leven te veel mensen, die elk in feite te weinig
voor het bedrijf zelf werken.
De immigratiemoeilijkheden maken dit alles
nog erger dan het in feite is. Als de immigratie
mogelijkheden merkbaar beter zouden kunnen
worden, zouden stellig vele van de besproken
problemen automatisch wegvallen.
4. Overigens moet men niet vergeten, dat Ita
lië in grote trekken nimmer een industrieland
is geweest. De bodemgesteldheid, het welhaast
totale gemis aan delf- en grondstoffen, de be
trekkelijke bodemschraalheid en het klimaat,
dat niet bevorderlijk is voor de meest rendabele
culturen, maken Italië tot een arm land zonder
een behoorlijke hoeveelheid kapitaal. Daar
komt nog bij, dat tal van streken als gevolg van
slechte gezondheidstoestand (vaak woedde de
malaria aan de kustgebieden) en de onveilig
heid, die de zeerovers met hun invallen teweeg
brachten, eeuwenlang onbewoond bleven.
Na dit alles laat het zich gemakkelijk begrijpen
hoe de landbouw vooral in het Zuiden tot voor
enkele jaren de enig mogelijke bestaansbron
vormde.
5. Nu we dit hebben verteld, komt het ons
voor, dat de grote verschillen tussen de streken
in Italië onderling wel duidelijk voor ogen
staan. Terwijl in het Noorden en het Oosten
zich sedert eeuwen een tendenz openbaarde van
omschakeling van roerend naar onroerend
goed, welke mettertijd de opkomst en de ver
breiding van een meer rationele en intensieve
agrarische cultuur zomede de vestiging van
kleine- en grote industrieën in de hand werkte,
deden zich deze verschijnselen in Zuid-, West
en Midden-Italië bijna of in het geheel niet
voor.
Hierdoor valt dan ook te verklaren, dat de cre-
dietbehoeften zo sterk van elkander verschillen.
In de meer achtergebleven gebieden bestaat de
functie van het crediet in verbetering van de
productievoorwaarden. Het heeft tot taak de
aanschaf van duurzame productiemiddelen te
financieren, te beginnen met de bouw van hui
zen of stallen tot aan de aanleg van hoogst be
langrijke werken (irrigatie, wegen, inrichtingen
voor verwerking van agrarische producten,
voor agrarische industrieën, enz.). In de meer
430
ontwikkelde gebieden zal de behoefte aan cre
diet beperkt zijn tot modernisering van reeds
gevestigde en florerende bedrijven.
Daartegenover zijn de behoeften aan bedrijfs-
crediet groot, omdat dit soort crediet in goed
lopende ondernemingen, waar het tempo van
de agrarische productie steeds meer wordt op
gevoerd, zodat het tempo van de industriële
onderneming benaderd wordt, onontbeerlijk is.
De credietbehoeften lopen dus sterk uiteen,
maar zowel in het Zuiden als in het Noorden
zijn deze zeer groot.
Het zou een grove vergissing zijn de economi
sche zwakheid van een bepaalde streek als een
regionaal probleem te zien; zij moet gezien
worden als een nationaal probleem, wil men
voorkomen, dat de economische zwakheid van
een bepaalde streek tot een van nationale al
lure uitgroeit.
Ook zou het een ernstige dwaling zijn te
menen, dat men door de landbouw in Midden-
Italë te financieren het probleem van de econo
mische dus ook van de politieke en sociale
achterstand van die streken in een hand
omdraai uit de wereld zou kunnen helpen. De
landbouw vormt in vele streken thans het enige
middel van bestaan. Wil men zo spoedig mo
gelijk komen tot een economisch bestel met een
gemengd karakter, dus met een agrarische, in
dustriële inslag, dan zal men de landbouw
moeten financieren.
Daarom moeten de behoeften aan crediet in de
verschillende streken van Italië, ook al lopen
zij sterk uiteen, gezien worden in het kader van
een politiek, die gericht is op een grootscheepse
ontwikkeling van minder ontwikkelde gebie
den. De credietbehoeften moeten dus ook be
oordeeld worden vanuit een bepaald standpunt.
Met deze gedachte voor ogen werd dan ook de
tegenwoordige Italiaanse wetgeving op het
landbouwcredietwezen ontworpen.
(Wordt vervolgd)
Handelsbank-employé (mann.), 24 jaar, Ned. Ilerv., in
hst bezit van M.U.L.O.-diploma en diploma machine-
schrijven, studerend voor praktijkdiploma boekhouden,
zag zich gaarne nu of in de naaste toekomst geplaatst
op het kantoor van een boerenleenbank.
Nadere inlichtingen bij de Coöp. Boerenleenbank te
Bemmel, kassier de heer G. Ch. Rietveld, Teseling 63
te Bemmel.