Uit de praktijk. te weten Australië (14 kg), de Ierse Republiek (21 kg) en Nieuw-Zeeland (21 kg). Een arm land als Finland gebruikt per inwoner 4 maal zoveel boter als Nederland. Landen, met een lage boterconsumptie hebben als regel een hoog margarineverbruik en omgekeerd. Er wordt door de Nederlandse zuivelorgani- saties al geruime tijd sterke aandrang op de regering uitgeoefend om te komen tot een hoger vetgehalte in alle consumptiemelk. Een besluit daartoe zou leiden tot een aanmerke lijke vermindering van de boterproduktie. Tot dusverre heeft de regering zich daarvoor echter niet laten vinden. Uit voedingsoog- punt wordt een verhoging van het vetgehalte van de melk niet noodzakelijk geacht. Een ander bezwaar is, dat er een prijsverhoging voor de consumptiemelk aan vast zit. In het gebied van de Euromarkt heeft Nederland de dunste melk en het laagste boterverbruik. Die omstandigheden in aanmerking genomen zul len wij niet gemakkelijk gehoor vinden voor onze verlangens tot het plaatsen van onze boteroverschotten in het gebied van de zes landen. De geleidelijke harmonisatie van het landbouw- (en voedings-) beleid in deze lan den zal ons er vroeger of later wel toe brengen het vetgehalte van de melk op te voeren. Een actieve ledenvergadering Eén van onze banken in de Betuwe zag graag, dat alle leden op de algemene ledenvergade ring actief deelnamen aan de bespreking, die na het huishoudelijk deel van de vergadering werd gehouden. Dit werd bereikt door het vormen van ge spreksgroepen. Na een inleidend woord wer den de leden verdeeld in groepen van 6 per sonen, die onder leiding van een gespreks leider stonden. In de verschillende groepen werd gesproken over onderwerpen, die spe ciaal hiervoor werden uitgekozen. Ten slotte gaf de gespreksleider de mening of de con clusies van zijn groep weer voor de gehele vergadering. Op die manier werd op deze ledenvergadering o.a. een antwoord gegeven op de volgende vragen: „Waarom is de spaarbank van de plaatselijke boerenleenbank de spaarinstelling voor Het antwoord hierop luidde, dat hiervoor in aanmerking kwamen de punten: hogere rente, veilig door grote reserves, uitzetting in eigen omgeving, vertrouwde sfeer en behandeling, vlotte terugbetaling. Voorts werd op de vraag: „Waarom wordt er zo weinig gebruik gemaakt van de lopende rekening?" geantwoord, dat men onbekend is met het gemak daarvan, vaak is er weinig medewerking door bepaalde afzetvereni- gingen en dat de betalingsidee vervalt, om dat het geld niet door de vingers gaat. Inderdaad wordt door het vormen van ge spreksgroepen een intensieve deelname aan de bespreking bevorderd. Een gevaar is echter, dat over een bepaald probleem te lang wordt doorgepraat; doch een goed ge spreksleider kan dit natuurlijk voorkomen. Het geluk valt uit de lucht De Coöp. Boerenleenbank en Handelsvereni ging „Woudenberg-Maarn" heeft enige tijd geleden een merkwaardige actie ondernomen. Men heeft n.1. gebruik gemaakt van een aan bieding om strooibiljetten per vliegtuig te verspreiden. Aan de ene kant waren deze biljetten be drukt met een tekst voor de spaarbank en aan de andere kant met aanbiedingen van de handelsvereniging. De clou was echter, dat de biljetten genum merd waren en dat bepaalde nummers recht gaven op een gratis inleg in de spaarbank. Hiervan was van te voren een bericht ver spreid onder de schooljeugd en het gevolg laat zich vrijwel raden. De biljetten werden uitgestrooid boven Woudenberg, Maarn, Maarsbergen en Scher- penzeel. De schooljeugd stond al met spanning naar het vliegtuig uit te kijken. Toen de biljetten door de lucht dwarrelden werd het een algemene jacht en geen biljet liet men liggen. De foto laat zelfs zien, dat 93

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1958 | | pagina 7