Onderling Boerenverzekeri ngsf onds W Aan het zojuist verschenen jaarverslag over het jaar 1957 ontlenen wij de volgende bijzonderheden. Aan nieuwe verzekeringen werd een bedrag van 21.031.826,ingeschreven. Door overlijden, het bereiken van de uitkerings datum en wijziging verminderde het ver zekerde bedrag met 2.256.718,terwijl wegens z.g. abnormaal verval een bedrag van 1.851.945,moest worden afge voerd. De netto-toename van het verzekerd be stand bedroeg 16.923.163,waardoor per 31 december 1957 voor een totaal bedrag van 166.227.580,was ingeschre ven. Het aantal leden steeg met 910 tot 23.176. De rentestand steeg in 1957 tot een onge kend hoog niveau, waardoor de ter beschik king komende middelen op zeer gunstige voorwaarden konden worden belegd. In het verslagjaar werd een boerderij aan gekocht; er werden 32 hypotheken verstrekt tot een nominaal bedrag van ƒ1.008.500, terwijl voor bijna 3,4 miljoen werd ver strekt in de vorm van leningen op schuld bekentenis. Van laatstgenoemde beleggings- post ging meer dan 2,9 miljoen naar landbouwcoöperaties en andere agrarische instellingen. De wijzigingen in de overige beleggingssoorten waren van ondergeschikte betekenis. Per 31 december j.1. waren de voornaam ste beleggingen als volgt verdeeld: Leningen op schuld bekentenis 16.646.666, Effecten 7.419.437, Hypotheken 4.756.184, Vaste eigendommen 1.075.275, De sterfte-uitkomsten waren in het verslag jaar uitermate gunstig. Op grond van de gebezigde sterftetafels konden 168 sterf gevallen worden verwacht. Met een cijfer van 61 werkelijke sterfgevallen bedroeg de sterfte slechts 36 °/o van de berekende. De verdere stijging van het onkostencijfer kon ruimschoots worden gedekt uit de voor dit doel in de premies en koopsommen op genomen post. De resultatenrekening geeft, na toevoeging van een bedrag van ruim 37.000,aan de in de premiereserve opgenomen reserve voor vrijstelling van premiebetaling bij invaliditeit een vrijstelling, welke voor alle hiervoor in aanmerking komende leden geldt een batig saldo aan van 973.966,91. De verdeling van dit saldo werd door het bestuur als volgt geregeld: 14.652,werd gereserveerd voor te be talen belasting; 149.807,29 werd toegevoegd aan het waarborgfonds; 824.159,62 werd beschikbaar gesteld voor winstuitkeringen aan de leden: De toeslag voor de leden, wier verzekeringen tot uitkering komen, kan door toevoeging van laatstgenoemd bedrag worden verhoogd tot 9,7 174

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1958 | | pagina 24