KRONIEK VAN LAND- EN TUINBOUW ontstemming en verontrusting over de regeringsbeslissing inzake het ga antiebeleid; felle aanvallen op de minister in de Tweede Kamer; minister verhoogt melkgarantie met f 15 miljoen; zuivelindustrie moet naar nieuwe wegen zoeken om melk beter tot waa de te brengen; voedings- en genotmiddelenindustrie van grote betekenis. De met zoveel spanning gevolgde strijd aan het „groene front" is voorlopig uitgevochten. De agrarische specialisten uit alle fracties van de Tweede Kamer hebben, zonder uit zondering, felle verwijten gericht tot de minister van Landbouw en scherpe kritiek geleverd op de door de regering vastgestelde melkprijs en het beleid t.a.v. de gemengde bedrijven op de lichte gronden. De Kamer heeft zich daarbij, althans in eerste instantie, een goede spreekbuis getoond van het platte land. Er was immers grote verontrusting ontstaan en verontwaardiging door het feit dat de minister bij zijn prijsvaststelling was afgeweken van de redelijke wensen van het Landbouwschap. Hoewel bij de voorstellen van het Landbouwschap weliswaar enige produktiviteitsruimte voor de landbouw be houden zou blijven mede om ook de lonen en sociale voorwaarden verder te kunnen ver beteren kwamen deze toch neer op een prijsverlaging voor enkele produkten zoals tarwe, suiker en melk. Al was het voor de praktijk daarom reeds buitengewoon moeilijk voor deze voorstellen van het Landbouw schap voldoende begrip op te kunnen brengen toch schaarde men zich hierachter, in het be sef daardoor sterk te staan. De voorstellen waren gebaseerd op scherp gecalculeerde kostprijsberekeningen waarbij thans in tegenstelling tot voorgaande jaren de aan de kostprijsboekhouding deelnemende (betere) bedrijven nog eens waren geselecteerd op be paalde efficiencynormen. Bovendien was in het vooroverleg met hfet Landbouwschap nog eens duidelijk gebleken, dat over de doeleinden van het beleid als zodanig geen verschil van mening bestond. Het garantiebeleid zou bij voortduring ge richt moeten blijven op redelijke producen tenprijzen voor die landbo rwprodukten, waarvoor een actief garantiebeleid noodzake lijk moet worden geacht ter bevordering van een redelijk bestaan in de agrarische sector. Bij het geven van concre:e inhoud aan dit algemeen geformuleerde oeginsel, dus over de opzet van het garantiebeleid, bestond eveneens overeenstemming: er zou geen sprake meer zijn van een ontkoppeling van de garantieprijzen van de kostprijzen, terwijl bovendien een zekere produk iviteitsruimte zou worden behouden voor de landbouw. Biet Landbouwschap had zijn voorstellen dan ook dienovereenkomstig nader geformuleerd. Storm van kritiek Het feit echter, dat de minis:er bij de uit eindelijke vaststelling van de voor het komende produktiejaar in vooruitzicht te stellen garantieprijzen bij de suiker en de melk van deze voorstellen is afgeweken, heeft in de kringen van de georganiseerde land bouw dan ook ernstige teleurstelling, ja zelfs ontstemming, gewekt en geleid tot een soort vertrouwenscrisis. Men was verontwaardigd over de regeringsbeslissing; vooral de boeren op de lichte gronden was onreert gedaan. De ontstemming en wrevel kwamen met name ook duidelijk tot uiting in pro est- en voor lichtingsvergaderingen, waarbij men echter zijn kalmte en waardigheid wist te bewaren en het niet tot ernstige uitbarstingen is ge komen. Gezien het sterke standpunt van de georganiseerde landbouw vertrouwde men immers dat de strijd wel zou worden uitge vochten in het parlement. Nu, dat is gebeurd. 442

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1960 | | pagina 6