HET LANDBOUWINVESTERINGSFONDS IN BELGIË
I. Inleiding
Door de Belgische regering werd tijdens
het jaar 1960 een ontwerp van wet inge
diend, houdende de oprichting van een
Landbouwinvesteringsfonds (L.I.F.).
In de memorie van toelichting wordt de
betrachting van de regering weergegeven.
Ten overstaan van de snelle economische
evolutie, voornamelijk door de geleidelijke
groei van de Europese Economische Gemeen
schap, moeten de land- en tuinbouwers in
België in staat worden gesteld zich aan te
passen aan de nieuwe omstandigheden en
structuurhervormingen door te voeren. Het
gaat erom de rendabiliteit van de land- en
tuinbouw niet alleen te handhaven, maar zo
veel mogelijk op te voeren. Een grote in
spanning is nodig om, door ernstige structu
rele verbeteringen, bijzonder de kostprijzen
te verminderen.
De Belgische regering heeft derhalve ge
meend de nodige maatregelen te moeten
treffen om de investeringsverrichtingen in
de landbouw en in de tuinbouw te verge
makkelijken. Het L.I.F. heeft dan ook tot
taak het in het leven roepen van krediet
faciliteiten.
Volgens de regering was het L.I.F. ten
slotte ook te verdedigen in. die zin dat het
aansluit bij de recente wetgeving ter bevor
dering van de economische expansie van
nijverheids-, ambachts- en handelsonder
nemingen.
Het ontwerp van wet inzake L.I.F. werd
thans door de Senaat en de Kamer van
Volksvertegenwoordigers goedgekeurd.
II. Welke specifieke rol heeft het L.I.F. te
vervullen?
Het L.I.F. beoogt een aantal modaliteiten
van goedkoop krediet en waarborgverlening
toepasselijk te maken in de landbouwsector.
Deze maatregelen behelzen steunverlening
aan individuele personen of coöperaties,
maar kunnen niet aangewend worden voor
verbetering van de infra-structuur, zoals de
waterhuishouding in brede zin, verharding
van landbouwwegen en dergelijke.
a) Het Fonds is een waarborgfonds
Het Fonds kan leningen waarborgen; het
Fonds treedt op als waarborgverstrekker
tegenover de kredietinstelling.
Te noteren valt dat de waarborg van het
Fonds beperkt wordt. De waarborg van het
Fonds vult de door de kredietaanvrager ge
stelde zekerheden aan. Bedoelde waarborg
mag in principe niet meer dan 75 van
het bedrag der toegekende lening dekken.
Dit percentage zou kunnen overschreden
worden, mits speciale toelating van de Mi
nister van Landbouw en mits instemming
van de Minister van Financiën.
Het globale bedrag ten belope waarvan
de waarborg van het Fonds mag worden
verleend, is vastgesteld op 500 miljoen F.
Bij Koninklijk Besluit, na overleg in de
Ministerraad mag dit bedrag op één mil
jard F worden gebracht.
De gevallen waarin land- en tuinbouwers
beroep moeten doen op krediet en waar zij
zelf, persoonlijk of wegens familiale toe
standen, niet in de mogelijkheid zijn vol-
Hieronder drukken wij een artikel af, dat dr. A. Florquin, adjunct-directeur van de Centrale
Kas voor Landbouwkrediet, zo welwillend was voor ons blad te schrijven.
Wij zijn ervan overtuigd, dat de wijze waarop in België door de instelling van een Land
bouwinvesteringsfonds de financiering in de landbouw wordt bevorderd, de belangstelling
van onze lezers zal hebben.
Wij hebben het dan ook zeer op prijs gesteld, dat een erkend deskundige op het gebied van
het landbouwkrediet in België dit onderwerp voor ons heeft willen inleiden.
88