Maandelijkse momentopnamen
zijn, die voor grotere banken tijdbesparend
werken en tevens voldoende zekerheid bieden
voor controle, komen er ook voor, waarbij
een gewijzigde interne organisatie nodig is,
wil de afdeling inspectie haar controle ver
antwoord kunnen verrichten.
Het is dan ook noodzakelijk, dat alvorens
wordt overgegaan tot aanschaffing van een
boekhoudmachine in enigerlei vorm hier
over vooraf overleg wordt gepleegd met de
Centrale Bank.
De inspectie krijgt dan de gelegenheid de
voor- en nadelen van de desbetreffende
machine te overwegen en te bespreken met
de bank, die tot aanschaffing meent te
moeten overgaan.
Tevens kunnen dan de interne organisatie
en de controle daarbij worden aangepast.
Een zuiveldepressie
Er is vlak voor Pasen een mededeling van
de minister van Landbouw verschenen, waar
in deze bekend maakt, dat aan bepaalde
verlangens (invoering werkclassificatie in de
landbouw met verbetering van de landarbei
dersionen, verhoging van de garantiemelk
prijs voor de veehouders, enz.) niet of slechts
ten dele kan worden tegemoetgekomen. Ook
bij de vaststelling van de garantieprijzen
voor de akkerbouwprodukten heeft de minis
ter niet geheel kunnen voldoen aan de wen
sen van het Landbouwschap.
De reden daarvan is, dat tengevolge van een
rampzalige ontwikkeling van de prijzen van
de zuivel op de buitenlandse markt, de op
brengst van de melk in de periode november
1957november 1958 100 miljoen lager
zal zijn dan aanvankelijk mocht worden ver
wacht, zodat rekening moet worden gehou
den met een veel grotere garantieuitkering
dan de geraamde 220 miljoen aan de
melkveehouders. Het geraamde tekort van
het Landbouwegalisatiefonds van 236 mil
joen wordt daardoor aanzienlijk hoger. Dit
dwingt de regering tot de uiterste behoed
zaamheid ten aanzien van de uitgaven. De
regering was aanvankelijk in beginsel bereid
aan de verlangens, die door de Tweede
Kamer in de motie-Van Koeverden zijn uit
gesproken, tegemoet te komen (de factor
eigenaarslasten), zowel wat de garantieprijs
voor de melk als die voor de akkerbouw
produkten betreft. Aan dit voornemen kan
door de ongunstige wijzigingen, die zich in
de zuivelsector hebben voltrokken, geen ge
volg gegeven worden.
De ministeriële mededeling maakt (ter toe
lichting) nog melding van een spoedvergade
ring, die de bewindsman heeft gehad met het
bestuur van het Produktschajr voor Zuivel.
In deze vergadering (2 april) is melding ge
maakt van een bedroevend slechte ontwikke
ling op de internationale zuivelmarkt. In het
sombere licht van deze ontwikkeling (aldus
het communiqué) heeft de regering besloten
de garantiemelkprijs niet te wijzigen en de
garantieprijzen van akkerbouwprodukten
enigszins lager vast te stellen dan door het
Landbouwschap is gevraagd.
Wat doen we er tegen?
Het is duidelijk, dat het jongste bericht om
trent het garantiebeleid niet met enthousias
me zal worden ontvangen. Het is zelfs de
vraag of de argumentatie van de minister
door de landbouw zal worden aanvaard.
Men zal er weinig voor voelen, dat een
slechte positie van het Landbouwegalisatie
fonds de hoogte van de garantieprijzen drukt.
Het omgekeerde is immers ook niet het ge
val. Er wordt met de positie van het fonds
een element in het geding gebracht, dat de
discussie om de motie-Van Koeverden nog
wel even levendig zal houden.
Intussen komt het ons voor, dat dit nog niet
het belangrijkste is van de onderwerpelijke
mededeling. Eerder moet de aandacht vallen
op de bijvoeglijke naamwoorden, die de
minister gebruikt om de toestand te ken
schetsen. Achtereenvolgens wordt gesproken
van „een rampzalige ontwikkeling", „een
bedroevend slechte ontwikkeling" en „een
somber licht". Dit zijn uitdrukkingen, die
niet kunnen worden misverstaan. Maar als
zij met niets anders in verband gebracht
69
