KRONIEK UIT EIGEN KRING Ten aanzien van de kassiersbenoeming is in de statuten 1957 vastgelegd dat goedkeuring door de Centrale Bank is vervangen door overleg. Bevredigende werking van deze mogelijk heid. Bij aanvragen cnn leningen, waarbij meer dan één bank benaderd wordt, moet gestreefd worden naar uniforme offerten. Dit kan op de beste wijze gebeuren middels een advies van de Centrale Bank. I n ons vorig artikel gaven wij een korte be schouwing over de verhouding tussen boeren leenbanken en de Centrale Bank. Wij betoogden, dat in onze organisatie het overleg een voorname plaats inneemt, een overleg, dat in de praktijk de noodzakelijke statutaire regeling alleen maar als achtergrond doet fungeren. In de statuten, zoals deze in 1957 opnieuw door de aangesloten banken zijn vastgesteld, is onder meer een goedkeuringsbepaling ver vangen door overleg. Voorheen was de benoeming van de kassier indirect onderworpen aan de goedkeuring van de Centrale Bank. Immers, het benoemingsbesluit werd pas van kracht, indien de Centrale Bank niet binnen een bepaalde tijd bezwaar maakte. Artikel 35 lid 2 van de nieuwe statuten zegt, dat de benoeming van de kassier geschiedt na overleg met de Centrale Bank. Met de oude bepaling was de Centrale Bank in sommige gevallen bepaald niet gelukkig. Het viel als regel niet mee om een reeds ge dane benoeming door bestuur en raad van toe zicht, al waren er gegronde redenen, weer ongedaan te maken. Enkele onplezierige er varingen hadden reeds geleid tot een toe nemend contact, indien de Centrale Bank op de hoogte was van een in het voornemen liggende kassierswijziging. Nu de statuten dit overleg hebben overge nomen, blijkt dit tot aller tevredenheid te werken. De afdeling inspectie staat de beheerders dei- banken met raad en daad ter zijde en beoor deelt de kandidaten mede, zodat een groter mate van zekerheid wordt verkregen de juiste man op de juiste plaats te krijgen, dan voor heen het geval was. Hoewel de nieuwe be paling nog slechts kort werkt, is het een hoge uitzondering, dat men dit overleg niet toepast. Wij nemen direct aan, dat dit te goeder trouw geschiedt, omdat men nog niet met de wijzi ging op de hoogte is. V oor hen, die in de toekomst voor een kassiers benoeming komen te staan, zij dit dus een vingerwijzing. Over een tweede punt van overleg, dat de aandacht waard is, zouden wij nog gaarne iets willen zeggen. flet komt nogal eens voor, dat door een coöperatieve vereniging of andere rechtsper soon een lening gevraagd wordt, waarbij men meer dan één bank in een bepaald rayon be nadert om een offerte te krijgen. Het gevolg is dan dikwijls, dat de voorwaarden van deze aanbiedingen nogal uiteenlopen, waarmede ongewild de concurrentie tussen zusterbanken is geschapen. Temeer zet dit dan kwaad bloed, omdat de gevraagde leningen te groot zijn om door één bank te worden verstrekt en bij verstrekking door twee of meer banken, de laagste aan bieder de markt voor de anderen kan bederven. Als men zich bijtijds herinnert, dat elke kredietverstrekking aan andere dan natuurlijke personen de goedkeuring van de Centrale Bank behoeft, zal deze ongewenste situatie zich niet behoeven voor te doen. De Centrale Bank, van verschillende zijden dezelfde aanvraag ontvangende, kan dan als adviseur en bemiddelaar optreden. Men ontvangt dan een eensluidend advies be treffende rente, looptijd en ander voorwaarden, terwijl op grond van de liquiditeit van de betrokken banken een billijke verdeling van de gevraagde lening kan worden bevorderd. Ook in deze vertrouwen wij, dat het voor stellen van deze methode zal leiden tot het navolgen. O O 55

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1959 | | pagina 5