FINANCIERING EN KREDIETVERLENING Het ligt in het voornemen, zo mogelijk maandelijks, een aspect van dit brede onderwerp in de Raiffeisen-Bode te belichten. De bedoeling hiervan is onze lezers stof te geven om zich te kunnen verdiepen in de materie die hen regelmatig in de praktijk bezighoudt. Mochten de artikelen aanleiding geven tot vragen of opmerkingen, dan houden wij ons daarvoor gaarne aanbevolen. I. NORMEN VOOR BEDR1JFSFINANCIER1NG Het kernpunt in de financiering Geld speelt in onze maatschappij een heel belangrijke rol. Het heeft de functie van ruilmiddel: vrijwel alle goederen en dien sten worden tegen geld gekocht en verkocht. Zonder geld kan geen enkel bedrijf behoor lijk aan het economische verkeer deelnemen. Daarin ligt in wezen de oorzaak van alle vragen op het gebied van de financiering. De kernvraag is daarbij: hoe er voor te zor gen, dat gedurende de gehele bestaansduur van het bedrijf de benodigde en de beschik bare geldmiddelen met elkaar in evenwicht blijven. Bij verbreking van het evenwicht ont staat er een toestand van overliquiditeit of illiquiditeit. Overliquiditeit is aanwezig, wanneer de beschikbare middelen de voor de uitoefening van de taak benodigde mid delen overtreffen. Gewoonlijk is het niet moeilijk wegen te vinden om de liquiditeit tot normale proporties terug te brengen, bijvoorbeeld door belegging van middelen of extra kredietaflossing. Een toestand van illiquiditeit laat zich dikwijls minder gemakkelijk opheffen. Veel hangt af van de omvang en de oorzaak van het tekort en van de kredietwaardigheid van het bedrijf. Ernstige illiquiditeit kan het bestaan van het bedrijf in gevaar brengen. De onzekerheidsfactor De opgave ervoor te zorgen dat er gedu rende de bestaansduur van het bedrijf even wicht is tussen benodigde en beschikbare middelen, geldt ook voor de 300.000 land en tuinbouwbedrijven in ons land. Deze opgave is verre van gemakkelijk wegens de vele onzekerheden met betrekking tot de toekomstige inkomsten en uitgaven. Oogst- resultaten kunnen tegenvallen; opbrengst- prijzen zijn dikwijls moeilijk te schatten; door tegenslag kan het bedrijf voor allerlei onvoorziene uitgaven komen te staan enz. Het ondernemerschap van de boer en de tuinder treedt bij de opsomming van deze onzekerheden naar voren. Als goed onder nemer zal hij de gang van zaken in het be drijf nauwlettend volgen. Het is van belang, dat hij zich ook voortdurend inzicht ver schaft in de financiële ontwikkeling door regelmatig een begroting van inkomsten en uitgaven op te stellen en deze te toetsen aan het feitelijke verloop. Een ongunstige ontwikkeling wordt dan tijdig gesignaleerd, zodat ook tijdig maatregelen kunnen wor den genomen. Ontstaat er een toestand van illiquiditeit, dan zal men zich veelal tot kredietgevers wenden om in de liquiditeitsbehoefte te voorzien. De onzekerheden met betrekking tot het liquiditeitsverloop kunnen in be paalde omstandigheden als het ware worden afgewenteld op de kredietgevers, mits de bedrijven voldoende kredietwaardig zijn. Zo beschikken onze boeren en tuinders over een kredietapparaat in de vorm van de boe renleenbanken, die als liquiditeitsbuffer kunnen fungeren. Het belang van kredietwaardigheid De mogelijkheden evenwicht tot stand te brengen tussen benodigde en beschikbare middelen worden verruimd, wanneer in het geval van een liquiditeitstekort een beroep op de bank kan worden gedaan. De bedrij ven zullen dan echter aan zekere eisen van kredietwaardigheid moeten voldoen. De kredietwaardigheid wordt bepaald door verschillende factoren: de persoon van de kredietnemer, zijn betrouwbaarheid en deskundigheid; de financiële structuur van het bedrijf en de rentabiliteit; het onder pand; de vooruitzichten voor het bedrijf en de bedrijfstak. 11

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 13