UIT DE PRAKTIJK TROUW DER LEDEN IN VROEGER JAREN Hoe men ten tijde van de Eerste Wereldoorlog er op gebrand was een ledenvergade ring bij te wonen blijkt wel uit een oude brief, die wij dezer dagen in handen kregen: Heukelum, 10 mei 1915 Aan het Bestuur van de Coöperatieve Boerenleenbank te Rijswijk. Bij deze bericht ik U.Ed. dat ik de vergadering op 12 mei niet bij kan wonen. Ik ben soldaat en kan daar geen verlof voor krijgen. Gaarne ontvang ik indien zulks mogelijk is een verslag over het verloop der vergadering. TWEE VLIEGEN IN EEN KLAP De krachtige propaganda voor de jeugdspaar- wet bracht de 15-jarige Jan Ursem tot het be sluit om een wettelijke spaarovereenkomst af te sluiten. Vervuld van zijn grootse plannen stapte hij medio december 1958 het kantoor van de Coöperatieve Boerenleenbank te Warder bin nen. Tot zijn verrassing viel hem een buiten gewone ontvangst ten deel, want hij bleek de 1000ste spaarder te zijn, die juist op dit mo ment bij de bank werd ingeschreven. Jan Ursem nam met een glunderend gezicht zijn jeugdspaarboekje in ontvangst, waarop reeds een eerste kosteloze storting was ver richt. NOOIT TE OUD Als men het spaarbankregister van onze boe renleenbanken raadpleegt, blijkt er een voort durende inschrijving plaats te vinden van nieuwe spaarders. Voor een groot deel zijn dat jonge mensen, maar het tegenovergestelde komt ook voor. Onlangs meldde zich nl. bij een onzer banken een dame, die een eerste storting verrichtte van 150,—. TE BEGINNEN Toen de kassier de persoonlijke gegevens van deze nieuwe spaarster wilde noteren, kwam hij tot de ontdekking dat zij de respectabele leef tijd had van 86 jaar. Hieruit blijkt nog eens dat men er goed aan doet om niet uitsluitend te letten op de moge lijkheden van de jeugdspaarwet. Jan XJrsem, 1000ste spaarder te Warder, ont vangt een jeugdspaarboekje met een gratis inleg. Op de foto: Jb. Kramer, voorzitter van het be stuur en J. Schenk, kassier. Hoogachtend, A. Verschoor, L.W. Sergt 30 Bat 1 Comp, Heukelum 58

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1959 | | pagina 8