kapitaalmarkt, hadden teruggetrokken. Het op
zichzelf beperkte aanbod kon dientengevolge
slechts moeizaam op een lager niveau worden
geplaatst. In hoeverre het tenslotte gevolgde
herstek waardoor een verdere koersval werd
gestuit, een spontaan karakter droeg, viel
moeilijk te beoordelen. Er zijn altijd semi-
overheidsinstellingen, zoals de Rijkspostspaar
bank of de rijksfondsen, die bij hun aankoop
weliswaar zuivere rendementsoverwegingen
laten gelden, maar niettemin toch daardoor
steun aan de markt verlenen. Van rechtstreekse
steun van de zijde van de schatkist behoeft dus
in het geheel geen sprake te zijn. Degenen, die
voor bedoelde instellingen opereren, kunnen
zeer wel op goede gronden de opvatting hul
digen, dat de koersen te sterk zijn gedaald.
Daar de omzetten op de staatsfondsenmarkt,
evenals trouwens ook elders op de obligatie-
markt, betrekkelijk gering zijn, kan het koers-
peil al spoedig worden beïnvloed. Daarvan
dient men zich dus evenzeer in verband met de
plaats gevonden daling rekenschap te geven.
Het opmerkelijke daarvan was dan ook slechts
het feit als zodanig, dat na de vele maanden
van grote stabiliteit op een ommekeer scheen
te wijzen.
Het rendement van de Integralen komt op basis
van de huidige koers uit op ca. 3.3 per jaar.
Het rendement van de eerste 3V4 %-staats-
lening van 1955 was op 26 oktober nog maar
een kleinigheid geringer dan 3'/2 per jaar,
terwijl het rendement van de 3 °/o dollarlening-
1947 bij een koers van 96% reeds nagenoeg
met 31/2 overeenkomt. De agiowinst, bij af
lossing a pari verkregen, verhoogt uiteraard het
gemiddelde couponrendement. Het geringe
disagio van de 3/3V2 %-lening 1947 vindt zijn
verklaring in het feit, dat bij een geleidelijke
algemene stijging van de rentevoet deze auto
matisch 3V2 zal worden, daar de staat dan
niet tot aflosbaarstelling resp. conversie in een
lager rentende lening zal overgaan. De hoge
koers van de 3 %-lening per 1962/64 vloeit
voort uit het karakter van dit papier, dat dooi
de nog korte looptijd ten hoogste 8V2 jaar
in totaal geldmarktpapier nabij komt, d.w.z.
als kort lopende belegging door banken e.d.
wordt gekocht.
Het heeft geen prettige indruk gemaakt, dat de
in de maand september uitgegeven staatslening
op zo korte termijn reeds 1 punt of meer disagio
deed. De animo voor nieuwe staatsleningen, die
toch al niet groot was blijkens het inschrij-
462
vingsresultaat, zal daardoor allicht voor de
toekomst nog meer worden bekoeld. Het moge
waar zijn, dat de daling pas is ingetreden nadat
de fiscale maatregelen, welke gericht zijn op
een afroming van de liquiditeit (men zie ook
Door de Financiële Doolhof) waren gepubli
ceerd, maar deze plannen moeten, zo redeneerde
men in financiële kringen, uiteraard op het
ministerie van Financiën bekend zijn geweest.
En dat het evenwicht op de beleggingsmarkt
daardoor al of niet blijvend zou worden ver
stoord, had men moeten voorzien.
Contante opbrengst van lening
Zoals men weet bedroegen de vrije inschrijvin
gen op de nieuwste staatslening 137 miljoen
en werd 113 miljoen bij de rijksfondsen ge
plaatst. Inmiddels heeft op 20 oktober de stor
ting plaats gehad. Het geld van de rijksfondsen
bevond zich reeds te voren op z.g. voor-
inschrijlrekening in de schatkist. Verder
kon uit de opgave omtrent het uitstaande
schatkispapier worden afgeleid, dat het uit
staande bedrag aan schatkistpapier in de week
van storting met ca. 45 miljoen was inge
krompen, hetgeen de veronderstelling wettigde,
dat de storting op de staatslening ongeveer
voor genoemd bedrag in deze vorm is geschied.
Derhalve kan de schatkist uit hoofde van die
lening slechts tegen de 100 miljoen hebben
ontvangen. Het tegoed van het Rijk bij De
Nederlandsche Bank is in de week van de stor
ting slechts met een kleine 90 miljoen toe
genomen, waarbij uiteraard de niet bekende
uitgaven en ontvangsten van de schatkist buiten
beschouwing moeten blijven. In elk geval blijft
bedoeld tegoed van omtrent 300 miljoen aan
het einde van de maand wel aan de lage kant.
Daarin kan geleidelijk verbetering komen,
doordat de belastingadministratie nu doende is
met het inhalen van de achterstand in de op
legging van de aanslagen, ontstaan door de
herziening van de tarieven per 1 september.
Daarnaast wordt in de kringen van de geld
markt verwacht, dat binnen afzienbare tijd de
afgifte van schatkistpapier, die tijdelijk enkele
weken vóór de uitgifte van de nieuwe staats
lening was stopgezet, weer zal worden hervat.
Invloed aandelenrendement
De vraag rijst thans, in hoeverre de scherpe
koersdaling van de aandelenmarkt ook de
positie van de obligatiemarkt zal kunnen be
ïnvloeden. Wanneer de aandelenmarkt op een
sterk verlaagd peil haar evenwicht mocht her
vinden en de koersdaling er toe zal hebben
Hogere rendementen