In afwijking van de algemene regel, dat de pacht
voor 12 resp. 6 jaren wordt aangegaan, kan de
Grondkamer op grond van bijzondere omstandigheden
een kortere duur goedkeuren. De Grondkamer moet
alsdan in haar beschikking de reden vermelden,
waarom zij de overeenkomst voor een kortere duur
dan de normale heeft goedgekeurd. De regering heeft
tijdens de schriftelijke behandeling bij wijze van
voorbeeld een reeks gevallen opgenoemd, waarin
van bijzondere omstandigheden sprake zou kunnen
zijn, b.v. voorgenomen gebruik door de pachter zelf
of zijn kinderen, toekomstige bestemming tot een niet-
landbouwkundig doel, enz. Is de pachtovereenkomst
voor een kortere termijn dan de normale goedgekeurd,
dan heeft geen automatische verlenging plaats, doch
moet de pachter verlenging aan de Pachtkamer ver
zoeken binnen de in de goedkeuringsbeschikking be
paalde tijd. Geen verlenging kan verzocht worden,
indien een pachttermijn van een jaar of korter is
goedgekeurd. Wij herinneren er aan, dat volgens het
Pachtbesluit in het geheel geen verlenging mogelijk
is, indien do pachtovereenkomst voor een kortere tijd
dan 12 jaren voor een hoeve of zes jaren voor los land
is aangegaan.
Ook bij een normale duur der pacht zal de verlenging
van rechtswege niet plaats vinden, indien een der
partijen uiterlijk één jaar voor het einde der overeen
komst de andere partij hij deurwaardersexploit of
aangetekende brief heeft kennisgegeven, dat zij geen
verlenging wenst. De pachter kan echter, indien de
verpachter de overeenkomst niet wenst te verlengen,
aan de Pachtkamer verzoeken de pachtovereenkomst
te verlengen.
Op verzoeken om verlenging heslist de Pachtkamer
naar billijkheid. Hij wijst de verzoeken ech'er in ieder
geval af in een aantal met name genoemde gevallen,
waarbij wij willen wiizen on de volgende verschillen
met de regeling van het Pachtbesluit.
Het verzoek zal, evenals volgens het Pachtbesluit,
worden afgewezen, indien de vernachter het verpachte
wil bestemmen voor niet op de landbouw betrekking
hebbende doeleinden en indien die bestemming in
overeenstemming is met het algemeen belang. Om
hier zoveel mogelijk de twijfel weg te nemen wat
onder ..algemeen belang" moet worden verstaan, is
bepaald, dat de bestemming in ieder geval in overeen
stemming met het algemeen belang is, indien zij in
overeenstemming is met een goedgekeurd uitbreidings-
nlan of wederopbouwplan.
Niet langer is voor het toestaan van het verlengings-
verzoek nodig, dat de pachter de gehele grondslag van
zijn bestaan zal verliezen, doordat de verpachter of
zijn bloed- of aanverwanten het verpachte zelf willen
gebruiken. De Pachtkamer is nl. bevoegd op het ver
zoek naar billijkheid te beslissen, indien door het
verlies van het verpachte de grondslag van het maat
schappelijk bestaan van de pachter reeds ernstig zou
worden aangetast (van verlies hoeft dus nog geen
sprake te zijn) en het nersoonlijk gebruik voor de
verpachter en zijn naaste familie niet van overwegende
betekenis is. Op dit punt worden de belangen van
pachter dus sterker beschermd.
Een verschil met het Pachtbesluit is verder nog, dat
het persoonlijk gebruik van de verpachter of diens
naaste familieleden alleen dan een reden kan zijn om
het verlengingsverzoek van de pachter af te wijzen,
indien dit gebruik een on de landbouw betrekking
hebbend doel heeft. Het Pachtbesluit spreekt nl. van
persoonlijk gebruik zonder meer.
In dit verhand merken wij op, dat als hier van „naaste
familie" gesproken wordt, daaronder volgens de
nieuwe wet verstaan moeten worden bloed- en aan
verwanten in de rechte lijn (dus niet alleen b.v. zoon
en kleinzoon, maar ook b.v. de vader of grootvader).
