De eerste zestigjarige in ons midden Grondvorm van Raiffeisen-coöperatie Wie de moed heeft om het enorme silogebouw te beklimmen, dat Enschede beheerst, wordt op veelzijdige wijze beloond. Hij krijgt een prachtig uitzicht over deze ge meente, die met alle stedelijke allures toch een dorp is gebleven. En hij kan op z'n hoge plaats het werkgebied overzien van de land bouwcoöperaties, die een lichtend voorbeeld zijn geweest voor andere delen van ons land. Eigenlijk is het te geringschattend om te spre ken van de landbouwcoöperaties. Het gaat namelijk om de Lonneker Coöp. Landbouwers bank en Handelsvereniging G.A. (21 mei 1896), de Lonneker Coöp. Melkinrichting en Zuivel fabriek (9 oktober 1896) en de Coöp. Fokvereni- ging ,,Lonneker-Enschede (26 februari 1901). Uit de oprichtingsdata zien we direct, dat we met de oudste boerencoöperaties te doen heb ben. We staan hier dan ook op de geboorte grond van de eerste coöperatieve boerenleen bank, ja, de wieg van het Centraal Bureau heeft hier zelfs gestaan. Het is een prijzenswaardig initiatief geweest van de „Lonneker Landbouwcoöperaties" om de pers uit te nodigen voor een excursie en ver dere bespreking ter gelegenheid van dit zeld zame jubileum. Een excursie, die eerst voert door een zeer modern gedeelte van de zuivelfabriek, die plm. 17 miljoen kg. melk per jaar ontvangt van ruim 800 leden-veehouders. Het oudere com plex van de fabriek brengt ons al spoedig tot de ontdekking, dat dit een merkwaardige in stelling is. Men maakt geen kaas of melk poeder, doch de gehele aanvoer wordt in con- sumptieprodukten verwerkt. De „Lonneker" is een specifieke melkinrichting. Met een overi gens uitvoerig programma, dat ook consumptie ijs omvat. De distributie heeft zijn eigen problemen, want men heeft bijna geheel Enschede tot klant. De typische „Lonneker" melkwagens ziet men dan ook overal en deels zijn ze al vervangen door de even typische elektrische wagentjes. Veelzijdig Raiffeisen-eomplex Van de melkfabriek is het een wipje naar de zuster op hetzelfde terrein (pardon, er zijn nog statutaire grenzen) en we komen bij de Coöp. Landbouwersbank en Handelsvereniging G.A. Ook al weer zo'n veelzijdige instelling. Je gaat 280 de deur binnen en je kunt er uit komen met een zak kunstmest of met een voorschot. Beide kunnen trouwens hetzelfde effect hebben in het bedrijf. De rondleiding voert ons steeds dieper in de historie. En steeds meer gaan we begrijpen van het nauwe verband, dat hier be staat tussen de fabrikant, de boer en de arbeider. Historisch behoren ze tot één belangensfeer, waarin het Raiffeisen-idee een prima voedings bodem vond. De ontwikkeling dezer coöperaties ging ge paard met de opkomst van de industrie. De kunstmest deed zijn intrede en de ontginningen groeiden als een groene vlek rond het stedelijk gebied. Een samengaan van zovele aspecten in een zo danige omgeving moest wel een boeiende his torie opleveren. We vinden die in het prachtige gedenkboek, dat in 480 bladzijden de ge- scheidenis van de „Lonneker Coöperaties" weergeeft. En daarmede tevens de levensroman van de boer om Enschede heen. Het boek voert ons terug naar het grijze coöperatie-verleden en noemt de namen van burgemeester E. Jacobs, B. W. ter Kuile, Wicher Nijkamp en J. H. W. Robers. Namen, die we terugvinden op de bordjes van Ensche- dese straten. Een nieuw bewijs, dat „stad" en „land" hier één zijn in leven en streven. Waardevolle studie Met dit boek heeft de schrijver Joh. Buursink een waardevol brok coöperatiegeschiedenis vastgelegd. Het blijkt, dat de oorspronkelijke Raiffeisen- beginselen vrij zuiver hun vorm hebben ge kregen in deze Landbouwersbank en Handels vereniging. Men is begonnen in het bij Enschede gelegen Lonneker, dat thans bij de stad behoort, doch waarvan de naam te allen tijde zal voortleven. Als boerenleenbank is „Lonneker" van zeer be hoorlijke omvang. Men noteert een omzet van bijna 40 miljoen gulden. Het tegoed in de spaarbank bedroeg op 1 oktober 7.700.000. De handelsafdeling heeft een omzet van ruim vier miljoen gulden. Ondanks de rijpere leeftijd van de „Lonneker" coöperaties heerst er een frisse geest in de leiding. Er is dan ook reeds veel gemoderni seerd en er liggen nog tal van plannen klaar. We hopen gaarne, dat de jubilerende coöpe raties ook in hun verdere ontwikkeling een voorbeeld mogen blijven.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1956 | | pagina 26