IN HET
KORT
twintig jaar geleden Nederland, op zijn best,
slechts bij name kenden. Hierdoor verkrijgt
ons land een nieuwe positie.
Eén procent van de bevolking van die landen
is thans van na-oorlogse Nederlandse afkomst.
Dit geeft ons volk een kans, die vrijwel een
verplichting inhoudt. Australiërs, Canadezen,
Nieuwzeelanders, Zuidafrikanen en de andere
ontvangende volken ontmoeten onze mensen
dagelijks in hun straten, kerken, fabrieken,
winkels en verenigingsgebouwen. Zij komen in
aanraking met onze levensgewoonten en op
vattingen. Er wordt gegeven en ontvangen.
Zo groeien onze emigranten met de hun om
ringende bevolking tot nieuwe naties, waarin
het Nederlandse element een eigen schakering
vormt.
Door zijn npgratie is ons volk, internationaal
tot een geestelijke en culturele krachtbron ge
worden, die gevoed wordt door gewone men
sen van alle dag.
Het zou goed zijn, indien bij opvoeding, onder
wijs en geestelijke vorming in bewuste ver
sterking van deze krachtbron een nieuwe taak
stelling gevonden werd.
Leningsovereenkomst in het belang van de
emigratiebevordering
Van de moeilijkheden, die emigranten ont
moeten, liggen er twee op financieel terrein, te
weten het ontbreken van leenkapitaal voor zelf
standige vestiging (b.v. voor agrariërs) en het
ontbreken van kapitaal voor het verkrijgen van
hypotheken op woonhuizen.
In de achter ons liggende jaren werden in
Canada begrotingsvoorzieningen getroffen, die
er toe leidden dat door een Nederlandse kre
dietinstelling, zomede door een Canadees
semi-overheidslichaam, belangrijke kredieten
voor zelfstandige bedrijfsvestiging van Ne
derlandse agrariërs werden verleend.
Als gevolg van de krappe geldmarkt hier te
lande kon een reeds in 1956 in een vergevor
derd stadium van voorbereiding verkerend
plan tot leniging van de huisvestingsmoeilijk-
heden van emigranten in Australië niet tot uit
voering komen.
Ter voorkoming van kapitaal export werd ge
tracht de benodigde middelen in het buiten
land te verkrijgen. Dit is thans gelukt doordat
het Development Loan Fund in de Verenigde
Staten zich bereid heeft verklaard een bedrag
van 3 miljoen voor dit doel aan Nederland
te lenen. Een groep Australische banken zal
eveneens 3 miljoen als lening verstrekken,
zodat in totaal 6 miljoen ter beschikking
komt. Dit zal het straks aan omstreeks 1200
emigrantengezinnen mogelijk maken geld te
lenen tegen redelijke voorwaarden, voor de
bouw van een eigen huis. De bouw zal alleen
kunnen geschieden door middel van door de
emigranten op te richten coöperatieve woning
bouwverenigingen.
Nederland afzet van Groninger
landbouvvprodukten
Het Instituut voor Landbouwcoöperatie in
Groningen heeft reeds lange tijd de afzet van
enige landbouwprodukten met ongerustheid
gevolgd. Met name werd een verschil gecon
stateerd tussen de wijze, waarop de afzet van
o.a. granen, peulvruchten en consumptie
aardappelen in andere delen van ons land is
georganiseerd en hetgeen er in de provincie
Groningen op dit gebied wordt gedaan.
Het Instituut vond hierin aanleiding een aantal
Groninger boeren te verzoeken het vraagstuk
van de afzet op objectieve wijze in studie te
nemen.
Deze commissie acht de situatie, dat de telers
op de prijsvorming en de afzet van de door hen
aangeboden granen en peulvruchten geen en
kele invloed kunnen uitoefenen, in toenemende
mate onbevredigend en schadelijk.
Zij kwam tot de conclusie dat zich in handels
kringen een concentratie voltrekt waardoor de
vraag op de beurs in handen dreigt te komen
van een gering aantal kopers, waartegenover
een groot aantal aanbieders staat.
Daarom dient de Groninger boer de afzet te
bundelen in zijn eigen organisatie opdat een
krachtiger positie voor zijn produkten kan wor
den opgebouwd. Op deze wijze kan niet alleen
invloed op de prijsvorming, maar ook vooral
165