VRAAG
en
ANTWOORD
r ieder onderontwikkeld land zou
gunstig voor
werken.
De betekenis van het landbouwkrediet
in de Euromarkt
(door mr. Ph. C. M. van Campen).
Het gemeenschappelijk landbouwbeleid in het
kader van de Euromarkt, waarvan de begin
selen dit jaar moeten worden opgesteld, zal
voor de Nederlandse landbouw zeer waar
schijnlijk ingrijpende veranderingen met zich
medebrengen. De heer Van Campen wijst in
zijn actuele opstel op een mogelijke verhoging
van het prijspeil voor voergranen, op een be
perking van het verlenen van subsidie, op een
her-organisatie van de landbouwmarkten en,
niet in de laatste plaats, op het structurele be
leid, dat door de Euromarkt-autoriteiten ge
voerd zou worden. Dit structurele beleid zal
gericht zijn op een meer rendabele bedrijfs
voering, om te voorkomen dat de landbouw
in de verdeling van het nationale inkomen ver
der achterop zou raken.
Al deze veranderingen zullen grote bedragen
voor de financiering vergen. In dit verband
wordt de Studiecommissie Landbouwkrediet
genoemd, waaraan ook onze Centrale Bank
medewerkt en welker rapport dit jaar zal ver
schijnen.
Vaststaat, dat de bestaande kredietinstellin
gen, die op het gebied van de landbouw ge
specialiseerd zijn (voor ons land dus de boeren
leenbanken) een grote rol bij de toekomstige
financiering zullen spelen. De heer Van
Campen acht daarom een nauw gemeenschap
pelijk overleg tussen de landbouwkrediet
instellingen van de zes Euromarkt-landen
noodzakelijk. Te dien einde is reeds door de
Confédération Internationaal du Crédit Agri-
cole (C.I.C.A.) een „permanent comité voor de
gemeenschappelijke markt" in het leven ge
roepen.
(wordt vervolgd)
Een onzer kredietnemers is overleden. Hij had
bij de bank een krediet in lopende rekening
onder zekerheid van hypotheek. Er is thans,
ten tijde van zijn overlijden, een debetstand.
Momenteel is nog niet bekend of zijn weduwe
of een zoon dan wel deze samen de zaak zul
len voortzetten. Welke formaliteiten moeten te
dezer zake verricht worden?
Door het overlijden van uw kredietnemer is
het aan hem verleende krediet automatisch be
ëindigd.
De gezamenlijke erfgenamen zijn gehouden het
debetsaldo met de lopende rente te voldoen.
In geen geval mag of kan het krediet met de
weduwe en/of de zoon voortgezet worden. Het
doet dus voor u niet ter zake door wie de zaak
zal worden voortgezet, daar de kredietschuld
van de overledene in ieder geval door de erf
genamen moet worden voldaan. Wij adviseren
u om zo spoedig mogelijk aan de erfgenamen
per adres van het sterfhuis betaling van het
debetsaldo te vragen. Mocht deze betaling niet
volgen, dan kan uiteraard de hypotheek uit
gewonnen worden.
De meest bevredigende oplossing is waar
schijnlijk, dat aan diegene(n) der erfgenamen,
die het bedrijf van de overledene voortzet(ten),
een geheel nieuw krediet verleend wordt en
dat de eerste debetpost met instemming van
de nieuwe kredietnemer gevormd wordt door
het debetsaldo van de vader. Wij maken u er
op attent, dat ook de hypotheek overgesloten
zal moeten worden indien een nieuw krediet
verleend wordt. Uiteraard zal men niet te lang
met het verlenen van een nieuw krediet moe
ten wachten.
VRAAG:
ANTWOORD
150