienbare tijd het urgentieprogramma zijn opgesteld. Het ligt in de bedoeling dit urgentieprogramma in een afzonderlijk daartoe te beleggen cen trale ringvergadering, gevolgd door ring- vergaderingen, te bespreken. Hiertoe zal het urgentieprogramma geleidelijk aan gemeen goed kunnen worden in onze gehele orga nisatie. Uiteraard kan in het kader van deze ru briek niet in den brede worden ingegaan op de inhoud van de conclusies van de Com missie Minderhoud, op welke het urgentie programma zal zijn gebaseerd. Wel kunnen wij in grove trekken aangeven in welke richting de gedachten zijn gegaan. Ten aanzien van de kredietverlening op korte en middellange termijn wordt voor een spreiding van de risico's, verbonden aan het verlenen van kredieten zonder volwaar dige zekerheid, met behulp van het Onder ling Waarborgfonds, grote aandacht ge vraagd. Overigens beveelt de commissie aan het verstrekken van kredieten zonder volwaardige zekerheid te beperken tot per sonen die geen volwaardige zekerheid kun nen stellen. Behalve bij de specifiek blanco kredietverlening zal, indien geen volwaar dige zekerheid kan worden gesteld, in elk geval de zekerheid moeten worden gesteld, welke voortvloeit uit de aard van het te financieren object (de z.g. gerelateerde ze kerheid). Ten behoeve van de beoordeling van de kredietwaardigheid op grond van bedrijfseconomische- en boekhoudkundige gegevens komt het de commissie gewenst voor de mogelijkheid te openen tot het in winnen van advies bij een gespecialiseerde functionaris of instantie, waarbij ondermeer is gedacht aan in dienst van de Centrale Bank staande z.g. kredietconsulenten. Wat de kredietverlening op lange termijn tegen hypothecaire zekerheid betreft, zou, in gevallen waarin zulks verantwoord is, hoger kunnen worden gegaan dan het ge bruikelijke percentage van de waarde van het onroerend goed, mits ten aanzien van het excedent een solvabiliteitsverzekering wordt gesloten. Bij de samenstelling van besturen en raden van toezicht van de aangesloten banken pleit de commissie voor een ver jonging van deze colleges, terwijl een be perking van de taak van de raad van toe zicht ten aanzien van de kredietverlening naar het oordeel van de commissie aanbe veling verdient, zodat het zwaartepunt van het toezicht van dit college wordt verlegd van het preventieve in de richting van het repressieve toezicht. De voorlichting omtrent de financierings mogelijkheden van de boerenleenbanken acht de commissie van uitermate groot be lang. Hierhij kunnen ondermeer de boven genoemde kredietconsulenten een taak ver vullen. De commissie staat tevens intensivering voor van de voorlichting ter verdieping van de kennis, die nodig is voor de uitoefe ning van de taak van de beherende colleges en van de kassiers van de banken. Tevens beveelt zij de opleiding van jeugdige per soneelsleden van de banken in de aandacht aan, teneinde in de toekomst te kunnen be- deze keer de wijzigingen in de interne or ganisatie van de Centrale Bank de samenstelling van een ur gentieprogramma naar aanleiding van de aanbevelingen van de Commissie Landbouwkrediet de uitbreiding van de service verlening door onze aangesloten banken door het openen van de mogelijkheid tot het sluiten van een reisverzekering het opnemen in het maandover zicht van het C.B.S. van de besparingen bij de handelsbanken Wat ons bezig houdt april 1961 118

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 4