hebben gewerkt. Weliswaar neemt men voors hands in financiële kringen aan, dat het Rijk zijn z.g. onthoudingspolitiek zal voortzetten en zolang mogelijk geen beroep op de kapitaal markt zal doen, maar toch kan meermalen wor den waargenomen, dat er van een slecht ge vulde schatkist een ongunstige invloed op de beleggingsmarkt en in het bijzonder op de staatsfondsenmarkt uitgaat. In de maand juli heeft de schatkist door een samentreffen van enkele bijzondere factoren onder druk gestaan. In de eerste plaats moest per 10 juli 150 miljoen voor de uitkering van het melk- garantiegeld op tafel worden gelegd en ver volgens, per 25 juli, de driemaandelijkse be lastingbetaling aan de gemeenten, waarmede naar raming 250 miljoen gemoeid is geweest, Overigens komt thans de nieuwe staatsbe groting voor 1959 in het verschiet en wordt er in financiële kringen ernstig rekening mee gehouden, dat het beeld daarvan ongunstig zal zijn, o.a. als gevolg van de sterke stijging van het tekort van het Landbouwegalisatiefonds. Zowel de geld- ah de discontomarkt hebben in juli en uiteraard vooral in het begin van die maand sterk onder de invloed van de ver- krapping gestaan, die de halfjaarsultimo met zich mee pleegt te brengen. Voor de Neder- landsche Bank is dit zelfs aanleiding geweest, om voor het eerst sinds geruime tijd weer een tegengestelde open markt politiek te voeren, in dier voege, dat op 1 en 2 juli schatkist promessen en wel tot een bedrag van rond f 42 miljoen uit de markt zijn genomen. Aldus werd de geldmarkt met liquiditeiten verruimd, die de positie van het bankwezen ongetwijfeld hebben verlicht. Dekkingsverplichting van 8 op 9 Ook in geheel ander opzicht heeft de circu latiebank intussen weer geschiedenis gemaakt. Voor de vijfde maal in 1958 werd immers tot verhoging van het z.g. kaspercentage met 1 overgegaan, waardoor de renteloze dekking, die het bankwezen gemiddeld per maand bij de Nederlandsche Bank moet aanhouden, van 8 op 9 overeenkomende met een totaal be drag van ca. 470 miljoen, werd gebracht. De deviezenaanwas wordt aldus op de voet ge volgd en geneutraliseerd. Als bijkomende fac toren kunnen een rol hebben gespeeld de ruime uitkeringen aan de banken, die wij hier boven reeds hebben vermeld, alsmede het feit, dat er voor meer dan een half miljard aan schatkistpapier op korte termijn verviel. In tussen houdt de deviezenaanwas tot nu toe vrijwel onafgebroken aan, zij maakte voor de eerste vier weken van juli 69 miljoen uit. In juni is het verloop slechts schijnbaar on gunstig geweest. In die maand beliep de netto- aanwas slechts 10 miljoen, maar daarbij dient men in aanmerking te nemen, dat toen ook 100 miljoen aan Nederlands schatkistpapier van de Deutsche Bank werd teruggekocht. Naar langer lopend schatkistpapier Zoals men weet is het kaspercentage vroeger reeds 10 geweest en bij een voortduren van de deviezenaanwas zal dit niveau waarschijn lijk wederom in de naaste toekomst worden bereikt, Door de vermindering van de krediet- vraag van de zijde van het bedrijfsleven is de positie van de handelsbanken echter zeer ruim gebleven, zoals men ook kan afleiden uit het feit, dat het bezit aan schatkistpapier in middels belangrijk is uitgebreid. De laatste tijd is, in verband met de daling van de rentestand, van de zijde van het bank wezen voorkeur voor papier met langere loop tijd aan de dag getreden en de verwachting werd dan ook gekoesterd (inmiddels bewaar heid. Red.), dat weldra weer tot de uitgifte van schatkistbiljetten met twee of vijfjarige looptijd zou worden overgegaan. Op deze wijze kan een zo hoog mogelijk rendement worden verkregen en voor langere tijd worden verzekerd, terwijl de schatkist gebaat is bij de langere looptijden, doordat zij aldus geruime tijd de beschikking over de middelen houdt. Het verlengen van de looptijden van schat kistpapier en het bevorderen van de uitgifte van biljetten (zoals bekend bedraagt de loop tijd van promessen ten hoogste 1 jaar) wordt dan ook wel als een semi-consolidatie aange merkt. Kleinere emissie-agio's Ten slotte nog een enkel woord omtrent het koersverloop van de in juli uitgegeven open bare leningen. In hoofdzaak waren dat een 5 %- lening, die de Export-Financiering Mij. 7 juli tot een bedrag van 40 miljoen nominaal a pari heeft uitgegeven en een 4% %-obligatie- lening door de Herstelbank (Mij. tot Finan ciering van het Nationaal Herstel) per 11 juli tot een bedrag van 25 miljoen a 99 ge- emitteerd. Op 26 juni was aan deze beide zo als men weet voorafgegaan de emissie van een 191

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1958 | | pagina 13