VOORTZETTING ALGEMENE VERGADERING
VAN DE CENTRALE BANK
vermogenspositie van de land- en tuinbouwers in het
algemeen gezond is. Daaruit blijkt, dat een der pijlers
van de landbouwcoöperatie, de aansprakelijkheid der
leden, op een stevige basis gegrondvest staat. Prof.
Minderhoud wees nog op de enquête, die de Com
missie Landbouwkrediet gehouden heeft onder ruim
2.500 boeren en tuinders, teneinde deze de gelegen
heid te geven hun wensen en bezwaren inzake het
landbouwkrediet kenbaar te maken. Deze geënquê
teerden zijn aangewezen door de standsorganisaties, dus
buiten de boerenleenbanken om. Zij maakten geen
deel uit van bestuurscolleges van boerenleenbanken.
Prof. Minderhoud achtte het gedurfd, dat de beide
Centrale Banken hiermede dus in wezen een soort
klachtenbureau hebben geopend, temeer opmerkelijk,
omdat de ingekomen antwoorden zijn gepubliceerd.
De bij deze opiniepeiling naar voren gebrachte wen
sen en klachten worden door de Centrale Bank be
studeerd en zullen vermoedelijk tot enkele wijzigin
gen in de bestaande werkwijze van de boerenleen
banken aanleiding geven.
Hoewel gebleken is, dat de boerenleenbanken nog
steeds ten volle beantwoorden aan het doel, dat de
oprichters indertijd voor ogen heeft gestaan, blijven
wij, aldus de slotwoorden van prol. Minderhoud,
ontvankelijk voor de eisen van deze en de komende
tijd.
GOEDKEURING JAARSTUKKEN
Vervolgens wordt de rekening en verantwoording
door het bestuur over 1959 goedgekeurd. Namens de
algemene vergadering brengt de voorzitter, de heer
H. A. Wind, bestuur en directie, alsmede allen die
hieraan hun krachten hebben gewijd, dank voor hun
toegewijde arbeid.
Overeenkomstig het gedane voorstel besluit de
vergadering aan de winst over 1959 ad 2.217.101,68,
vermeerderd met het onverdeelde saldo van 1958 ad
377.765,69, tezamen 2.594.867,37, de volgende
bestemming te geven:
toe te voegen aan de algemene reserve 1.450.000,
toe te voegen aan de res. risico effecten 750.000,
en over te brengen naar nieuwe rekening 394.867,37
2.594.867,37
VERKIEZINGEN
Aan de orde zijn de vervulling van de volgende
vacatures:
Vacature in het bestuur, ontstaan door periodieke af
treding van dr S. F. A. C. M. baron van Wijnbergen;
vacatures, ontstaan door het eindigen van de last als
plaatsvervangend bestuurslid van de heren H. A.
Wind en N. J. H. Raat; voorts vacatures in de raad
van toezicht, ontstaan wegens de periodieke aftreding
van de heren J. Banis, G. Schuyt Kzn., ir B. D. van
Schelven en mr R. J. van Beekhoff. Na de telling
der stemmen door een daartoe aangewezen stem
bureau blijken met overgrote meerderheid van stem
men te zijn herkozen:
Tot bestuurslid dr. S. F. A. C. M. baron van Wijn
bergen; tot plaatsvervangende leden van het bestuur
de heren H. A. Wind en N. J. H. Raat en tot leden
van de raad van toezicht de heren G. Schuyt Kzn,
ir B. D. van Schelven en mr R. J. van Beekhoff.
Daar de heer Banis zich wegens het bereiken van
de 70-jarige leeftijd niet herkiesbaar heeft gesteld
werd, met grote meerderheid van stemmen, in zijn
plaats de heer G. W. Leuvelink te Diepenheim tot
lid van de raad van toezicht gekozen.
De heer Banis heeft bericht zeer tot zijn spijt,
wegens dringende bezigheden elders, niet op de ver
gadering aanwezig te kunnen zijn. De voorzitter
memoreert de waardevolle medewerking, die de raad
van toezicht steeds van de heer Banis heeft onder
vonden. Hij was goed op de hoogte van vele details
in de organisatie, maar overzag daarnaast ook het
geheel. Het landbouwkrediet is hem veel dank ver
schuldigd. De voorzitter wenst de heer Banis toe, dat
hij nog lang van een welverdiende rust moge ge
nieten en nog vele jaren getuige mag zijn van de
groei en bloei van de Utrechtse landbouwkrediet
organisatie.
ALGEMENE VERGADERING ONDERLING
WAARBORGFONDS
Vervolgens schorst de voorzitter de algemene ver
gadering van de Centrale Bank en opent die van het
Onderling Waarborgfonds. De notulen van de alge
mene vergadering van 28 mei 1959 worden onver
anderd goedgekeurd en vastgesteld. Ook de rekening
en verantwoording van het bestuur over 1959 wordt
goedgekeurd. Hierna wordt de algemene vergadering
van het Onderling Waarborgfonds gesloten en de
algemene vergadering van de Centrale Bank her
opend.
De voorzitter deelt mede, dat in verband met het
feit, dat de heer Hendriksen per 1 juni, wegens het
bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, zijn
functie van directeur van de Centrale Bank zal neer
leggen, mr H. H. Schröder met ingang van die datum
is benoemd tot onderdirecteur. Hij wenst de heer
Schröder met deze benoeming van harte geluk en
spreekt de hoop uit, dat de heer Schröder met de
zelfde ambitie als waarmee hij zijn werkzaamheden
steeds heeft verricht, zijn nieuwe functie zal ver
vullen. Tevens richt de voorzitter zijn gelukwensen
tot de heren H. te Kolsté, W. P. van den Hurk en
J. A. van Zurk, die met ingang van 1 juni zijn be
noemd tot resp. hoofdinspecteur en de laatsten tot
adjunct-hoofdinspecteur.
RONDVRAAG
Bij de rondvraag verzoekt en verkrijgt de heer
H. Zanen, bestuurslid van de boerenleenbank Berg
ambacht het woord. Hij spreekt er zijn blijdschap
over uit, dat iedereen in de gelegenheid zal zijn
hedenmiddag afscheid van de heer Hendriksen te
nemen. Hij vreest echter, dat het drukken van zoveel
handen voor de heer Hendriksen wel erg vermoeiend
zal zijn. Hij stelt daarom voor zich enige beperkingen
op te leggen en de goede attenties te vervangen door
een applaus. De gehele vergadering geeft hieraan met
enthousiasme gevolg. De heer Zanen roemt de heer
Hendriksen zowel voor zijn open oor voor een ieder,
die zijn raad behoefde, als om zijn beminnelijke per
soonlijkheid. Tevens brengt de heer Zanen hulde aan
raad van toezicht, bestuur en directie, voor het be
heer in het afgelopen jaar gevoerd.
Na enige mededelingen van orde sluit de voor
zitter het morgengedeelte der vergadering.
AFSCHEID VAN DE HEER H. J. HENDRIKSEN
Na de pauze geeft de voorzitter allereerst het
woord aan prof. Minderhoud, die de heer Hendriksen
toespreekt namens bestuur en raad van toezicht.
Prof. Minderhoud begint met er aan te herinneren,
dat het meer dan 41 jaar geleden is, dat de heer
Hendriksen zijn werkzaamheden in de organisatie
begon. Hoewel zijn werkzaamheden als directeur per
1 juni a.s eindigen, heeft de heer Hendriksen zich
217