beschouwing gelaten worden. In dergelijke gevallen moet de Centrale Bank een beslis sing nemen. Met diens hulp is voor een kas sier van een desbetreffende bank heus wel elders een plaatsje te bemachtigen en als kassier zou ik liever door verplaatsing el ders te werk worden gesteld, dan kapitein te blijven op een zinkend schip. Inderdaad kan door fusie, zoals Kassier'' vaststelt, ook de mechanisatie, die zich steeds meer aan ons opdringt, doeltreffen der en goedkoper worden ingezet. Maar weest voorzichting met fusie. 't Gaat uiteindelijk om de belangen van de bank, dus om de belangen van de leden en spaarders. Ik zou een voorstander van fusie kunnen zijn als de Centrale Bank na grondig onder zoek dit noodzakelijk zou achten. Hoogachtend, E. J. Noorlander, Voorzitter raad van toezicht Coöp. Boerenleenbank ,,'s-Gravendeel" „Mijne heren, De argumenten voor concentratie, welke „Kassier" geeft, zijn zakelijk gezien wel aannemelijk, hoewel het voorbeeld van de kleine bank in Zuid-Holland niet gelukkig is gekozen; volgens mijn mening was hier, door overleg met de Centrale Bank en zus terverenigingen wel een oplossing te vinden geweest. Dan zijn verschillende andere argumen ten van „Kassier" ook nog wel aanvecht baar; doch mijn grootste bezwaar voor fusie is wel het volgende: Het doel van de Coöp. Boerenleenbanken is toch aan de leden zo voordelig mogelijk krediet te verlenen en hiervoor is in de eer ste plaats het spaargeld nodig. Wanneer nu fusie plaats heeft van b.v. 5 of meer banken (om boekhoudmachines e.d. produktief te maken) dan verdwijnt m.i. het spaargeld uit de dorpen waar de bank is op geheven voor een groot deel bij de Rijkspost spaarbank, want in die dorpen zijn ook wel behulpzame kantoorhouders van de R.P.S. Ook het aanvragen van kredieten en hy potheken zal zeer zeker verminderen, omdat diverse contactmensen dan de dorpen zonder bank actiever gaan bewerken. Door laatstgenoemde gang van zaken gaan wij met de kredietverstrekking ten plattelande achteruit en het is toch aller minst de bedoeling weer naar de tijd terug te keren, waarin de veevoerhandelaar of de veekoopman de kredietgevers van de boe ren waren! Als de juiste man op de juiste plaats werkt en dan in het bijzonder de kassier, dan meen ik dat onze banken in ieder dorp service kunnen geven, welke op het platte land moeilijk is te vervangen. Nogmaals, het schrijven van „Kassier" Wij hebben al eerder melding gemaakt van het feit, dat de bank de mijlpaal van 2 mil joen heeft bereikt. Thans kunnen wij een foto afdrukken. Wij zien de heer P. Duin een enveloppe met inhoud in ontvangst nemen van de voorzitter, de heer W. Kollis (links), terwijl de kassier de heer J. Singer toeziet. WIJDENES 33

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 35