is reeds hierom, dat deze zekerheid bij onze banken vrijwel niet voorkomt. Voor cessie of inpandgeving van pensioen geldt mutatis mutandis hetzelfde: hier dreigt het gevaar, dat het overlijden van de pensioengerech tigde de aangeboden zekerheid doet ver vallen. Voorts zij opgemerkt, dat verschillende der genoemde rechten wel tot verhaal kunnen dienen voor iemand, die tegen de gerech tigde een aanspraak tot onderhoud (alimen tatie) heeft. Deze zal derhalve verhaal kun nen nemen op vermogensbestanddelen, die aan de greep van andere schuldeisers ont trokken zijn. Wij zullen in het onderstaande deze bijzondere situatie, die voor onze ban ken niet verder van belang is, buiten be schouwing laten. In het algemeen zal daar, waar cessie of overdracht van loon, bezol diging of pensioen uitgesloten is, inpand geving eveneens uitgesloten zijn, en om gekeerd. Cessie tot zekerheid en inpand geving tot zekerheid staan wat dit betreft op één lijn. Waar in het hierna volgende van overdracht wordt gesproken, wordt daar onder dus tevens inpandgeving verstaan. Wij komen thans tot een bespreking van de verschillende groepen van gevallen. 1. Het loon van een werknemer, dus iemand, die in dienst van een ander ingevolge een arbeidsovereenkomst arbeid verricht, is slechts in beperkte mate voor overdracht vatbaar. Voor zover het loon 10,per dag of minder bedraagt, is vervreemding van het loon niet verder geldig dat tot een vijfde gedeelte van het loon. Het meerdere is onbeperkt voor overdracht vatbaar. Beslag op het loon is evenmin voor een hoger bedrag toegestaan dan waartoe over dracht mogelijk is (art. 1638g van het Bur gerlijk Wetboek). 2. Pensioen van een voormalige werknemer. Volgens de sedert 1952 geldende pensioen en spaarfondsenwet is de werkgever, die aan een werknemer een pensioentoezegging doet, verplicht deze toezegging vast te leggen op een der wijzen, die door de bedoelde wet wordt voorgeschreven. De pensioen- en spaarfondsenwet (art. 32) bepaalt voorts, dat de overdracht van pensioen aan beper kingen is onderworpen. Indien het pensioen niet meer bedraagt dan 25,per week of 110, per maand, is overdracht in het ge heel niet toegelaten. Is het pensioen hoger dan 25,per week of 110,per maand, dan is overdracht ten aanzien van dit bedrag evenmin mogelijk en is t.a.v. het meerdere overdracht voor een vijfde deel toegelaten. Wanneer iemand dus een pen sioen geniet van 200,— per maand, is daarvan slechts 18,— per maand voor overdracht vatbaar. Een gelijke beperking als voor overdracht, geldt ook voor beslag op het pensioen. 3. Pensioen ingevolge de algemene ouder domswet. Wat dat betreft kunnen wij kort zijn. Volgens art. 21 der algemene ouder domswet van 31 mei 1956 is het ouderdoms pensioen onvervreembaar, niet vatbaar voor verpanding of belening en niet vatbaar voor beslag. 4. Bezoldiging en pensioen van ambtenaren. Degenen, die in dienst van een overheids lichaam (rijk, provincie, gemeente, water schap) staan, kunnen werkzaam zijn hetzij als z.g. „arbeidscontractant", hetzij als ambtenaar ingevolge aanstelling. Wanneer iemand als arbeidscontractant" in dienst van een overheidslichaam werk zaam is, geldt volgens het z.g. arbeidsover- eenkomstenbesluit (art. 14) voor overdracht van het door hem verdiende loon hetzelfde als boven onder nr. 1 werd aangegeven voor overdracht van het loon van een werknemer. Wanneer iemand als ambtenaar ingevolge aanstelling in dienst van een overheids instelling werkzaam is, is overdracht van zijn aanspraak op bezoldiging of pensioen slechts geldig, indien zij geschiedt met goedkeuring van de Staat, die of het openbaar lichaam, dat de bezoldiging of het pensioen verschul digd is. Aan deze goedkeuring kunnen door het betreffende overheidslichaam beperkin gen en voorwaarden worden verbonden. Bovendien is de overdracht slechts geldig voor een zeker gedeelte van de bezoldiging of het pensioen. Bezoldiging is uit dien hoofde voor de eerste j 2.000,per jaar, of deel van dat bedrag, slechts overdraagbaar tot een vierde, voor het meerdere tot een derde. Voor de over draagbaarheid van overheidspensioenen geldt een ingewikkelder regeling, die hierop neerkomt dat een pensioen van 3.200, per jaar of minder slechts tot een beperkt bedrag overdraagbaar is; is het pensioen 12

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1958 | | pagina 14