laatste jaren het probleem van de rente
berekening. Slechts met uiterste krachtsin
spanning en door middel van overwerk in de
laatste twee maanden van het jaar en de
eerste maand van het nieuwe jaar, was het
mogelijk de rente-nota's in de loop van de
maand januari gereed te krijgen. Om deze
reden moest ook voor dit tijdrovende onder
deel van de administratie naar een minder
tijd vragende en toch niet kostenverhogende
oplossing worden omgezien. Hierbij be
hoefde geen rekening te worden gehouden
met de thans in gebruik zijnde boekhoudma
chines, daar deze aan vervanging toe zijn.
Na een uitgebreid onderzoek, waarbij
diverse mogelijkheden werden bezien,is thans
de keuze gevallen op boekhoudmachines,
waaraan een ponsmachine is gekoppeld. Ge
lijktijdig met het boeken van een post op de
boekhoudmachine worden door de ponsma
chine in een ponskaart de voor de rente
berekening benodigde gegevens geponst. De
geponste kaarten worden met een sorteer-
machine per bank en vervolgens per valuta
datum gesorteerd. Daarna worden door een
administratiemachine van de gesorteerde
kaarten de rente-nota's voor de rekening
houders vervaardigd. Op deze wijze zal de
renteberekening in de toekomst geheel langs
machinale weg plaats vinden.
Een bijkomstig voordeel van de nieuwe
boekhoudmachine, dat mede bepalend was
voor de keuze, is de automatische toevoer van
dagafschriften in de vorm van kettingformu
lieren. Op deze dagafschriften zal niet de
naam van een rekeninghouder worden ver
meld, doch een codenummer voor de betrok
ken cliënt.
Begin mei zal de eerste boekhoudmachine met
aangekoppelde ponsmachine worden afge
leverd, waarna in de maanden juli en oktober
de overige bestelde machines zullen volgen.
De afdeling boekhouding zal de afgelever
de machines nog in de loop van dit jaar in
gebruik nemen, waarmede een belangrijke
verbetering in de administratie zal zijn ver
kregen.
De praktijk van dc financieringsvoorlichting
aan agrariërs
Eén der belangrijkste aspecten van het
landbouwkrediet is dat van de voorlichting
betreffende de financiering van het land- en
tuinbouwbedrijf. Iedere boer staat van tijd tot
tijd voor de vraag, welke financieringsmid
delen zijn bedrijf nodig heeft en in het bij
zonder voor de vraag in welke mate hij, ge
zien de rentabiliteit en liquiditeit van zijn
bedrijf, vreemde middelen kan opnemen.
Wij geloven, dat iedereen wel overtuigd is
van de noodzaak van een goede voorlichting
in dergelijke zaken. De Commissie Land
bouwkrediet heeft dan ook in haar rapport
kunnen concluderen, dat er behoefte bestaat
aan individuele voorlichting inzake de eisen,
die een juiste financiering van het bedrijf
stelt. De Commissie Landbouwkrediet kent in
dezen een belangrijke taak toe aan de land-
bouwboekhoudbureaus, terwijl daarnaast ook
de kassiers van de boerenleenbanken bij de
individuele kredietaanvragen voorlichting
dienen te geven op het punt van de bedrijfs-
financiering.
Daar menigeen zich zal afvragen, hoe de
individuele voorlichting nu eigenlijk in de
praktijk tot stand komt, doet het ons genoe
gen, dat wij in dit nummer een artikel over
„Ervaringen op het gebied van de financie
ringsvoorlichting" kunnen opnemen, hetwelk
geschreven is door de heer B. Veltman, econ.
drs, verbonden aan het Coöperatieve Land-
bouwboekhoudbureau te Emmeloord. Dit
artikel geeft een heldere uiteenzetting van de
methoden volgens welke men in de N.O.P. de
voorlichting van de bedrijfsfinanciering heeft
aangepakt. Wij hopen, dat deze methode ook
elders navolging zal kunnen vinden. De
bruikbaarheid van deze methode lijkt ons in
principe zeker niet tot het gebied der IJssel-
meerpolders beperkt.
Opvallend is, dat de heer Veltman als een
belangrijk gevolg van de financieringsvoor
lichting ziet het feit, dat de boer in de N.O.P.
weinig of geen remmingen ondervindt bij het
overleggen van zijn financiële gegevens aan
de boerenleenbank. Ook wij geloven, dat door
een goede voorlichting, door het kweken van
begrip voor financieringszaken, de „terug
houdendheid", die men hier en daar onder de
agrariërs kan aantreffen, snel kan ver
minderen.
Ten slotte treft ons de goede vorm van
samenwerking tussen landbouwboekhoud-
bureau en boerenleenbank, die in de N.O.P.
op het gebied van de voorlichting gevonden
is. Overleg en contact tussen deze beide in-
165