binnen een maand, nadat men daartoe door een Op sporingsambtenaar is aangespoord, is op de over treding de wet op de economische delicten van toepassing. de ook naar haar mening wel zeer straffe bepalingen voor genoemde gebieden enigszins willen verzachten door de Grondkamer uitdrukkelijk toe te staan de persoonlijke omstandigheden van de verpachter in aanmerking te nemen. De belangrijkste uitzondering betreft echter pacht overeenkomsten met echtgenoten, bloed- of aanver wanten in de rechte lijn, pleegkinderen en mede pachters. De landbouwkundige toetsing van deze overeenkomsten zal zich beperken tot de vraag of de algemene belangen van de landbouw door de over eenkomst zouden worden geschaad. Uitdrukkelijk is bij deze toetsing uitgezonderd de bepaling, welke voor schrijft, dat de Grondkamer in bepaalde, door ons reeds hierboven genoemde gevallen bevoegd is schade voor het algemeen landbouwbelang aan te nemen. De Grondkamer moet dus steeds de overeen komsten tussen naaste familieleden en medepachters los van de door de wet gegeven aanwijzingen aan de algemene belangen van de landbouw toetsen. Voor laatstbedoelde overeenkomsten is dus de landbouw kundige toetsing dezelfde gebleven als die, welke reeds onder het Pachtbesluit mogelijk was, nl. alleen toetsing aan de algemene belangen van de landbouw zonder meer. Bij wijze van uitzondering op een uitzondering moet echter nog worden opgemerkt, dat indien de .over eenkomsten met naaste familieleden en medepachters betrekking hebben op land, dat in een ruilverkave- lingsgebied of in de IJsselmeerpolders ligt, de bij zondere toetsingsnormen, welke voor deze overeen komsten gelden, wel van kracht blijven, ook indien het dus een verpachting binnen de familiekring betreft. Bindende wijziging van pachtovereenkomsten Indien de aan de Grondkamer voorgelegde pacht overeenkomsten niet voldoen aan de vereisten inzake de pachtprijs of de landbouwkundige toetsing niet kunnen doorstaan, zal de Grondkamer evenals krach tens het Pachtbesluit het recht hebben de pachtover eenkomst te wijzigen, waarna de gewijzigde over eenkomst zal gelden als een tussen partijen aangegane en goedgekeurde overeenkomst. Tegen dit wijzigings- recht van de Grondkamer zijn wel bezwaren naar voren gebracht, vooral van de zijde van de verpach ters, omdat één der partijen licht voor een onaange name verrassing kan komen te staan, indien een wijziging door de Grondkamer wordt opgelegd. Ten einde aan dit bezwaar tegemoet te komen, is thans de mogelijkheid geopend dat zij, die voornemens zijn een pachtovereenkomst aan te gaan, vooraf een ontwerp overeenkomst aan de Grondkamer ter goedkeuring inzenden. De Grondkamer geeft de eventuele wij zigingen aan, die zij zou aanbrengen, indien een over eenkomst als in het ontwerp omschreven, aan haar zou worden voorgelegd. Partijen zijn dus vrij om aan de hand van de opmerkingen van de Grondkamer, alsnog te beslissen of zij de pachtovereenkomst op gewijzigde voorwaarden willen sluiten of niet. Niet schriftelijk vastgelegde en niet ter goedkeuring ingezonden pachtovereenkomsten Anders dan in het Pachtbesluit het geval is, zal volgens de nieuwe wet ieder der partijen, dus niet alleen de verpachter, verplicht zijn de pachtovereen komst of een wijziging der pachtovereenkomst ter goedkeuring aan de Grondkamer voor te leggen. Zodra een van beide partijen aan de verplichting heeft voldaan, is die van de andere partij vervallen. De overlegging moet binnen 2 maanden, nadat de overeenkomst is aangegaan, geschieden. Indien in zending aan de Grondkamer niet heeft plaats gehad Naast de laatstbedoelde strafsanctie tegen beide par tijen, gelden tegen de verpachter bovendien nog de volgende civiele sancties zolang de overeenkomst niet bij de Grondkamer ter goedkeuring is ingezonden en door deze is goedgekeurd'. 1. de verpachter kan de pachtpenningen niet in rechte vorderen; 2. de pachtovereenkomst geldt voor onbepaalde tijd, zonder dat zij door een der partijen kan worden opgezegd. Indien alsnog goedkeuring verleend wordt, zal de in de nieuwe wet be doelde duur der overeenkomst eerst ingaan bij de aanvang van het pachtjaar, volgend op dat, waarin de overeenkomst bij de Grondkamer is ingezonden. Deze tweede sanctie is nieuw en zal sterk ten voor dele van de pachters werken, daar toch de pacht overeenkomst bij inzending bij de Grondkamer zoveel mogelijk door de laatste zal worden gehand haafd, zonodig door middel van een bindende wijziging. Overigens heeft de Grondkamer de be voegdheid om in bijzondere gevallen op verzoek van een partij te bepalen, dat de duur van de overeen komst op een eerder tijdstip ingaat dan uit deze sanctie zou volgen. Uit het voorgaande volgt reeds, dat een niet-schrif- telijk aangegane overeenkomst, ondanks de sancties, ook thans in principe geldig is. Met name hierdoor onderscheidt zich de huidige pacht van de erfpacht, waarop zij overigens in haar praktische gevolgen sterk is gaan lijken. Voor de erfpacht is echter steeds een akte vereist, die in de hypotheekregisters moet worden ingeschreven. De niet-schriftclijk aangegane pachtovereenkomst kan op verzoek van de meest gerede partij schriftelijk worden vastgelegd door de Pachtkamer. Ingevolge het Pachtbesluit is tot vast legging de Grondkamer bevoegd, doch de voorstellers der nieuwe wet zien in deze vastlegging een typisch rechterlijke taak, die daarom beter door de Pacht kamer dan door de Grondkamer kan worden ver richt. Duur van de pachtovereenkomst. Verlenging. Het ontwerp kiest, evenals het Pachtbesluit en in tegenstelling tot de Pachtwet 1937, voor een bepaal de duur der pachtovereenkomsten, nl. tenminste 12 jaren voor een hoeve en 6 jaren voor los land. Moest echter volgens het Pachtbesluit de pachter tenminste een jaar vóór het einde van de pachtovereenkomst verlenging aan de pachter verzoeken, onder de nieuwe wet zal de overeenkomst automatisch telkens met 6 jaren van rechtswege worden verlengd. Deze wij ziging zal een ingrijpende verandering betekenen. Voor de pachters houdt de automatische verlenging een voordeel in. Niet meer zal zich immers het geval kunnen voordoen, dat om welke reden dan ook ver zuimd wordt een jaar tevoren verlenging te vragen. De termijn, waarmede de pachtovereenkomst auto matisch verlengd wordt, is zowel voor de hoeve als voor los land gesteld op 6 jaren. 3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1957 | | pagina 25