it praktijk storing daarvan van de kant van de schatkist uit. De geld- en kapitaalschaarste, die thans op de Nederlandse kapitaalmarkt aan de dag treedt, spruit ten dele voort uit de gewijzigde positie van de betalingsbalans. Voor het eerst sinds de Koreacrisis heeft het overschot op de betalingsbalans voor een tekort plaats gemaakt, dat in het eerste halfjaar van 1956 weinig minder dan 400 miljoen heeft bedragen. Tot een dergelijk bedrag zijn derhalve deviezen aan andere landen betaald. Die buitenlandse be taalmiddelen moesten dus worden gekocht met Nederlandse guldens, welke dientengevolge uit het verkeer zijn verdwenen. Men heeft hierbij dus met een deflationistische werking te doen. En zolang de kredietschepping, die eventueel uit andere hoofde plaats vindt, binnen de grenzen van de door de betalingsbalans teweeg gebrachte geldafvloeiing blijft, kan de stelling worden verdedigd, dat die geldschepping het monetaire evenwicht niet verstoort. Het gaat immers bij deze grootheden steeds om de ver houding tussen geldhoeveelheid enerzijds en goederenhoeveelheid anderzijds. Met betrekking tot het tweede halfjaar lijkt een verbetering van onze betalingsbalanspositie intussen waarschijnlijk. Het wordt niet uitge sloten geacht, dat het tweede halfjaar weer een tegenstelde beweging van de kapitaal stroom te zien zal geven, waardoor een ver ruiming op de geld- en kapitaalmarkt in de hand zou worden gewerkt en de tendens tot rentestijging, afgezien van andere invloeden, zal worden verzwakt. Overigens accentueert de overheid door haar plaatsing van schatkistpapier bij De Neder- landsche Bank de onmogelijkheid, waarvoor zij zich thans gesteld ziet, om met succes een be roep op de kapitaalmarkt te doen door de uit gifte van een nieuwe Staatslening. Het valt niet te bestrijden, dat zich sinds de tijd van de doelbewuste goedkoop geld politiek fundamen tele wijzigingen op de geld- en kapitaalmarkt hebben voltrokken en dat alle instanties tegen woordig een open oog hebben voor het belang van een handhaving van het monetaire even wicht. Of zij dit ook steeds in de hand zullen houden zal echter vooral afhangen van de mate, waarin het zal gelukken de opwaartse druk van de lonen binnen de perken van de produktiviteitsmogelijkheden te houden. Doch dit is een hoofdstuk op zich zelf, waarover wij het ook reeds eerder te dezer plaatse hebben gehad. Door brand Van onze bank „Nijega-Opeinde"' verwoest ontvingen wij enige tijd geleden een courantenbericht van een boerderijbrand in de naaste omgeving. Het be richt vermeldde o.a.: „De gehele inboedel werd een prooi van de vlammen, evenals een groot bedrag aan geld (enkele duizenden guldens), waarvan de resten van slechts enkele honder den guldens zijn teruggevonden De kassier tekent hierbij aan, dat in dit geval het melkgeld in de trekpot had gezeten, terwijl er ook geld in de kast had gelegen. Alweer dat melkgeld, dat aan zoveel gevaren wordt blootgesteld. En toch heeft men hier alle moeite gedaan om deze gelden op de bank te doen bijschrijven. De directeur van de zuivel fabriek heeft de boeren zelfs persoonlijk aan gespoord, doch tevergeefs. Men blijft vast geroest aan oude methoden. Het lijkt wel of men een zekere schrik heeft van een bankrekening. In dergelijke streken richt de normale propa ganda weinig uit. Goede voorbeelden zijn van belang en daarom ligt hier een taak voor de leden van bestuur en raad van toezicht. Gaat zelf voor in het goede. Gebruik de bank op de juiste manier en vertel het aan anderen. Laat zelf uw bedrijfsinkomsten op rekening bij schrijven en behoed uw bedrijfsgenoten tegen de gevaren der oude methoden. In vele gevallen zal deze aansporing niet nodig zijn, maar er zijn streken, waar zelfs onze bestuurders niet voldoende beseffen, dat de bank de mensen tegen zichzelf kan beschermen. Een hoera voor de Onze foto laat een grote boerenleenbank troep juichende kinderen zien. Het zijn de school- spaarders van Boschheurne, die in mei onthaald werden op een filmmiddag met een tractatie. Het was een waar feest ter gelegenheid van het gouden jubileum van de bank. Onze boeren leenbank te Boschheurne is niet groot. Ze is zelfs klein. Maar dat banken als deze mee tellen in onze organisatie, dat bewees wel de algemene belangstelling bij het jubileum. Er is maar één school met plm. 150 leerlingen, maar daarvan sparen 130 geregeld bij de 187

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1956 | | pagina 9