Jedere kassier toch, dat een administratie slechts het praedicaat gaaf verdient indien alle controlemiddelen, die kun nen worden toegepast, zijn uitgeoefend. De praktijk heeft duidelijk uitgewezen, dat kassiers, welke systematisch hun werk contro leren. in alle opzichten een voorsprong hebben op collega's, die deze controlemaatregelen niet of niet direct toepassen. Met het zoeken naar verschillen over een grote periode is namelijk in de meeste gevallen meer tijd gemoeid dan met een regelmatige controle tijdens en na iedere zitting. De dagelijkse controle schenkt de kassier tevens een zekere voldoening, niet alleen omdat aan merkingen van cliënten achterwege blijven, maar nog meer omdat hij zijn werk niet eerder klaar en afgerond acht dan nadat bedoelde controlemaatregelen hun beslag hebben ge kregen. Men beschouwe deze controlemaatregelen in hetzelfde vlak als het temperatuur opnemen bij zieken door verpleegsters. Dit wordt af gezien van het feit of de patiënten het nodig of niet nodig vinden geen dag overgeslagen. Ook daar wordt niets aan het toeval over gelaten. Een van de belangrijkste controlemiddelen na iedere zitting is de vergelijking van het boeksaldo met het bedrag, dat in contanten aanwezig is. Zoals bekend, behoort het kasopnameboekje daarbij gebruikt te worden, onder vermelding van datum en dagboeknummers. Bundeling in pakjes van 20 bankbiljetten of in 100 (5 maal 20) exemplaren vergemakkelijkt in hoge mate het tellen van contante middelen. Men zorge ervoor, dat de bundels steeds netjes .gekopt" zijn, in het bijzonder indien toezen ding aan de Centrale Bank plaats vindt. Omge keerd zal de Centrale Bank ook geen bundels aan de locale banken zenden, waarvan de bil jetten kris kras door elkaar liggen. Het behoeft nauwelijks vermelding, dat De Nederlandsche Bank van de Centrale Bank slechts behoorlijk gekopte biljetten in ontvangst neemt, zodat wij de kassiers van onze locale banken vriendelijk verzoeken dienovereen komstig te handelen. Ten aanzien van pasmunt verdient de aan wezigheid in rolletjes de voorkeur boven sigarenkistjes, welke gevuld zijn met losse kwartjes, dubbeltjes enz. Notering van kasopnamen op losse blaadjes of telstrookjes, die meestal worden weggegooid, wordt ten zeerste ontraden. Controle van de rekening Centrale Bank be hoort steeds direct na ontvangst van het dag afschrift plaats te vinden. Sommige kassiers schrijven achter de bedragen, welke aan de ontvangstzijde van het giroboek (in de kolom Centrale Bank) voorkomen en welke betrekking hebben op aan de Centrale Bank ter uitvoering gegeven giro-opdrachten, na terugontvangst van de debetnota, met pot lood de door de Centrale Bank gestempelde datum van uitvoering. Als controlemiddel op de uitvoering van de betreffende opdrachten, is dit toe te juichen. Het komt bij nieuwe kassiers b.v. wel eens voor, dat wel boeking plaats vindt, doch dat de slips niet worden getypt en dus ook niet verzonden. Er zijn vanzelfspre kend nog andere mogelijkheden waardoor de slips niet in Utrecht arriveren. Men kan dit beter vandaag dan morgen ont dekken. Ook bij gemechaniseerde banken zal de kassier zelf de van de Centrale Bank ontvangen dag afschriften dagelijks moeten vergelijken met de posten uit zijn boekhouding. Ten aanzien van andere bankrekeningen en de Postchèque- en Girodienst gelden uiteraard dezelfde opmerkingen. Posten, welke overeenstemmen, behoren zowel op het dagafschrift als op de grootboekkaart van een duidelijk tekentje te worden voorzien, zodat nagegaan kan worden welke posten na volledige controle eventueel blijven openstaan. Met betrekking tot openstaande posten (hetzij op het dagafschrift, hetzij in de boekhouding van de bank) zal de kassier natuurlijk naar de oorzaak daarvan een onderzoek behoren in te stellen. Eventueel geconstateerde verschillen zullen zo spoedig mogelijk aan de Centrale Bank, Postgirodienst enz. dienen te worden doorgegeven. In de volgende Raiffeisen-Bode hopen wij de controlemiddelen, welke voor de spaarbank en de lopende rekeninghouders kunnen worden toegepast, te bespreken. 405

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1955 | | pagina 25