tweede verlaging in dezelfde orde van
grootte plaats vinden.
Deze laatste maatregel staat intussen aller
minst op zichzelf. In de Ver. Staten werd het
officiële disconto van tot 2lU terug
gebracht tegenover een hoogste stand van
3V2 op het toppunt van de monetaire
hoogspanning verleden jaar in Engeland
is te langen leste een discontoverlaging van
7 tot 6 afgekondigd en in België, waar
het disconto 4V2 °/o bedroeg, is het tot \XU
verminderd.
Disconto volgt marktontwikkeling
De Nederlandsche Bank beoogt allerminst de
kredietverlening door renteverlaging aan te
moedigen, ten gunste van de conjunctuur.
Veeleer heeft men bij de jongste disconto
verlaging van 4V2 tot 4 °/o te doen met een
aanpassing aan de daling, die zich reeds te
voren op de geldmarkt de markt voor
korte uitzettingen met een looptijd van niet
meer dan één jaar heeft voltrokken.
Sedert de discontoverlaging van 24 januari
was het rentepeil voor driemaands schatkist
papier teruggelopen van 4V4 tot 3 De
marge tussen dit disconto en dat van de
Nederlandsche Bank was daardoor wel erg
groot geworden.
Het is kentekenend voor het natuurlijke
karakter van de recente ontspanning in geld
en kapitaalsector, dat de circulatiebank niet
de eerste stap doet, maar eenvoudig de ont
wikkeling op de open markt volgt. In dit
verband brengen wij in herinnering, dat dag
geld ongeveer een half jaar geleden nog
33/4 en hoger noteerde, terwijl de schatkist
toen driemaands schatkistpromessen slechts
tegen 4% °/o kon onderbrengen. Op 14 maart
jl. was reeds een stand bereikt van 3Vs
waarop nog een verdere daling tot 3 °/o is
gevolgd. Deze daling heeft zich kunnen vol
trekken ondanks het aanzienlijke beroep, dat
de Staat in de laatste maanden op de geld
markt heeft gedaa in verband met het ver
vallen van schatkistpapier, de omvangrijke
betalingen aan de gemeenten en ten slotte
ook wegens de aflossing van een kleine
200 miljoen promessen, waarin tijdelijk een
guldenstegoed van de Bank van Engeland
hier te lande was belegd. Aldus is sinds de
aanvang van 1958 niet minder dan ƒ1,1 mil
jard door de plaatsing van schatkistpapier
uit de markt genomen.
Renteplafond kasgeldleningen verlaagd
Al met al is door de schatkist in de eerste
drie maanden van het lopende jaar op in
schrijvingen toegewezen aan driemaands-
schatkistpapier 263,6 miljoen, aan zes-
maands papier 332 miljoen, aan negen-
maands papier 152,2 miljoen en aan
jaarspapier 372l/i miljoen. Voor de eerste
categorie is het toewijzingsdisconto in die
periode gedaald van 4V2 tot 3Vs °/o, voor
halfjaarspapier van 43/4 tot 3V2 voor
negenmaands papier van 4% tot 4V2
(op 30 januari) en voor jaarspapier van
4% op 21 februari tot 3% °/o op 14 maart.
Ook het renteplafond, dat geldt voor de zgn.
kasgeldleningen van de gemeenten, werd
verlaagd en wel met een half procent tot
4V2 De grote gemeenten konden echter
aan het einde van de maand in werkelijkheid
reeds voor 4 terecht, terwijl de kleinere
ca. 4V4 rente moesten betalen voor zulke
leningen. Men herinnert zich, dat ten tijde
van de monetaire hoogspanning een peil van
7 voor kasgeldleningen der gemeenten
werd bereikt. Overigens kan worden gecon
stateerd, dat de centrale overheid met haar
renteplafond voor gemeentelijke kasgeld
leningen tegenwoordig het promessiedisconto
op de voet schijnt te volgen.
Kredietbeperking: gehandhaafd
Terwijl de discontoverlaging dus gemakkelijk
de gedachte zou kunnen doen opkomen, dat
deze stap gericht zou kunnen zijn op een
verruiming en vergemakkelijking van de
kredietverlening, zijn er tastbare feiten, die
deze veronderstelling logenstraffen. Zo kan
in dit verband in de eerste plaats worden
gewezen op de kredietbeperking, waaraan
het bankwezen nog steeds is onderworpen.
Daarvoor geldt thans een limiet van 106
der basisperiode, hetgeen de banken maar
weinig armslag laat om tot een ruimere
kredietverlening over te gaan. Dat zulks ook
niet de bedoeling is, blijkt vooral uit twee
feiten. In de eerste plaats de verdere verho
ging van het zgn. kaspercentage de ver
plichte en renteloze dekking, die de banken
bij de Nederlandsche Bank moeten aanhou
den van 5 tot 6 °/o, hetgeen in totaal
neerkomt op een sterilisering van een kleine
300 miljoen van de aan de banken ge
zamenlijk door hun cliënten toevertrouwde
middelen. Op 22 oktober heeft het percen-
78