dat de economie een jonge wetenschap is. Er is
nog geen behoorlijk systeem om de theoretische
deducties en de werkelijkheid te combineren.
Maar er zijn nog andere oorzaken. Op een aan
tal gebieden hebben de economen „economische
wetten" kunnen formuleren. Wanneer er een
gebrek aan tarwe is, zal b.v. de tarweprijs in
een vrije markt volgens de wet van vraag en
aanbod moeten stijgen. En als er nieuw bank
papier wordt gedrukt om een schatkisttekort te
dekken, dan zullen er inflatoire tendenzen
ontstaan.
Maar let wel op de uitdrukking „vrije markt",
want als de regering tussenbeide komt, een
wettelijke prijs voor een produkt vaststelt en
rantsoenering doorvoert, dan is het resultaat
volslagen anders dan wat er op een vrije markt
zou zijn gebeurd. Deze mogelijkheid confron
teert ons met een van de moeilijkheden der
economen, nl. dat de mens in staat is uit het
verleden te leren. Vandaar dat niet alleen de
politieke en monetaire autoriteiten, maar ook
zakenlieden en individuen hun gedrag en
reacties kunnen wijzigen als ze beseffen dat een
nieuwe richting wordt ingeslagen, waarvan zij
menen dat zij de invloeden uit het verleden
kennen. En op deze wijze kunnen zij in belang
rijke mate de gehele ontwikkeling een andere
loop geven.
Tweede wereldoorlog
Zo hadden in de tweede wereldoorlog de auto
riteiten het voordeel van de ervaring, opge
daan in de eerste wereldoorlog en dat was een
van de voornaamste redenen waarom zij ter
stond begonnen met een regiem van alomvat
tende controlemaatregelen. Het gevolg was, dat
de bewegingen van kosten en prijzen geheel
verschillend waren van die van 25 jaar geleden.
Dit betekent natuurlijk niet. dat de autoriteiten
de economie geheel naar hun hand kunnen
zetten. Een voorbeeld: tijdens de oorlog konden
de autoriteiten weliswaar de goederenprijzen
beheersen, maar na de oorlog bleek het dat
zelfs de rijkste landen, die niet tot devaluatie
waren overgegaan, de Verenigde Staten en
Zwitserland, een verdubbeling van hun prijs
peil moesten aanvaarden.
Colin Clark
Een ander voorbeeld: in de herfst van 1953
voorspelde de bekende econoom Colin Clark
dat het, op grond van de ervaring, waarschijn
lijk was. dat een ernstige inzinking van de be
drijvigheid in de Ver. Staten zou optreden.
Thans weten wij dat de teruggang van 1953
1954 buitengewoon mild is geweest en dat 1954
het beste jaar was in Amerika's geschiedenis.
Ongetwijfeld heeft het algemene vertrouwen in
de interventie van de Amerikaanse regering
een belangrijke rol gespeeld, vooral ten aanzien
van het handhaven der investeringsactiviteit.
Het spreekt natuurlijk niet vanzelf, dat er bij
een nieuwe teruggang soortgelijke condities
zullen heersen of dat er een soortgelijke politiek
zal worden gevoerd, maar zeker is het, dat wat
zich in 1953 en 1954 heeft afgespeeld, nauw
keurig zal worden bestudeerd als richtsnoer
voor de toekomst.
In ieder geval is het zo, dat men niet louter
meer op theorieën kan afgaan, doch dat ei
stromingen zijn in de publieke opinie, die een
invloed kunnen uitoefenen, welke in sterke
mate kan afwijken van hetgeen men op basis
van de theorie had willen voorspellen.
Het is zeker niet gemakkelijk te voorspellen
wat er op de belangrijke grenslijn tussen poli
tiek en economie kan gebeuren. En men heeft
rekening te houden met de wijze, waarop ieder
land afzonderlijk zijn probleem benadert en
tracht op te lossen. Niettemin is er thans alom
een algemene stroom merkbaar naar liberaln
satie van de handel en naar een veranderlijke
kredietpolitiek Indien dit streven verder voort
gang vindt, dan zal het mogelijk zijn de econo
mische ontwikkeling met grotere nauwkeurig
heid te voorspellen dan in enige periode sinds
1930. Het feit alleen al dat de algemene aan
vaarding van liberalisatie normaliter import
restricties en een onevenwichtige betalings
balans moet uitsluiten, maakt het dringend
nodig zich te baseren op de gewone methoden
van fiscale- en kredietpolitiek en dit verhoogt
ongetwijfeld de voorspelbaarheid.
Nieuw gedrag
Men heeft echter de vraag gesteld of de
wereldoorlogen enz. de wereldeconomie niet
dusdanig in de war hebben gestuurd, dat men
met een geheel nieuw soort economisch gedrag
zal moeten rekenen en dat met name de con
junctuurcyclus niet meer zijn oude vorm zal
aannemen. Het zou evenwel al te veel in strijd
zijn met het mechanisme van deze wereld, in
dien wij zouden moeten aannemen, dat de
conjunctuurcycli plotseling zouden ophouden.
Het beste is ongetwijfeld indien men ziin
economische voorspellingen zo goed mogelijk
blijft baseren op de ervaring en indien men de
verschillende fasen, waardoor de economie
heen gaat, nauwlettend analyseert.
Economische series
Het National Bureau of Economie Research in
497