andere zekerheden. Wij noemen met name de eigendomsoverdracht tot zekerheid van de levende en dode bedrijfsinventaris, cessie van veilinggelden of cessie van melkgelden, de overdracht van een bloembollenkraam, de overdracht van kassen of warenhuizen op gepachte grond, cessie van vorderingen op binnenlandse en buitenlandse afnemers en dergelijke. Helaas moet geconstateerd worden, dat de wettelijke regeling van deze zekerheids rechten niet helemaal sluitend is. Dit moet er toe leiden, dat de boerenleenbank bij het verlenen van kredieten of voorschotten, waarbij deze zekerheden worden verbonden, niet beveiligd is tegen een aantal voorvallen, waartegen zij in werkelijkheid beveiligd be hoort te zijn. Zo moet men bijvoorbeeld bij eigendomsoverdracht tot zekerheid ervaren, dat in die gevallen, waarin de bank genood zaakt is tot de uitwinning van de haar in eigendom tot zekerheid overgedragen goede ren, veelal complicaties ontstaan. In vele gevallen blijkt de betreffende krediet- of voorschotnemer zijn goederen, die hij in eigendom tot zekerheid aan de boerenleen bank heeft overgedragen, ook aan een ander in zekerheidseigendom overgedragen te heb ben. Het hangt er dan maar van af of de zekerheidsoverdracht aan de boerenleenbank eerder plaatsvond dan de zekerheidsover dracht aan de andere instelling, want als dat niet het geval is, is het krediet van de boe renleenbank niet gedekt. Men noemt dat de dubbele eigendomsoverdracht tot zekerheid. Nu komen zulke complicaties uiteraard niet zo vaak voor. Men moet echter constateren, dat zij relatief vaker voorkomen juist in die gevallen, waarbij de boerenleenbank de aan haar verbonden zekerheid meent nodig te hebben. Hoe komt het nu, dat deze zekerheidsrechten zo onvoldoende geregeld zijn? Dit is het ge volg van het feit, dat ons huidige wetboek op het gebied van de zakelijke zekerheids rechten sterk bij de ontwikkeling ten achter is gebleven. Toen het wetboek tot stand kwam, hadden de roerende goederen nog een betrekkelijk geringe waarde. Het werd daar om niet van zo groot belang geacht in het wetboek een regeling te treffen, waardoor roerende goederen, die zich in het bezit van de kredietnemer blijven bevinden, tot zeker heid van diens krediet gebruikt kunnen wor den. Thans is echter de ontwikkeling voort geschreden. Aan de ene kant is men steeds meer de betekenis gaan zien van krediet als middel tot verbetering van de bedrijfsvoe ring. En aan de andere kant zijn ook de roerende zaken steeds meer in waarde gaan toenemen. Men denke bijvoorbeeld aan de kostbare apparatuur, welke men tegenwoor dig in vele land- en tuinbouwbedrijven pleegt aan te treffen. Een logisch sluitstuk van deze ontwikkeling zou zijn, dat nu ook de wettelijke regeling van zakelijke zekerheidsrechten op roerende goederen verbeterd zou worden. De Com missie Landbouwkrediet heeft deze verbete ring voornamelijk menen te zoeken in het voorstel, een registerpandrecht in te voeren, waardoor geen dubbele overdrachten meer zouden kunnen plaats vinden. Voorts stelt de Commissie voor, dat het registerpandrecht ook op de groeiende oogst gevestigd kan worden, waardoor de boerenleenbank ge makkelijker z.g. oogstkredieten zal kunnen geven. Deze voorstellen zijn niet alleen in het belang van de boerenleenbank. Zij zijn ook in het belang van de boer of tuinder, die het krediet aanvraagt. In de eerste plaats zijn zij in het belang van de boer of tuinder, omdat hierdoor de banken verder zullen kunnen gaan in de financiering van de agra rische bedrijven dan op het ogenblik het ge val is, in verband met de huidige zwakke regeling van de zekerheidsrechten. En in de tweede plaats is een verbetering van de zakelijke zekerheidsrechten in het belang van de boer of tuinder, die het krediet bij de boerenleenbank aanvraagt, omdat hij daar door meer als gelijke tegenover de bank komt te staan. Hij kan tegen de boerenleen bank gemakkelijker zeggen: geef mij krediet, ik heb een goede zekerheid. Een zeer belangrijk aspect van de te ver wachten financieringsbehoefte in land- en tuinbouw is derhalve daarin gelegen, dat de regeling van de zakelijke zekerheidsrechten op roerende goederen, die zich in het bezit van de boer of tuinder blijven bevinden, verbeterd wordt. De aanbevelingen, die de Commissie Landbouwkrediet op het punt van verbetering van de zakelijke zekerheidsrech- heeft gedaan,zijn dan ookvan uitermate groot belang voor de gehele land- en tuinbouw. 129

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1960 | | pagina 15