In en om de Beatrixhal
Als we achteraf nog eens terugdenken aan de jaarvergadering van de
Centrale Bank, mogen we niet ontevreden zijn over het verloop. Onze
voorzitter merkte terecht op, dat de jaarbeurshallen niet als vergader
ruimte zijn bedoeld, zodat men technische onvolkomenheden van de zaal
maar voor lief moest nemen. Wellicht had dit grotendeels betrekking op
de geluidsweergave. Hoewel het beter ging dan het vorige jaar, waren
er toch plaatsen in de zaal waar het gesproken woord moeilijk was te
volgen en soms had men ook last van een hinderlijke nagalm. Dit alles
wordt veroorzaakt door de gladde betonnen wanden en stenen vloeren
van de zaal. De accoustiek moet dan wel slecht zijn en er is voor zo'n
enkele vergadering weinig tegen te doen. Overigens waren de sfeer en
de stemming van de bijeenkomst goed. Met stralend zomerweer hadden
velen een mooie reis naar Utrecht gehad, zodat we niet anders dan op
gewekte gezichten zagen.
Met uitzondering misschien van degenen, die wat laat waren met de auto
en het parkeerterrein tjokvol aantroffen.
Dat blijft nu eenmaal een moeilijk punt in iedere stad. Overigens is het
wel frappant, dat het Vredenburg niet groot genoeg meer is om de auto's
van onze bezoekers te bevatten. Vroeger was de Tivoli-tuin voldoende.
Het ware echter te overwegen bij de convocatie een schetsje te voegen
van de parkeerterreinen in de binnenstad, opdat men vlug een ander
plek je kan vinden als dit nodig is.
Het geheel had een goed verloop. Snel en ordelijk vonden de bezoekers
hun stoel en de uitreiking van koffie en lunchpaketten vond in een be
wonderenswaardig tempo plaats. Het blijft niettemin toch improvisatie,
hetgeen in de gegeven omstandigheden wel nodig is. Ook wat dit onder
deel betreft, hopen we later nog een betere outillage te krijgen.
Inmiddels heerste er een prettige toon allerwegen en menigeen ontmoette
oude bekenden, waarmede men een praatje kon maken.
Het tweede gedeelte van de vergadering vond wel een abrupt einde.
Helaas was de plotselinge flauwte van onze oud-directeur, de heer
Visser, voor velen een schok, omdat men de gezondheidstoestand van
de heer Visser kende. Het was echter niet zo ernstig als het zich liet
aanzien en met rust kwam de heer Visser dit weer te boven.
Ook het afscheid van de heer jhr. mr. W. C. Hooft Graafland was een
bewogen moment in het overigens zo zakelijke programma. Zijn af
scheidsrede in de ochtenduren betekende als het ware de eerste stap terug
uit een levenswerk, waarvan men moeilijk meer kan loskomen. In grote
stilte werden de treffende woorden van de heer Hooft Graafland aan
gehoord en meer dan ooit besefte men de wederzijdse verbondenheid aan
de doelstelling, die in onze banken ligt verankerd. En die uitgaat boven
balansen en rapporten.
Nogmaals, het was een vergadering met inhoud. En in het licht daarvan
zal men kleine onvolkomenheden zonder bezwaar over het hoofd zien,
al zullen we blijven streven naar een zo goed mogelijke „Raiffeisen-dag"
ÈÊÈSx
«PW
AS A
Van boven naar beneden de heren:
Lindenbergh, Minderhoud, Hooft Graafland
Hendriksen en Visser