19. Het is bij fusie gebruikelijk de besturen en raden van toezicht van de fusionerende banken eveneens samen te voegen. Hier door ontstaan gewoonlijk omvangrijke col leges, hetgeen voor een vlotte behandeling van de zaken niet bevorderlijk en uit een oogpunt van geheimhouding niet gewenst is. Aan dit bezwaar kan men tegemoet komen door het aantal leden van de or ganen geleidelijk terug te brengen door niet in vacatures te voorzien. 20. Concentratie verhoogt de kans op animo siteit tussen de dorpen onderling, doordat het ene dorp zich tenachtergesteld voelt bij het andere dorp. Het betreft hier een algemeen sociologisch verschijnsel, hetwelk men niet uit de weg kan gaan. Door verstandig optreden van de organen van de bank zal dit verschijnsel op den duur zijn kracht gaan verliezen. 21. Weegt men de geschetste voor- en nadelen tegen elkaar af, dan is het niet moeilijk om tot een conclusie te komen. De na delen blijken in belangrijke mate door organisatorische maatregelen te kunnen worden ondervangen, zodat de voordelen gaan overheersen. De kern van nagenoeg alle voordelen is, dat zij leiden tot een capaciteitsvergroting in vergelijking met de bestaande situatie; een capaciteitsvergroting niet alleen uit banktechnisch oogpunt, ook ten aanzien van kredietverlening en winstgevendheid. Hiermede wordt voldaan aan een voor waarde om op bedrijfseconomisch verant woorde wijze te kunnen voorzien in de op het platteland bestaande of komende be hoeften aan financieel-economische dienst verlening. 22. In principe is hiermede terzake het vraag stuk van concentratie in het landbouw kredietwezen positie gekozen. Dit betekent echter niet, dat alle problemen zijn op gelost. Zoals bij iedere reorganisatie stuit men ook bij concentratie hoe wenselijk die uit zakelijk oogpunt ook moge zijn uit eindelijk op de factor mens. Zonder mede werking van de betrokken personen is een reorganisatie niet goed door te voeren. Het is daarom van belang in de praktijk aan het menselijk aspect ruime aandacht te schenken. Weerstanden, voortspruiten de uit gevoelsoverwegingen, zullen door een uiterst tactische benadering moeten worden overwonnen. 23. Men zal er verder aandacht aan moeten schenken, dat aan de saamhorigheid van de leden der coöperatieve banken ook in de moderne maatschappij grote betekenis moet worden toegekend. Indien men een saamhorigheid wil bewaren, zijn er daar door grenzen gesteld aan de wenselijkheid van de concentratie van lokale banken. Dit kan echter ook weer niet zover gaan, dat nieMevensvatbare eenheden in stand gehouden kunnen worden. Van de ongeveer 720 banken, die aange sloten zijn bij de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht, zijn er naar ruwe schatting 10 die onvoldoende mogelijkheden hebben en die door fusie met andere lokale banken op den duur zouden dienen te verdwijnen. De reacties van de afgevaardigden van de verschillende landen naar aanleiding van deze nota waren zeer leerzaam. Men had alge meen grote waardering voor de nota. De fa cetten van het probleem bleken internationale gelding te hebben, hoewel uiteraard wel accentverschillen naar voren kwamen. Van Duitse zijde werd opgemerkt, dat de nota zeer toepasselijk was voor de situatie in de Bondsrepubliek. De concurrentie, die de Raiffeisenkassen in West-Duitsland ondervin den van handelsbanken, spaarbanken, beleg gingsmaatschappijen en dergelijke, is groot. De rentabiliteit moet daarom nauwlettend in het oog gehouden worden. Een drastische vermindering van het aantal Raiffeisenkassen door middel van fusie werd noodzakelijk ge acht. In dit verband werd ook overwogen de boekhouding voor groepen van 30 a 40 ban ken te centraliseren, hetgeen naar de mening van de Duitse vertegenwoordigers vereen voudigend en kostenbesparend zou kunnen werken. Van andere, eveneens Duitse, zijde werd opgemerkt, dat men met concentratie zeer voorzichtig te werk diende te gaan. Het psy chologisch effect bij een fusie mag zeker niet 186

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1959 | | pagina 20