moet in de oproep als agendapunt vermeld worden: „Vaststelling van de balans en de verlies- en winst rekening overeenkomstig het bepaalde in art. 46 onder C van de statuten der bank. Tevens moet worden vermeld: „De bedoelde stukken liggen vanaf heden ter inzage voor de leden ten kantore der bank tot na de afloop van de vergadering." Men zal ter inzage moeten leggen: de rekening van ontvangsten en uit gaven, de balans van de boerenleenbank-Raiffeisen- bank, alsmede de verlies- en winstrekening van de boerenleenbank-Raiffeisenbank. Het ter inzage leggen van de bovenbedoelde stukken kan achterwege blijven, indien, naast het plaatsen van de advertentie, ook nog schriftelijke convocaties aan de leden rond gezonden worden en de rekening van ontvangsten en uitgaven, de balans alsmede de ver lies- en winstrekening, eventueel in verkorte vorm, bij het convocatiebiljet worden gevoegd of daarop worden afgedrukt. Bestemming van het voordelig saldo In art. 2 lid 7 van de statuten van de boerenleen banken wordt bepaald, dat al oefent de bank haar bedrijf niet uit om winsten te maken, doch om de stoffelijke en zedelijke toestand van haar leden te verbeteren, steeds naar de vorming van een krachtige reserve zal moeten worden gestreefd. Dienovereen komstig bepaalt art. 48 lid 1 van de statuten der boerenleenbanken, dat het voordelig saldo wordt be waard en tot een reservefonds wordt gevormd. Noch tans kan onder zekere omstandigheden door de alge mene vergadering het besluit genomen worden, om het voordelig saldo of een gedeelte daarvan niet aan de reserve toe te voegen, doch te bestemmen voor doeleinden welke geacht worden te zijn in het belang van de landbouw, in de ruimste zin genomen, dan wel van algemeen of plaatselijk belang. Uit art. 48 lid 3 en 4 van de statuten van de boerenleenbanken blijkt, onder welke omstandigheden dat mogelijk is. Kort heidshalve menen wij hiernaar te moeten verwijzen. Het bestuur moet aangaande de bestemming van het voordelig saldo aan de algemene vergadering voor stellen doen. Onder de agendapunten zal dus moeten worden opgenomen: „Voorstel van het bestuur tot toevoeging van het voordelig saldo der verlies- en winstrekening aan de reserve"; of „Voorstel van het bestuur om een gedeelte van het voordelig saldo der verlies- en winstrekening te bestemmen voor doel einden, welke geacht worden te zijn in het belang van de landbouw dan wel van algemeen of plaatselijk belang, en de rest toe te voegen aan de reserve van de bank." Onder doeleinden, welke geacht worden te zijn in het belang van de landbouw, kunnen uiteraard slechts zodanige doeleinden begrepen worden, die voor alle leden of althans voor de overgrote meerderheid van de leden van belang zijn. Men denke bijvoorbeeld aan een verbetering van de afwatering in het werkgebied van de boerenleenbank, aan een bijdrage in het onderzoek van de bodemgesteldheid of dergelijke doeleinden. Van algemeen of plaatselijk belang is bijvoorbeeld een schenking van de boerenleenbank aan een plaatselijk ziekenhuis. Verkiezing van bestuursleden Volgen art. 20 lid 1 van de statuten bestaat het be stuur van de boerenleenbank uit een bij huishoudelijk reglement nader te bepalen oneven aantal, doch uit ten minste 3 leden. Het wordt gekozen uit en door de leden van de bank in een algemene vergadering. Het wijst uit zijn midden een voorzitter (eventueel een ondervoorzitter), een secretaris en diens plaatsver vanger aan. De voorzitter van het bestuur wordt dus niet als zodanig door de algemene vergadering gekozen, maar door het bestuur zelf aangewezen. Telkenj are treedt ten minste één lid, doch ten hoogste 1/3 gedeelte van de leden van het bestuur af (art. 20 lid 2 van de statuten). De aftredende is te allen tijde herkiesbaar, behoudens hetgeen in het huishoudelijk reglement omtrent de leeftijdsgrens is bepaald (zie hieronder). Het is blijkens het bovenstaande altijd zaak, vóór de verkiezing in het huishoudelijk reglement na te zien, uit hoeveel leden het bestuur van de boerenleenbank moet bestaan. Wanneer men dit aantal onjuist vindt en het wenst te wijzigen, moet op de bedoelde alge mene vergadering niet slechts verkiezing van nieuwe bestuursleden, doch tevens ook wijziging van het huishoudelijk reglement in behandeling komen. In het korte tijd geleden verschenen rapport van de Com missie Landbouwkrediet wordt er bij de boerenleen banken op aangedrongen, de colleges van bestuur en raad van toezicht zo beperkt mogelijk te houden. Blijkens onze ervaringen kunnen de meeste boeren leenbanken volstaan met een bestuur van drie leden en met een raad van toezicht van eveneens drie leden. Wij zullen nu nog moeten bespreken, op welke wijze de verkiezing voor leden van het bestuur plaatsvindt, en welke beperkingen door de statuten met betrekking tot de te verkiezen personen aangelegd worden. Allereerst komt dus de vraag ia behandeling, op welke wijze de verkiezing van bestuursleden plaats vindt. Er is een groot aantal boerenleenbanken, waarbij in het huishoudelijk reglement bepaald wordt, dat de verkiezing van bestuursleden gebonden zal zijn aan een bindende voordracht. Voordat de vergadering bij eengeroepen wordt, moet het bestuur dus in het huis houdelijk reglement nakijken, of het voorschrift van een bindende voordracht voor de bank geldt. Men vindt dat voorschrift eventueel in art. 14 van het huishoudelijk reglement. In dat artikel wordt tevens uiteengezet hoe men met die bindende voordracht moet handelen. Tot een algemene vergadering, waar in een verkiezing aan de orde komt, worden de leden bijeengeroepen per advertentie, waarin voorkomen de namen van twee of meer personen, die door het bestuur onder goedkeuring van de raad van toezicht, indien het een vacature in het bestuur geldt, worden voorgedragen. De namen van de kandidaten behoren in de advertentie niet te worden vermeld, wanneer de voordracht(en), met de namen der kandidaten, ge durende de termijn van oproeping ten kantore van de bank voor de leden ter inzage wordt (worden) ge legd en zulks in de advertentie wordt bekend ge maakt. Men vindt verder in art. 14 van het huis- 102

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1960 | | pagina 32