De Nederlandse Spaarbankhond
1907 - 1957
De Nederlandse Spaarbankbond heeft be
gin juni 1957 zijn 50-jarig jubileum gevierd.
Tijdens de jubileumvergadering, die op
6 juni te Rotterdam werd gehouden, heeft de
minister-president een rede uitgesproken.
Zijne Excellentie deelde daarin mede, dat
H.M. de Koningin heeft goedgevonden het
beschermvrouwschap van de Bond te aan
vaarden, op die wijze uiting gevend aan Haar
waardering voor het werk en de betekenis
van de Bond.
Die betekenis van de Bond in ons maatschap
pelijk bestel is op voortreffelijke wijze uit
eengezet in een fraaie jubileum-uitgave,
getiteld als hierboven vermeld en vervaar
digd door dr. J. R. A. Buning, secretaris van
het Bondsbestuur.
Het zou ons te ver voeren te dezer plaatse
een uitvoerige toelichting te geven met be
trekking tot alle activiteiten, welke de Bond
ontwikkelt. Zijn taak is van den beginne af
drieledig geweest, te weten voorlichtend,
controlerend en bemiddelend.
Wij willen intussen niet nalaten te dezer
plaatse enige zinsneden aan te halen uit de
belangwekkende rede, uitgesproken door
mr. J. J. C. F. van der Bilt, de huidige voor
zitter van de Bond. De heer Van der Bilt
zeide onder meer:
„Wij vragen van de overheid geen subsi
diëring van de spaarbanken en spaarders en
„ook geen spaarschema's. Wij hebben slechts
„twee vragen aan de overheid te stellen n.1.:
„Zorgt gij ervoor, dat de animo om te sparen
„niet tengevolge van fiscale maatregelen
„achteruitgaat en zorgt gij ervoor, dat ons
„ruilmiddel in koopkracht stabiel blijft.
Deze vragen zijn ons uit het hart gegrepen en
wij menen, dat zij niet beter geformuleerd
konden worden.
Wij gevoelen behoefte om de Nederlandse
Spaarbankbond, die wij regelmatig ontmoe
ten in het raam van het Gezinsbegrotings-
instituut, ook van deze plaats onze beste
wensen aan te bieden voor een toekomst, die
even vruchtbaar moge blijken als zijn
verleden.
De betekenis van Provinciale Waarborginstituten
neemt toe
Feiten en cijfers van Zuid-Holland
Het jaarverslag van het Waarborginstituut
voor de Tuinbouw in de provincie Zuid-
Holland geeft ons het volgende inzicht in de
werkzaamheden van dit instituut.
Kon aan Ihet einde van 1955 worden vastgesteld, dat
het Waarborginstituut zijn werkzaamheden over de
voornaamste tuinbouwgebieden had uitgebreid, aan
het einde van 1956 kan worden geconstateerd, dat het
Waarborginstituut voor de Tuinbouw in Zuid-Holland
in deze gebieden in een behoefte heeft kunnen voor
zien, hetgeen moge blijken uit dit verslag.
Aangemoedigd door de goede resultaten in diverse
gemeenten bereikt en door het voorzichtige beleid van
het bestuur bij de toekenning van borgstellingen zijn
in 1956 wederom een tiental gemeenten tot het Waar
borginstituut voor de Tuinbouw in Zuid-Holland
toegetreden, alsmede een viertal veilingen. Het aantal
toegetreden gemeenten bedraagt thans 76. verdeeld
over de voornaamste tuinbouwgebieden in Zuid-
Holland, waarbij als grootste gemeenten mogen wor
den genoemd: Rotterdam, 's-Gravenhage, Leiden,
Schiedam, Dordrecht, Gouda, Wassenaar, Alphen a/d
Rijn, Katwijk en Naaldwijk.
Het aantal toegetreden veilingen bedraagt 27.
Gesteld kan worden, dat aan Ihet einde van 1956 voor
alle hiervoor in aanmerking komende tuinders in
Zuid-Holland de gelegenheid was opengesteld via
hun banken aanvragen bij het Waarborginstituut
voor de Tuinbouw in te dienen, uitgezonderd wel
licht de leden resp. inwoners van enige nog afwijzend
tegenover deelname aan het Waarborginstituut
staande veilingen en gemeenten.
Bevordering van sanering'
Van de 131 in 1956 in behandeling genomen en de
aan het begin van 1956 nog van 1955 te behandelen
36 aanvragen om borgstelling voor investeringen tot
een gezamenlijk bedrag van 1.893.025,werden
138 aanvragen afgehandeld.
In 64 gevallen werd besloten de aanvrage in te wil
ligen, waardoor het bedrag, waarvoor het Waarborg-
162