VERENIGINGSNIEUWS
spreekt dit des te meer. Vanzelfsprekend ziet
men gaarne een stuk uitloten, waarvan de
beurskoers lager ligt dan 100 °/o, omdat uit
loting a pari geschiedt en de hieraan ver
bonden kosten vrijwel verwaarloosd kunnen
worden.
Wanneer echter een 6 fonds uitloot (a
100 terwijl de beurskoers 11074 °/o be
draagt, zal men in plaats daarvan geen nieuw
stuk kunnen kopen a 100 °/o dat 6 °/o rente
doet. Men zal dan genoegen moeten nemen
met het kopen van een stuk, dat b.v. een rente
van 47a oplevert. Dit betekent dus een be
langrijk minder rentebate, welke men welis
waar kan ontgaan door het 6 fonds vóór de
uitlotingsdatum te verkopen en na de uitlo-
tingsdatum weer aan te kopen, doch dit zou
men dan bij iedere uitloting moeten doen,
onder dubbele betaling van provisie en zegel.
De daaraan verbonden kosten kunnen geschat
worden op 15,— a 16,—.
Men kan zich tegen uitloting ook verzekeren
tegen betaling van een premie. De schadever
goeding en de wiskundige premie worden als
volgt berekend: Als schadevergoeding wordt
meestal aangenomen het agio (in ons voorbeeld
IOV4 afgerond naar boven op 72 ver
meerderd met 72 °/o voor kosten van weder-
aankoop van een niet uitgeloot stuk. In gul
dens uitgedrukt bedraagt de schadevergoeding
dus 110,- (1072 ®/o 74 0/0 is 11 °/o van
1.000,—).
Bij de berekening van de wiskundige premie
wordt het schadevergoedingsbedrag per stuk
vermenigvuldigd met het aantal uit te loten
obligaties en gedeeld door het aantal uit
staande obligaties. Onder de laatste groep
vallen dus alle obligaties welke aan de trekking
deelnemen. De verzekeraar gaat van de ver
onderstelling uit, dat alle aan de trekking
deelnemende obligaties bij hem worden ver
zekerd en dat hij dus over het gehele uitgelote
bedrag de schadevergoeding moet uitkeren.
Indien we in ons voorbeeld dus aannemen, dat
van de 6 °/o lening uitstaat 200 miljoen en het
uit te loten bedrag 10 miljoen is, zal de uit te
keren schade 1.100.000,— bedragen. Per obli
gatie van 1.000,— vloeit hieruit dus een
premie voort ad 5,50 1.100.000,— gedeeld
door 200.000). Tn de praktijk moet de verzeke
raar er echter rekening mede houden, dat niet
alle obligaties bij hem verzekerd worden.
Daardoor wordt minder aan premie ontvangen,
doch loopt de assuradeur ook minder risico.
De vraag is echter of het verminderd risico
wel evenredig is aan de mindere premie-ont
vangst. De assurantiemaatschappij zal haar
risico in ieder geval trachten te dekken en
daarom de berekende premie met een zeker
percentage verhogen voor de „kwade kansen".
Bovendien zal de premie nog verhoogd wor
den met de provisie, welke door de verzeke
ringmaatschappij aan de banken zal worden
vergoed voor de door haar verleende bemid
deling.
Eén van de grootste der aangesloten banken,
de Apeldoornsche Coöperatieve Boerenleen
bank W.A. te Apeldoorn, bestond in de af
gelopen maand vijftig jaar. Waar elders in ons
nummer nog iets meer over dit jubileum
wordt gezegd, willen wij hier volstaan met te
vermelden, dat de herdenkingsdag was gesteld
op 23 maart, op welke dag het bestuur des na
middags recipieerde in het hotel „Nieland".
Bij het jubileum van de bank werd bijzondere
aandacht geschonken aan het feit dat de voor
zitter van de raad van toezicht der bank,
notaris B. van Drimmelen, sinds 1931 deel van
genoemd college uitmaakte.
Een gouden jubileum werd op 18 maart ge
vierd door de Coöperatieve Boerenleenbank
Beekbergen.
Des namiddags van genoemde dag hield het
bestuur een receptie in café „Ruijsch" te
Beekbergen.
Deze bank huldigde bij deze gelegenheid twee
jubilarissen, te weten de heren R. B. de Groot,
die gedurende 38 jaar lid van het bestuur was
en G. J. Plante, die 26 jaar de functie van kas
sier van de bank had bekleed.
Nog een gouden bank van de afgelopen
maand: de Coöperatieve Boerenleenbank