noch de bedoeling volledig geschoolde landbouwkrachten af te leveren. In een vooral op de praktijk gerichte cursus van circa 11 maanden, doorstaan de aspirant emigranten op hun geschiktheid als landbou wers de vuurproef en leren voor hun toekomstig succes datgene, wat men als beginner in de landbouw niet missen kan. Dit betekent: de beginselen van landbouw en veeteelt, zoals: grondbewerking, oogstarbeid, veeverzorging en melken. En niet te vergeten de voor de uitge strekte immigratielanden zo belangrijke om gang met landbouwmachines, alsmede kennis van de taal. Het is verheugend te kunnen constateren, dat deze cursussen zowel in binnen- als buitenland een groeiende waardering mochten ondervin den. Als ik zeg: waardering in het binnenland, dan bedoel ik daarmede dit: De centra voor de landbouwvorming, U zoudt het kampen kun nen noemen, treft U aan „verspreid" over het land en uiteraard in de agrarische streken. Toen het initiatief tot de instelling van deze cursus sen werd genomen moest bij evenveel boeren als er cursisten waren een plaats op de boer derij worden gezocht. De scholing van de as pirant geschiedt immers in de eerste plaats in de praktijk door deze boeren-instructeurs. Het ligt voor de hand, dat deze plaatsing in de aanvang niet zo gemakkelijk was. Meer op grond van hun bereidheid tot medewerking dan op grond van de overtuiging, dat dit initia tief zou kunnen slagen, werden de jongelui door de boeren op het bedrijf genomen. Oprichting van een Instituut voor Land- en Tuinbouwcoöperatie in Gelderland en Oveiijsel Op maandag 5 maart j.1. werd in Hotel „De Wereld in Deventer de oprichtingsvergadering gehouden van het Instituut voor Land- en i uinbouwcoöperatie in Gelderland en Overijsel. Verheugend was hierbij, dat de deelneming aan het instituut op deze oprichtingsdag al zo groot was, dat nu al gezegd kan worden, dat het in stituut steunt op geheel coöperatief Gelderland en Overijsel. Verblijdend was bovendien, dat ook alle uitgenodigde stands- en jongeren organisaties direct toetraden als lid. De vergadering hield zich verder bezig met de vaststelling van de statuten en de aanwijzing van de bestuursleden van het instituut. Verder werd besloten, dat het bestuur de finan ciële bijdragen van de leden voor het komende jaar zal vaststellen naar de richtlijnen van de commissie van voorbereiding, eventueel in nader overleg met de verschillende coöperatieve organisaties. Na sluiting van de vergadering hield het be stuur meteen een korte vergadering waar de eerste maatregelen werden genomen ter ver krijging van rechtspersoonlijkheid en tot aan trekking van een secretaris-penningmeester, die de dagelijkse leiding van de werkzaamheden op zich zal nemen. Duitsland Minister Lübke over de steun aan de Westduitse landbouw In de toelichting, die de Westduitse minister van landbouw, Lübke, op 23 februari in de Bondsdag heeft gegeven op de voorgestelde maatregelen tot steun aan de landbouw, ver klaarde hij o.m., dat de regering verwacht, dat ook de Bondslanden bij de uitvoering dezer maatregelen naar vermogen financiële steun zullen verlenen. In totaal zullen middelen tot een bedrag van DM 1 miljard 905 miljoen) voor dit doel worden aangewend. Het grootste gedeelte der maatregelen zal enige jaren achter een van kracht zijn, zodat in de eerstvolgende drie jaren, met inbegrip van de reeds genomen steunmaatregelen, een bedrag van aanzienlijk meer dan DM 3 miljard 2.715 miljoen) uit openbare middelen beschikbaar zal worden gesteld. De voorgestelde maatregelen kunnen in vier groepen worden verdeeld: 1. vermindering van de bedrijfsuitgaven; 2. maatregelen gericht op meer efficiënte pro- duktie- en afzetmethoden; 3. verbetering van de agrarische structuur; 4. verbetering van de agrarische arbeidsvoor waarden en levensomstandigheden. 5- het kort 114

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1956 | | pagina 28