afgelopen maanden een grote activiteit rond het Rapport Landbouwkrediet ontwikkeld. Aan de conclusies en aanbevelingen van het rapport is een gedegen studie gewijd. Toen wij in ons aprilnummer van dit jaar de vraag stelden „wat doen wij met het rapport?", kondigden wij aan, dat door de Centrale Bank een „discussienota" zou worden opgesteld, welke als leidraad zou kunnen dienen bij de besprekingen over het rapport binnen onze organisatie. Een studiecommissie, bestaande uit functionarissen van de Centrale Bank, is aan het werk getogen met als resultaat, dat niet een discussienota, maar een omvangrijk (75 bladzijden) preadvies door de directie aan het bestuur van de Centrale Bank is aan geboden. Ons bestuur heeft in zijn vergadering van 27 oktober jl. het door de studiecommissie voorbereide preadvies aanvaard. Het preadvies behandelt systematisch de punten uit het Rapport Landbouwkrediet, die voor onze organisatie van belang zijn. Uit voerig worden de mogelijkheden van ver ruiming van de kredietverlening besproken, waarbij hier en daar concrete voorstellen worden gedaan. Ook de aangelegenheden van organisatorische aard krijgen de aandacht, zoals de samenstelling van de besturen onzer banken en de functie van de raden van toe zicht. Ten slotte is een hoofdstuk gewijd aan het belangrijke punt van de voorlichting in zake bedrijfsfinanciering en de opvoering van de deskundigheid van de functionarissen der aangesloten banken. Achter elk onderwerp zijn de conclusies vermeld, waartoe het pre advies komt. Wij moeten hier de inhoud en met name ook de conclusies van het preadvies voorlopig laten rusten. De bedoeling is, dat het pre advies in handen gesteld zal worden van een landelijke commissie, onder voorzitterschap van prof. Minderhoud, welke commissie zich nader over het preadvies zal beraden. Het betreft immers een preadvies in de ware zin van het woord en de opzet is, dat onze orga nisatie als geheel zich met de aan de orde gestelde zaken vertrouwd zal maken en daar over haar oordeel uit zal spreken. De leden van de landelijke commissie zullen zeer binnenkort worden benoemd. Wij hopen de samenstelling van deze commissie in ons vol gende nummer bekend te kunnen maken. Nadat de landelijke commissie het preadvies zal hebben behandeld zal aan de eerstvolgen de algemene vergadering een „urgentie programma" voorgelegd kunnen worden. Naarmate het overleg binnen de lande lijke commissie vordert, zullen ongetwijfeld ook onze banken zelf nauwer betrokken wor den bij de inhoud van het preadvies. Dit zal kunnen gebeuren door de aan de orde ge stelde onderwerpen te bespreken in de ring- vergaderingen, terwijl ook ons blad op verschillende punten nader zal ingaan. Het betreft hier zaken, die niet alleen aan de „top" overdacht moeten worden, maar die vooral ook aan de brede basis van onze orga nisatie bekend moeten zijn. Wij zijn ervan overtuigd, dat de inhoud van het preadvies de interesse van al onze banken zal weten te wekken. RAIFFEISENDAG De derde donderdag in oktober is ook dit jaar weer de richtdatum geweest voor veler lei activiteiten. Nog meer dan het vorige jaar kon de Raiffeisendag een organisatiedag worden genoemd. Het aantal deelnemende banken was belangrijk toegenomen en we hebben de indruk, dat de algunene attentie voor de Raiffeisendag (en -week) nog weer groter is geweest. Daarbij worden de moeilijkheden van één bijzondere spaardag nog eens extra onder streept. Er zijn dan ook verschillende banken geweest, die het nauwelijks afkonden op de Raiffeisendag, ondanks het feit, dat men van vroeg tot laat met extra personeelsbezetting doorwerkte. De grote vraag komt dus naar voren: moet de RaiffeisenK/ee/ï méér naar voren worden gebracht zender een bepaald hoogte punt? Het is verleidelijk hiertoe te besluiten indien men de traditionele donderdag wil ontlasten. Maar dan gaat ook het feestelijk moment verloren, de aandacht wordt verspreid en dus verslapt en de feitelijke betekenis van de Raffeisendag als stichtingsdag zou gaan verdwijnen. Het is in ieder geval van het grootste be lang dit probleem nog eens van alle kanten te bekijken. Er zijn trouwens nog wel meer punten, die een studie waard zijn om de Raiffeisendag 404

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1960 | | pagina 4