oniek uit eigen kring Reeds thans zouden wij aan de bij ons aange sloten banken willen mededelen, dat het ministerie van Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening voornemens is in de maanden maart en/of april 1956 aan de melkveehouders mandaten te zenden ter betaling van de melk- toeslag. Deze mandaten, welke een geldigheidsduur van een maand hebben, zullen bij alle boerenleenbanken kunnen worden aangeboden ter betaling of bijschrijving op rekening. Vooraf zullen nadere in structies per circulaire, ver gezeld van een model-mandaat, aan de boeren leenbanken worden toegezonden. Voor de roggetoeslagen, welke vermoedelijk in mei en/of juni a.s. zullen worden betaald, kan een gelijke regeling worden verwacht. Per 1 januari 1956 hebben de boerenleenbanken Hoogkarspel I en Hoogkarspel II een fusie aan gegaan. Hiertoe werd besloten, omdat verwacht mag worden, dat een grotere bank, zoals deze door de samenvoeging zal ontstaan, meer service zal kunnen bieden aan haar cliënten. De kleinste van de beide bovengenoemde ban ken besloot tot liquidatie en droeg haar rechten en verplichtingen over aan haar grotere zuster instelling. Deze laatste wijzigde haar naam in „Hoogkarspel". Wij hopen en vertrouwen, dat deze gecombi neerde bank, zo mogelijk nog meer dan de beide „kleine" banken dit in het verleden konden doen, in de toekomst heilzaam werk zal mogen verrichten ten behoeve van haar leden en verdere cliënten. Zoals bekend worden aan de hand van de door de aangesloten banken ingezonden balansen en bijlagen (zoals de winst- en verliesrekening, de specificatie van diverse ontvangsten en uit gaven) statistieken opgemaakt. Hiervoor is het echter noodzakelijk, dat de basisgegevens op dezelfde wijze worden samen gesteld en gegroepeerd. Mede om deze reden zijn uniforme formulieren vervaardigd, waar door een vlotte verwerking van de gegevens kan plaats vinden. Bij de ons reeds gezonden balansen met bijlagen waren er evenwel enkele met een winst- en verliesrekening en/of specificatie van de diverse ontvangsten en uitgaven volgens eigen ontwerp. Hoewel deze snelle inzending zeer op prijs wordt gesteld, ondervindt de verwerking dan toch vertraging, daar eerst een opstelling vol gens de uniforme modellen moet plaats vinden, waarbij veelal aan de betrokken banken inlich tingen moeten worden gevraagd omtrent de groepering. tn verband met een en ander verzoeken wij alle aangesloten banken ook de gemechaniseerde de jaarstukken te willen indienen volgens het gebruikelijke model. In de loop van de maand februari 1956 zal aan iedere aangesloten bank een opgave worden verstrekt van de ontwikkeling der spaargelden in 1955 van alle banken in de ring, tot welke de betrokken bank behoort. Aan de hand van deze opgave kan dan worden nagegaan of het verloop van de spaargelden bij de eigen bank in vergelijking met dat bij om liggende banken al dan niet bevredigend geacht kan worden. In het laatste geval zal, vooral indien de stijging/daling belangrijk afwijkt, dit een reden moeten zijn om zich hierop nader te bezinnen en eventueel maatregelen te nemen. De afdeling Propaganda van de Centrale Bank Bank zal hierbij eventueel gaarne behulpzaam zijn.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1956 | | pagina 5