Zo beschouwden zij het als immoreel om voor geldleningen rente in rekening te bren gen en gedurende enige eeuwen dreef dit de geldverzamelaars ertoe hun geld cnproduk- tief te laten. Toen zij zich realiseerden dat het nutteloos oppotten van grote geldbedra gen nadelig was voor hun economie, ver hinderden zij niettemin aanvankelijk de op richting van banken, doch stemden er wél in toe de gelden te doen storten in de tempels en aldus „toe te vertrouwenaan de godin Pallas Athene (de godin der wijsheid). Deze, uiteraard slechts symbolische hande ling, diende dan als garantie (tevens dek mantel) dat het morele aspect van de daarna te ondernemen transactie volkomen in orde was. Zo had de godin Pallas Athene (lees: de geldgever zelf) de vrijheid van de haar toevertrouwde gelden elk gewenst gebruik te maken; zij kon de gelden dus zonder meer uitlenen op voorwaarde van terugbetaling, nu echter uit de aard der zaak wél met interest. Door het succes van dit systeem gesterkt, stelde Athene aan andere staten voor een gemeenschappelijk fonds op te richten, een soort internationale bank dus. En wie, dacht u, werd aan het hoofd van dit fonds ge plaatst? De god van de zon en de schone kunsten, Apollo van de orakelstad Delphi! Deze bankgoden (Pallas Athene en Apollo van Delphi) gedroegen zich als echte ban kiers. Aan hen die hun geld bij deze goden stortten werd een rente van 2 a 3 per jaar vergoed, terwijl voor het uitlenen daar van een rente tot 20 werd berekend. De generaal bijt de spits af Van Themistocles, die tijdens de Perzische oorlogen niet alleen de rang van generaal had verworven, doch ook nog zo iets als 15 miljoen hedendaagse drachmen, wordt gezegd, dat hij de eerste was die zijn geld aan een geldschieter in Corirthe (ook een oud-Griekse stad) uitleende en daarvoor een rentevergoeding van 5 °/o per jaar vroeg. Toen dit in Athene bekend werd, wekte het veel verbazing, niet zozeer varwege het feit dat een generaal zulk een enorm fortuin had kunnen vergaren, doch veeleer omdat hier mede de mogelijkheid was aangetoond van geldexport „naar het buitenland". Als gevolg van deze gebeurtenissen besloten de Atheners de vestiging van geldwisselaars (makelaars) toe te staan, die de naam „trapezitae" kre gen, zo genoemd naar de tafel (trapeza) waaraan zij plachten te zitten, en die zich geleidelijk tot echte bankiers ontwikkelden. De meest vermaarden onder hen waren Archistratos en Antisthenes, de „Rothschilds" van Athene. Op deze wijze kwam de economische su prematie van Athene tot stand, welke werd bevorderd door de maritieme macht, mone taire stabiliteit en het gezonde kredietsy steem. De stijging van Athene tot zulk een hoge positie in de klassieke oudheid vond echter niet alleen haar uitwerking op econo misch en financieel, doch ook op zedelijk en geestelijk gebied. De faam van Athene als grote internatio nale markt maakte de stad :ot het meest cosmopolitische centrum van Griekenland en van de toen bekende wereld. Al deze luister was voortgekomen uit de armoede van het land, waarin Theseus en de andere grondleggers van de stad een tehuis vestig den voor het kleine volk van Attica. De voorzitter van het bestuur van de Coöf). Land bouwersbank en Handelsvereniging ..Barneveld en Omstreken'de heer H. van Wenum, ontvangt uit handen van de burgemeester van Barneveld, mr. C. E. E. Kuntze, een koninklijke onderscheiding. 434

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1960 | | pagina 34