telkens meer middelen nodig om de vaste activa
te financieren en ook meer vlottende middelen.
Men weet echter bij de aanvang niet hoe het
verloop zal zijn en dit maakt het vrijwel on
mogelijk om reeds bij de invoering van het
Revolving Capital System de termijn vast te
stellen,binnen welke de gelden, die het eerst zijn
ingehouden, zullen worden terugbetaald. In
Amerika doet men dit dan ook meestal niet.
Men laat het aan het beleid van het bestuur van
de coöperatie over te bepalen wanneer de eerste
terugbetaling zal plaats vinden. Het bestuur
kan dan volledig rekening houden met de twee
factoren, die daarvoor bepalend zijn, n.1. de om
vang van de toename van het vermogen (waar
onder de ledenreserve) in de afgelopen jaren en
de behoefte, welke de vereniging heeft aan
permanent vermogen. Zou het bestuur daarmede
onvoldoende rekening houden, dan zouden
zowel de financiële positie als de kredietwaar
digheid der vereniging kunnen worden aan
getast.
In de gevallen, dat men in Nederland het
ledenkapitaal een revolving-karakter heeft ge
geven, is vrijwel steeds bepaald op welk tijdstip
de gelden, welke het eerst tot opbouw van dit
ledenkapitaal hebben meegewerkt, zullen wor
den terugbetaald. Dit kan de financiering der
vereniging nadelig beïnvloeden, indien het
ledenkapitaal op het tijdstip, waarop de terug
betaling moet plaats vinden, niet een zodanige
omvang heeft bereikt, dat die terugbetaling kan
geschieden zonder middelen aan de vereniging
te onttrekken, die zij eigenlijk niet kan ontberen.
In dat geval immers moet de vereniging elders
geld lenen, veelal tegen een hogere rente dan zij
over ledenkapitaal vergoedt. Naarmate de kapi
taalbehoefte stijgende is, des te nadeliger kan
dit voor de coöperatie zijn. Zij moet soms duur
der geld aantrekken, omdat zij zich heeft ver
bonden goedkoper geld of te stoten. Dit
betekent: meer kosten en minder profijt voor de
leden (al moet het theoretisch voor de totaliteit
der leden hetzelfde blijven).
In Nederland is het gezien de historisch ge
groeide verhoudingen, praktisch niet doenlijk
om naast de inhouding op „nabetalingen" ter
vorming van ledenkapitaal, ook nog zekere be
dragen te korten op de periodieke betalingen
(b.v. op het melkgeld). Dit heeft tot gevolg, dat,
indien de omlooptijd van het ledenkapitaal
zodanig zou worden gesteld, dat met dat
ledenkapitaal de vaste financieringsbehoefte
kan worden gedekt, die omlooptijd veel
al zeer lang zou worden. Daar men
het mede om psychologische redenen juist acht
6
de omlooptijd van het ledenkapitaal niet te lang
te stellen, worden de oudste bedragen veelal
betaalbaar gesteld na een van te voren vastge
steld aantal jaren. Daarnaast is het aandeel in
het ledenkapitaal veelal ook opeisbaar, wanneer
het lidmaatschap eindigt in geval het lid zijn
bedrijf staakt of overlijdt. Er wordt dus als het
ware een verzwakt Revolving Capital System
toegepast. Toch heeft dit het voordeel, dat de
leden zo niet geheel, dan toch gedeeltelijk in de
vaste behoefte aan middelen bijdragen; voor het
geval er onverhoopt een beroep op de leden
aansprakelijkheid moet worden gedaan, is een
gedeelte van het door de leden te fourneren be
drag dan reeds aanwezig in de vorm van
ledenkapitaal. Dit verlicht die last der aan
sprakelijkheid derhalve.
Een heel mooi Nederlands voorbeeld, waarbij
het Revolving Capital System wordt toegepast,
biedt de Coöp. Melkcentrale (C.M.C.). De
C.M.C. houdt jaarlijks iets op het melkgeld in
en schrijft de leden voor het ingehouden ge
deelte tegoed. Dit bedrag blijft in de vereniging
tot het einde van het lidmaatschap. Dan is het
direct opvorderbaar. In tien jaren "heeft de
C.M.C. hiermede een bedrag van ongeveer
16.000.000.als ledenkapitaal bijeenge
bracht. De C.M.C. heeft hierover derhalve de
beschikking zonder dat zij zich hiervoor tot
andere financiers behoeft te wenden. Het leden
kapitaal is vanzelfsprekend eigendom van de
leden (het is door de leden aan de vereniging
geleend) en die leden krijgen er ook rente over
betaald.
De C.M.C. heeft echter enige jaren geleden dit
ledenkapitaal z.g. gemobiliseerd. Zij heeft
namelijk de gelegenheid gegeven aan de leden
om hun vordering om te zetten in obligaties ten
bedrage van 1.000,Deze obligaties zijn
verhandelbaar en zijn genoteerd ter beurze van
Amsterdam. Zij hebben een looptijd van 20 jaar
en gemiddeld lopen de door de leden verstrekte
bedragen dus in 10 jaar om. Daarnaast heeft
een lid echter de mogelijkheid om zijn aandeel
in het ledenkapitaal eerder te realiseren door
verkoop van zijn obligaties.
Voordelen van het Revolving Capital System
De voordelen van het Revolving Capital
System kunnen als volgt worden samengevat:
a. Het Revolving Capital System biedt het
voordeel, dat de patrons (in Amerika) en de
leden (in Nederland), die zich van de coöpe
ratie bedienen, haar (mede) financieren en