enige woorden aan de groei en ontwikkeling van het G.B.I.-werk. In zijn woord van dank aan de medewerkers van het G.B.I. betrok spreker eveneens het bestuur, dat zoals hij zeide door een beleidvol en zorgvuldig be heer zelf een voorbeeld heeft gegeven van een doelmatige besteding van het budget dat door de vier spaarinstellingen ter beschikking werd gesteld. Tenslotte dankte spreker allen die het G.B.I.-werk mogelijk maken door het verlenen van hun financiële steun. De tweede spreker was de voorzitter van het bestuur van het G.B.I.mr. J. Hamerslag, die nog eens een beschouwing gaf over doel en werk van de Stichting, daarbij wijzende op de nog steeds toenemende omvang van de activi teiten. Voor het verkrijgen van een volledig beeld van het G.B.I., zoals dit zich thans aan ons voordoet, verwees spreker naar de lustrum-uitgave waaraan elders in dit blad een bespreking is gewijd. Voorts was het woord aan prof. dr. L. M. Koyck, hoogleraar aan de Nederlandse Eco nomische Hogeschool te Botterdam, die een boeiende voordracht hield over de aspecten van het onderzoek van het consumentenge drag. Dit gedrag heeft vele aspecten. Men kan het benaderen van het standpunt van een huishoudkundige, van een psycholoog, van een socioloog, van een econoom, enz. Spreker wilde zich uiteraard bepalen tot het standpunt van de economist. Voor hem, aldus prof. Koyck, is vooral de wijze waarop de consument zijn in komen besteedt van belang. De economist wil o.a. antwoord kunnen geven op de vraag wat d'e behoeften zijn van de gezinshuishouding, welke wijzigingen zich daarin kunnen voor doen, hoe de prijzen der produkten moeten zijn om het verbruik ervan te doen toenemen of zo men dit wenselijk acht te doen af nemen. Spreker wees er op dat het totaal der bestedingen van belang is voor de vorming van werkgelegenheid. Van de nationale beste ding vormt de consumentenbesteding een be langrijk percentage. Op lange termijn is het tempo van de ontwikkeling der industrialisatie van ons land afhankelijk van de beschikbare besparingen en deze worden wederom mede bepaald door de bestedingen van de consu menten. Deze en andere aspecten zijn het die de belangstelling voor het gedrag van de con sument in steeds toenemende mate hebben doen groeien. Spreker besloot zijn voordracht met het geven van enkele voorbeelden van cijfers en gegevens die men uit de bestudering van het consumentengedrag reeds heeft kun nen verkrijgen. Hij wees daarbij tevens op het grote belang van de internationale samenwer king die er op dit gebied bestaat. Bij het ver lenen van steun aan onderontwikkelde gebie den kan men vaak een nuttig gebruik maken van de gegevens die men in andere landen heeft verzameld. Na een pauze en een vragenbeantwoording door prof. Koyck, werd de vergadering be sloten met een beknopte demonstratie van het voorlichtingsmateriaal waarmede de G.B.I.- docenten op lezingen en cursussen werken. Bij afwezigheid van mevrouw E. J. Wilzen-Bruins, die door ziekte verhinderd was de vergadering bij te wonen, werd de demonstratie gegeven door mejuffrouw D. Kroes, adjunct-leidster van het voorlichtingswerk. Op onderhoudende wijze wist zij haar gehoor te overtuigen van de doelmatigheid van dit aantrekkelijke mate riaal waarmede men het gesproken woord kan illustreren. Met een kort woord van de voorzitter van het curatorium werd deze geslaagde vergadering gesloten. 98

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1959 | | pagina 28