Dit is een uitbreiding, daar het Pachtbesluit de naaste
familie beperkt tot de bloed- of aanverwanten in de
rechte neerdalende lijn. Deze beperking kent de
nieuwe wet niet meer.
Het verzoek om verlenging van een voor een kortere
dan normale duur aangegane pachtovereenkomst wijst
de Pachtkamer zonder meer af, indien de bijzondere
omstandigheid met het oog waarop de korte duur is
goedgekeurd, zich heeft voorgedaan of zich waar
schijnlijk binnen korte tijd zal voordoen.
De lange duur, waarvoor de pachtovereenkomsten in
de regel zullen gelden, heeft ertoe geleid, dat in de
Pachtwet een aantal bepalingen zijn opgenomen,
welke kunnen voorkomen, dat de pachtverhoudingen
jaar in jaar uit ongewijzigd blijven, hetzij ten nadele
van de pachter, hetzij ten nadele van de verpachter.
De mogelijkheid van driejaarlijkse herziening van de
pachtprijs, die in het Pachtbesluit reeds hekend» was,
is gehandhaafd. Niet langer nodig is echter, dat
partijen vooraf trachten in onderling overleg tot wij
ziging te komen. Voor het aanbrengen van veranderin
gen en verbeteringen kan, indien de andere partij
niet wil meewerken, de Grondkamer ook krachtens de
nieuwe wet haar toestemming geven. Geheel nieuw is
echter de bepaling, dat telkens voor het verstrijken
van de pachttermijn de pachter of verpachter aan de
Grondkamer kan verzoeken ook andere bepalingen
dan die met betrekking tot de pachtprijs te herzien. Dc
Grondkamer herziet deze bepalingen, indien de bij
zondere omstandigheden van het geval daartoe aan
leiding geven en noch het algemeen landbouwbelang,
noch het redelijk belang van de andere partij zich
daartegen verzetten. De wijziging gaat dan in met
ingang van de nieuwe pachttermijn.
Ten slotte zij er op gewezen dat, indien de verpachter
ondanks schriftelijke aanmaning van de pachter, na
laat om een verplichting tot reparatie na te komen,
de Pachtkamer, evenals volgens het Pachtbesluit, de
pachter kan machtigen om de reparatie op kosten van
de verpachter te doen verrichten. Om een en ander
een vlot verloop te doen hebben, is in de nieuwe wet
bepaald, dat de Pachtkamer daarbij kan bepalen, tot
welk bedrag de pachter de gemaakte onkosten met
de pachtprijs in vergelijking mag brengen.
Pachtoverneming
Pachtoverneming, die eventueel buiten de mede
werking van de verpachter om tot stand kan komen,
is een figuur, welke het Pachtbesluit niet kent. De
nieuwe wet staat de pachter, die de 65-jarige leeftijd
heeft bereikt of door ziekte of invaliditeit niet meer
in staat is het gepachte op behoorlijke wijze te exploi
teren, toe zich tot de Pachtkamer te wenden met de
vordering zijn echtgenoot, een of meer van bloed
en aanverwanten in de rechte lijn, een of meer van
zijn pleegkinderen of een of meer van ziin mede
pachters in zijn plaats als pachters aan te stellen. Deze
mogelijkheid staat in verhand met de omstandigheid,
dat, zoals hierna zal blijken, in geval van overlijden
van de pachter tijdens de pachtovereenkomst zijn nabe
staanden kunnen vorderen de overeenkomst te mogen
voortzetten. De nieuwe wet gaat nu de mogelijkheid
van pachtoverneming uitbreiden ook voor het geval de
pachter no<r in leven is, doch liet bezwaarlijk voor hem
is de verplichtingen uit de pachtovereenkomst zelf te
blijven vervullen. Hierdoor wordt voorkomen dat de
mogelijkheid van voortzetting der pacht enkel afhan
kelijk is van het tijdstip van overlijden van de pachter.
4