Weersverandering In augustus heeft cle droogte plaats gemaakt voor weersomstandigheden, die voor de was dom van het plantenrijk ideaal genoemd kun nen worden. Vocht, warmte en zonneschijn hebben de vooruitzichten van de suikerbieten- oogst radicaal gewijzigd. Men verwacht thans zelfs een produktie, die hoger wordt dan de gegarandeerde hoeveelheid van 465.000 ton. Ook de grasgroei is de laatste weken gunstig geweest. Daarentegen komt de weersomslag voor de graanoogst te laat en is zijn invloed op de opbrengst en de kwaliteit van de aard appelen geenszins algemeen gunstig. De resultaten van de graanoogst op de goede gronden vallen mee, maar de opbrengsten der gewassen op de hoge zandgronden en op andere voor droogte gevoelige gronden zijn veelal slecht. De algemene oogstdepressie zal in procenten uitgedrukt niet al te groot zijn. Maar een groot aantal individuele bedrijven zal geen sluitende rekening kunnen maken. Hard fruit Het weekblad Groenten en Fruit meent, dat in het aanstaande seizoen een zeer normale Nederlandse oogst van appelen en peren kan worden verwacht. De kwaliteit zal behoorlijk zijn. Voor deze oogst is er goede vraag, zowel voor export als voor het binnenland. De oogsten in het buitenland zullen in totaal belangrijk kleiner zijn dan in het afgelopen seizoen, maar toch nog wel zodanig, dat ab normale prijsvormingen niet zullen gaan plaats vinden. Dus: in doorsnee voor de meeste rassen een hoger prijspeil dan in het vorige seizoen, maar geen topprijzen. Het blad pleit voor regelmatige spreiding van het aanbod en waarschuwt tegen speculaties. Als teveel in de koelhuizen zou worden opge slagen voor afzet in de tweede helft van het seizoen, dan zouden de resultaten nog wel eens kunnen tegenvallen. Wordt er een gezond beleid gevoerd, dan zul len de resultaten van het komende seizoen vrij gunstig zijn. Het gemengde bedrijf In de Europese landbouw neemt het kleine gemengde bedrijf een zeer belangrijke plaats in. De produkten van dit bedrijf hebben zich een plaats veroverd op de buitenlandse markt. Er doen zich nu tendensen voor, die erop wijzen, dat er veranderingen rondom het ge mengde bedrijf gaande zijn. Hierbij zal het bedrijf zich hebben aan te passen. Dit pro bleem is behandeld op een buitengewone alge mene vergadering van de K.N.B.T.B. door ir. Penders. Deze baseerde zijn betoog op de wiskundige verwerking van de L.E.I.-bedrijven en gaf een analyse van de onderscheidene factoren, die het arbeidseffect en het arbeidsinkomen be- invloeden. Hij besprak daarbij de invloed van de bedrijfsgrootte, de mechanisatie en de be drijfsorganisatie. Vooral de laatste factor is van grote betekenis voor de rentabiliteit van het bedrijf. Het komt er vooral op aan de produktie-omvang, het produktieplan en de produktietechniek af te stemmen op de gegeven, gevarieerde en zich wijzigende produktie-omstandigheden. Aan de factor „boer" moet ten aanzien van de produk- tiviteit een overheersende betekenis worden toegekend. De financiering, zegt ir. Penders, zal in de toekomst een knelpunt kunnen gaan vormen bij de aanpassing van het kleinere gemengde be drijf, ook al is de vermogenspositie momenteel relatief niet ongunstig. Dit geldt met name bij bedrijfsvergroting, bedrijfsopvolging en ver hoogde specialisatie, waarvoor investeringen nodig zijn. De aanvragen voor het Borgstel lingsfonds voor de Landbouw vertonen, met name in 1959, een grote stijging. Het landbouwkredietwezen en daarmede de boerenleenbanken zullen in dezen diligent moeten zijn, aldus de inleider. Deze beschouwing is geschreven vóór een nieuwe droogte zich heeft doen gevoelen. 237

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1959 | | pagina 7