ten moet de kassier ook van het overige personeel eisen. Een twintigtal punten betreffende de om gang tussen kassier of personeel met cliën ten van de bank: 1. Zorg ervoor altijd vuur bij de hand te hebben voor het geval een cliënt een sigaar/sigaret opsteekt. 2. Rook nooit aan de balie wanneer u iemand helpt. 3. Indien een cliënt u een sigaar/sigaret aanbiedt, steek dan gelijk met hem op. De opmerking van „die mag ik wel tot straks bewaren" is onjuist. Zodra ech ter deze cliënt is vertrokken en er komt een ander, leg dan uw rokertje op een asbak in het kantoor weg. 4. De handen dienen schoon te zijn. 5. De kleding dient correct en verzorgd te zijn (geen smoezelige manchetten of boorden). 6. Een dag overslaan met scheren mag niet worden getolereerd. 7. Vrouwelijk personeel zal er in het algemeen wel zelf op letten er ver zorgd uit te zien. Men heeft er hoog stens op te letten, dat de make-up niet te overdreven is. 8. Vermijd een teveel aan paperassen op de balie en verwijder vooral de beschei den van een vorige cliënt, voordat u de volgende helpt. 9. Hang niet tegen of op de balie, maar sta rechtop. 10. Sta aan de balie als uw cliënt moet staan. Het systeem van een balie, waar bij de lokettist zit en de cliënt moet staan, is verfoeilijk. De cliënt is immers de belangrijke persoon. Als u in een winkel zoudt komen en de bediende bleef zitten, zoudt u daar geen genoe gen mee nemen. Wil men, om welke reden ook, de lokettist laten zitten, dan dient een balie ontworpen te worden, waarbij aan de andere kant ook de cliënt kan gaan zitten. 11. Laat een cliënt niet wachten, maar onderbreek uw werkzaamheden direct als er iemand is. Wachten irriteert. 12. Luister altijd gewillig naar de moei lijkheden van de cliënt, maar houd u er verre van uw eigen moeilijkheden bij hem naar voren te brengen. 13. Geef 100 °/o aandacht aan de cliënt, die u aan het helpen bent en praat er niet tussendoor met b.v. ander kan toorpersoneel. 14. Wacht tot de cliënt is vertrokken voor u naar uw plaats in het kantoor terug keert. Vooral dames hebben nogal eens wat tijd nodig om de stukken in haar tasje op te bergen. Men dient toch te wachten, de cliënt goedendag te zeg gen en dan pas naar zijn plaats terug te keren. 15. Is een bediende de cliënt aan het hel pen en vraagt deze iets aan de kassier, die aan zijn bureau zit, dan staat de kassier onmiddellijk op en begeeft zich naar de balie, maar hij zal de vraag niet zittend van achter zijn bureau uit beantwoorden. 16. Toon nooit, dat u kwaad bent. Som mige cliënten kunnen wel eens onheus zijn. Beheers u steeds en houd de eer aan uzelf. Dat dwingt uiteindelijk res pect af. 17. Benut de kans om cliënten aan de balie op de vele mogelijkheden van onze banken te attenderen. 18. Laat belangrijke cliënten ook rustig merken, dat zij belangrijk zijn, zonder in onderdanigheid af te zakken. 19. Bied bij een bespreking met belang rijke cliënten behalve rokerij ook, zo mogelijk, een kopje koffie/thee aan. Een kopje koffie of thee kan wonderen doen aan de sfeer der bespreking en komt dikwijls met grote rente voor de bank terug. U drinkt natuurlijk altijd mee en laat nooit merken, dat u b.v. al drie kopjes op hebt. 20. Samenvattend: Wees een correcte, goed verzorgde persoonlijkheid, dan zal men graag door u geholpen worden. Interne verhoudingen Niet te ontkennen valt, dat de kassier de belangrijkste functionaris van de bank is. Hij immers is de man, die in voortdurend 278

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1960 | | pagina 38