voordelen verkregen, zoals nuttiger gebruik van
de aanwezige arbeidskrachten, het sluiten van
firma-overeenkomsten en pachtcontracten, meer
levensvreugde enz.
De invloed van de investeringen is in de Veen-
streek duidelijk merkbaar en komt o.a. tot uiting
in de veilingomzet van de Veense produkten,
waarvan de gemiddelde stijging over 1952/'54
ten opzichte van 1949/'51 2V2 maal zo groot is
als de stijging van het landelijk gemiddelde.
De teelten worden iets gewijzigd: Men gaat de
richting van de bloementeelt uit.
De invloed van en het vertrouwen in de Rijks-
tuinbouwvoorlichtingsdienst zijn sterk toege
nomen. Er bestaat een goede samenwerking
tussen Voorlichtingsdienst, boerenleenbanken
en gemeentelijke overheden.
Discussie
1. Waarom is het aantal afgewezen aanvragen
zo groot?
Antwoord: Om verschillende redenen zijn aan
vragen afgewezen:
a. De vakbekwaamheid van de tuinder werd
niet voldoende geacht om de investering
goed te benutten.
b. De opgaven van de tuinder werden niet juist
bevonden (b.v. wegens verzwijgen van in
komsten, van schulden, van vermogen).
c. De tuinder had een zo hoog inkomen of
groot vermogen, dat hij wel in staat werd ge
acht zonder borgstelling van het Waarborg-
instituut zijn bedrijf te ontwikkelen.
d. De tuinder werd in staat geacht de helft van
het benodigde bedrag zelf op te brengen,
zodat hij verwezen kon worden naar het
Borgstellingsfonds voor de Landbouw.
f. De tuinder was niet in het bezit van het ver
eiste pachtcontract of de vereiste teeltver
gunning en kon die ook niet krijgen.
g. De tuinder had geen normaal tuinbouw
bedrijf.
h. De aanvrager was nog zo kort tuinder, dat
het niet mogelijk was zich reeds een oordeel
over hem te vormen.
i. Het bedrijf was reeds te zwaar met schulden
belast.
j. De investering zou aanstelling van een
vreemde arbeidskracht eisen, waardoor voor
hen geen economische winst uit de investe
ring was te berekenen,
k. De investering werd voor het bedrijf niet de
beste oplossing geacht.
2. Had men niet wat royaler kunnen zijn met
toewijzingen, gezien het feit, dat de aflos
singen groter zijn dan verwacht werd?
Antwoord: Nu de bereikte resultaten overzien
kunnen worden, is het wel mogelijk dat meer
aanvragen toegewezen hadden kunnen wor
den. Door gebrek aan ervaring is echter
voorzichtig gewerkt om het nieuwe systeem
niet in gevaar te brengen. Bovendien waren
de tijdsomstandigheden gunstig, hetgeen
ook niet te voorzien is geweest.
3. Zijn de cijfers, die verstrekt zijn, niet enigs
zins aanvechtbaar?
In de eerste plaats heeft geen waardering
van het loon van medewerkende gezinsleden
plaats. In de tweede plaats steunt de winst
berekening alleen op fiscale gegevens. Ten
derde zijn alleen cijfers van de netto-winst
gegeven; het economisch resultaat bleef
buiten beschouwing.
Antwoord: Voor elke toewijzing is een econo
mische berekening gemaakt.
Het doel van het Waarborginstituut is het
opvoeren van het netto-inkomen van de
tuinder, hetgeen toch zeker voor hem zeer
belangrijk en economisch verantwoord is.
4. Het is opvallend, dat van de mogelijkheid
van kredietopneming een gretig gebruik is
gemaakt. Is dit misschien gestimuleerd door
de gedachte dat het risico voor de tuinder
toch gering is, wegens de borgstelling van
overheidswege?
Antwoord: In de Veenstreek was de behoefte
aan kapitaal voor investering groot.
Overigens is het niet onmogelijk, dat borg
stelling van overheidswege een stimulans is
geweest. Wel is er steeds duidelijk op ge
wezen, dat het een kredietverlening op
strikt zakelijke basis is en dat terugbetaling
van de geleende gelden nodig is. De borg
stelling dient slechts geëffecteerd te worden
in uiterste noodzaak.
5. Opvallend is, dat de uitbreiding van het
glas overwegend gaat in de richting van
staand glas. Hoewel dit alleszins verant
woord kan zijn (speciaal ook de verrolbare
kassen) kan toch gewezen worden op de
volgende punten:
a. platglas vraagt minder investering, dus
minder risico's, wanneer geld moet worden
geleend;
b. platglas is arbeidsintensiever, hetgeen van
belang is voor bedrijven met een arbeids-
overschot;
e. Het hoofdberoep van de aanvrager lag niet
in de tuinbouw.
52