Afgifte schatkistpapier In verband met de betrekkelijk krappe positie van de schatkist hebben wij de vorige maal melding gemaakt van de verwachting, dat weer spoedig tot afgifte van schatkistpapier zou worden overgegaan. Dat is intussen inderdaad geschied en wel tegen dezelfde tarieven, die golden vóór de aankondiging van de nieuwe staatslening. Ook hier dus nog geen aanwijzing in de richting van een hogere rentevoet. De geldmarkt geeft daartoe ook hoegenaamd geen aanleiding de kassen van de banken zijn im mers ruim in afwachting van de grote belas tingbetalingen zij beschikken over omtrent 650 miljoen als liquide reserve bij De Neder- landsche Bank,hetgeen ruim J 150 miljoen meer is dan waartoe zij op grond van de dekkings voorschriften van de Centrale Bank verplicht zijn en het zijn in hoofdzaak liquiditeiten van de banken, die de koersen op de geld- en discontomarkt bepalen. Onmiddellijk na de hervatting van de afgifte van schatkistpapier werd hiervan 60 miljoen geplaatst, welk bedrag in de daarop volgende week nog met 13 miljoen steeg. Het saldo van het Rijk blijft aan de lage kant, maar de schatkist gaat thans een periode tegemoet, waarin de belastingontvangsten, die door de tariefsherziening van september waren ver traagd, geleidelijk sneller zullen gaan vloeien, in de eerste plaats door het inhalen van de achterstand bij de inning ontstaan door de her ziening van de belastingtarieven per 1 septem ber jl., in de tweede plaats als gevolg van de versnelde inning van de van 50 tot 75 ver hoogde voorlopige aanslag der vennootschaps belasting. Op grond van een en ander kan het Rijk zich voorlopig min of meer onafhankelijk van de kapitaalmarkt gevoelen en wat de ont wikkeling van de rentestand aangaat op zien komen spelen. Stijgende goudvoorraden Herhaaldelijk is het nauwe verband tussen de deviezenaanwas en rentestand reeds ter sprake gekomen. De betalingsbalans laat nog altijd een overschot zien, maar dit is veel kleiner ge worden dan enige tijd geleden, toen van buiten landse zijde op grote schaal aandelen op de- Amsterdamse aandelenmarkt werden gekocht. Het heeft intussen in financiële kringen nog al de aandacht getrokken, dat De Nederlandsche Bank de laatste tijd regelmatig deviezen in goud heeft omgezet, waardoor de goudvoorraad ge leidelijk is toegenomen. Ten dele houdt zulks kennelijk verband met het feit, dat sedert juli jl. de afrekening van overschotten via de Europese Betalings-Unie voor 75 in goud moet geschieden tegen voorheen slechts voor de helft in goud. Daarnaast valt uit de gedragslijn van de monetaire instanties de conclusie te trekken, dat deze het bezit van goud boven dat in papieren buitenlandse betaalmiddelen prefe reren, waarbij vooral te denken valt aan de min of meer wankele positie, waarin het pond sterling nog altijd verkeert. Bij een eventuele thans nog niet voorzienbare devaluatie van het pond sterling kan men beter goud dan ponden bezitten, omdat het bezit van deze valuta alleen maar verlies met zich kan brengen. Wat de emissiebedrijvigheid betreft kan men zich er niet over verwonderen, dat na de scherpe daling op de aandelenmarkt meer emis sies van obligatieleningen in de particuliere sector werden aangekondigd. Zo heeft de Kon. Ned. Papierfabriek te Maastricht een 33A %>- obligatielening van 5 miljoen met een loop tijd van ten hoogste 20 jaar tegen pari uitge geven. Enkes zette een 4 15-jarige conver teerbare lening op stapel, die eveneens tegen pari werd uitgegeven (waarbij echter inschrij vers op de aandelen recht van voorkeur genoten). De conversiekoers bedraagt 150 hetgeen dus wil zeggen, dat bij omzetting in aandelen 500 moet worden toebetaald. Ten slotte valt dan nog een 15-jarige 4V2 %>-lening a 100 °/o Dekkers N.V. ter grootte van 500.000 te ver melden, waarbij het gaat om een vennootschap, die tot dusverre nog geen toegang tot de open bare kapitaalmarkt had; vandaar de relatief hoge rente. Aard en positie van de genoemde ondernemin gen lopen zeer uiteen, zodat het bezwaarlijk is. hier in samenhang met de algemene ontwikke ling vergelijkingen ten aanzien van de rente voet te trekken. De verschillen in rentevoet moeten geacht worden min of meer de afwij kende kwalificatie te weerspiegelen. De rente voet van de lening der Kon. Papier wijst intussen bepaald niet op een verstijving van de rentetarieven in het algemeen. Ten slotte verdient in het verband van dit over zicht ook de pandbriefsector nog enige aan dacht. De Rotterdamsche Scheepshypotheek- Emissiebedrijvigheid De pandbriefsector 489

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1955 | | pagina 17