I lel lanclbouwcreciietwezen in Frankrijl (Naar aanleiding van het jaarverslag over 1952 van de Caisse Nationale de Crédit Agricole, de Nationale Bank voor Landbouwcrediet). Het andbouwcredietwesen in Frankrijk, dat samengebundeld is in de „Fédération Nationale de Crédit Agricole" (de Nationale Federatie voor Landbouwcrediet). valt uiteen in twee groeperingen, nl. de „,caisses libres" (vrije ban ken) en de banken, die semi-overheidsorganen zijn. De zeven vrije banken zijn: Dyon, Londeneaux, Nantes, Nevers, Rennes, Rijssel en Straatsburg. Naast deze vrije banken staat de Nationale Bank voor Landbouwcrediet met haar 96 districts- banken onder welke weer 3863 locale banken ressorteren. Alle landbouwcredietbanken ontmoeten elkaar in de Nationale Federatie voor Landbouwcrediet, welke instelling zich uitsluitend bezig houdt met het geven van voorlichting, het verzamelen van statistisch materiaal, en het houden van studie conferenties met betrekking tot het landbouw - credietwezen. De Nationale Bank voor Landbouzvcrediet (verder aan te duiden als Nationale Bank) is enerzijds een staatsinstelling met rechtspersoon lijkheid en financiële autonomie, anderzijds een centrale van het coöperatieve landbouwcrediet- wezen met een coördinerende taak. Zij heeft een belangrijk aandeel bij het tot stand- komen van wetten en verordeningen op land bouwgebied, voor welker naleving zij tevens heeft te waken. De Nationale Bank voert het beheer over de haar door de districtsbanken toevertrouwde gel den, schrijft leningen uit, waarvoor zij de mede werking inroept van de districtsbanken, fungeert als discontobank en voorziet de districtsbanken van de middelen, welke deze instellingen voor de uitoefening van hun taak nodig hebben. De verantwoordelijkheid berust bij een raad van bestuur. Een commissie van dertig vormt de raad van toezicht. De districtsbanken zijn zoveel als provinciale centrales. Zij verstrekken aan de locale banken de credietmiddelen, die zij putten uit de via deze banken aangetrokken spaargelden en, voorzover nodig, verkrijgen van de Nationale Bank. Evenals de locale banken zijn het privaatrechte lijke instellingen met een raad van bestuur, ge- 1 54 kozen door en uit de algemene vergadering. De locale banken beoordelen de credietaanvra- gen. Meer bevoegdheden hebben zij praktisch niet. Ruim een derde van alle boeren in Frankrijk is bij deze organisatie aangesloten, d.w.z. zij telt 900.000 leden. Het werkgebied omvat Frankrijk en de Overzeese Gebiedsdelen. De middelen van de Nationale Bank en van de bij haar aangesloten instelling bestaan uit a) dotatie (zoveel als stichtingskapitaal) b) verstrekkingen van de Staat; c) verstrekkingen van het Fonds voor moder nisering en bedrij fsuitrusting d) het maatschappelijk kapitaal en de reserves van de banken; e) gebruikmaking van de mogelijkheden tot herdiscontering. ad a) De dotatie bestaat uit een permanente verstrekking van 40 millioen francs en voorts uit een deel van de gelden, die de „Banque de France" aan de schatkist moest betalen voor het behoud van haar emissiebevoegdheid. Bij de nationalisatie van de Banque de France (te ver gelijken met de Nederlandsche Bank) op 2 Dec. 1945 is deze verplichting komen te vervallen, zodat die emissiegelden niet meer aan de Natio nale Bank toevloeien. ad b) Enkele jaren lang werden door de Staat gelden gefourneerd om aan de grote vraag naar crediet te kunnen voldoen en de meest noodza kelijke investeringen te bevorderen. Sinds 1 Jan. '95° geschiedt dit via het Fonds voor moder nisering en bedrij fsuitrusting". ad c) Het Fonds voor modernisering en be drij fsuitrusting is een staatsinstelling ter uitvoe ring van het landbouwinvesteringsprogramma en voorziet in de verstrekking van credietmid delen voor aankoop van landbouwwerktuigen, zaai- en pootgoed, voor de bouw van woningen en stallen op het platteland en voor de electrifi- catie van landbouwstreken. De duur van deze credieten is middellang en lang. Een garantiestelsel zoals in Nederland (Herstel- bank, Borgstellingsfonds, Waarborgfonds) is in Frankrijk onbekend. ad e) Ingeval van tekort aan eigen of haar toevertrouwde middelen heeft de Nationale Bank het recht haar effectenportefeuille bij de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1954 | | pagina 47